Overheidsorganisatie | Provincie Overijssel |
---|---|
Officiële naam regeling | Beleidsregel ontheffing voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik van een terrein voor het opstijgen of landen van een luchtvaartuig |
Citeertitel | Beleidsregel TUG ontheffingen |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 11-9-2013
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Provinciaal blad nr. 2013/0309074
Onbekend.
Geen
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
12-09-2013 | 04-08-2013 | 01-01-2016 | wijziging artikel(en) | 11-09-2013 Provinciaal blad nr. 2013/0309074 | Besluit van Gedeputeerde Saten van Overijssel van 10 september 2013, kenmerk 2013/0308283 |
In deze beleidsregel worden de definities gebruikt, die in de Wet Luchtvaart en de daaronder vallende regelgeving zijn opgenomen. Aanvullend daarop gebruiken we de volgende begrippen:
a. 2x2-vlucht: vier vliegbewegingen van een helikopter of een onbemand luchtvaartuig, bestaande uit een landing op een bepaald terrein, onmiddellijk gevolgd door laden en/of lossen, een opstijging, binnen 24 uur gevolgd door een landing op hetzelfde terrein, onmiddellijk gevolgd door laden en/of lossen, en een opstijging.
b. Gemotoriseerd schermvliegtuig: luchtvaartuig als bedoeld in artikel 1 van het Besluit luchtvaartuigen 2008. Schermvliegtuigen zijn formeel geen MLA's, maar zijn vergelijkbaar in die zin, dat zij aan dezelfde technische en milieu in casu geluidseisen moeten voldoen.
Voor een terrein dat op meer dan 12 dagen per jaar gebruikt wordt of naar verwachting gebruikt zal gaan worden, voor luchtverkeer met een of meer luchtvaartuigen is het tot stand brengen van een luchthavenregeling nodig, en kan niet met een ontheffing voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik worden volstaan.
GS onderscheiden vier soorten TUG-ontheffingen:
1. een generieke ontheffing voor terreinen in het gebied dat op de bij deze beleidsregel behorende kaart (bijlage 1b) is aangegeven, met melding 24 uur van te voren voor 2x2-vluchten, geldig voor een periode van maximaal 12 maanden;
2. een locatiegebonden ontheffing voor vooraf opgegeven dagen: ontheffing bij evenementen/projecten/eenmalige vluchtdagen voor meerdere starts en/of landingen op in de aanvraag vermelde dag(en), maar wel met een maximum van 12 dagen per terrein per jaar;
3. een locatiegebonden ontheffing voor niet vooraf opgegeven dagen voor luchtvaartuigen als bedoeld in artikel 21, categorie d (Micro Light Aeroplanes) van het Besluit Burgerluchthavens en voor de daarmee vergelijkbare gemotoriseerde schermvliegtuigen: ontheffing voor een in de aanvraag vermeld terrein, met melding 24 uur van te voren, voor maximaal 10 vluchten per dag en voor maximaal 12 dagen per jaar per terrein;
4. een generieke ontheffing voor terreinen in het gebied dat op de bij deze beleidsregel behorende kaart (bijlage 1b) is aangegeven, met melding vooraf, voor het opstijgen van een heteluchtballon.
Om oneigenlijk gebruik van generieke en locatiegebonden ontheffingen te voorkómen (als de ontheffing voor perceel X1 is "opgebruikt" verzoekt aanvrager een ontheffing voor het naastgelegen perceel X2, waardoor de omgeving toch dubbele hoeveelheid geluidhinder kan ondervinden), gelden de volgende regels:
1. als het aantal gevraagde gebruiksdagen van één of meer gebruikers op één en hetzelfde terrein de 12 dagen per jaar overstijgt, weigeren GS de gevraagde ontheffing en stellen eventueel de procedure tot vaststelling van een luchthavenregeling in werking;
2. als op twee of meer in elkaars directe omgeving liggende percelen een ontheffing voor TUG wordt aangevraagd, dan weigeren GS de gevraagde ontheffing als door de aard en omvang van het beoogde gebruik de gehinderde gebieden van het gebruik van deze percelen feitelijk als hetzelfde gebied kunnen worden aangemerkt, en de aanvragen tezamen de 12 dagen per kalenderjaar overstijgen;
3. bij gebruikmaking van een generieke ontheffing voor het opstijgen en landen met een helikopter of helikopters op meerdere terreinen op dezelfde dag mogen in dat geval deze terreinen niet in elkaars directe omgeving gelegen zijn.
4. als richtlijn voor het bepalen van ‘directe omgeving' geldt: locaties die minder dan 1000 m hemelsbreed van elkaar verwijderd zijn.
5. In afwijking van het gestelde onder artikel 4, 4e lid kunnen meerdere ontheffingen worden verleend voor terreinen, waarvoor een luchthavenregeling in ontwerp is vastgesteld, mits geen bezwaren in de vorm van zienswijzen tegen die luchthavenregeling zijn ingediend.
Met het oog op de bescherming van de belangen van natuur en milieu worden de ecologische hoofdstructuur en de Natura2000-gebieden aangewezen als gebieden waar in beginsel geen ontheffing voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik als terrein voor landing of opstijging wordt verleend. Deze terreinen zijn op de bij deze beleidsregel behorende kaart aangegeven. (Uiteraard zijn ook de beperkingen op grond van de Regeling veilig gebruik luchthavens en andere terreinen van toepassing.)
Bij het beoordelen van een aanvraag voor een ontheffing worden de volgende criteria bij de afweging betrokken:
a. een ontheffing wordt in beginsel niet verleend als het terrein gelegen in het gebied dat op de bij deze beleidsregel behorende kaart is aangeduid als ‘te vermijden gebied' (zie bijlage);
b. een ontheffing wordt in beginsel niet verleend als aanmerkelijke hinder kan ontstaan voor kwetsbare functies (begraafplaatsen, maneges, scholen);
c. een ontheffing wordt in beginsel niet verleend, indien één of meer woningen zijn gelegen binnen de in onderstaande tabel vermelde afstanden van de landings- en opstijgingslocatie van het betreffende luchtvoertuig.
Type ontheffing | Afstand tot woning (m) |
---|---|
Helikopters (locatiegebonden ontheffingen) | |
Lden-categorie 11 | 150 |
Lden-categorie 10 | 250 |
Lden-categorie 12 | 350 |
Lden-categorie 14 | 500 |
Helikopters (generieke ontheffingen) | 100 |
Overige luchtvaartuigen | 150 |
Het besluit tot het verlenen van een TUG-ontheffing wordt op de provinciale website gepubliceerd.
Het aanvraagformulier moet u indienen bij Gedeputeerde Staten. Gedeputeerde Staten stellen daartoe het aanvraagformulier vast.
Dit besluit kan aangehaald worden als Beleidsregel TUG-ontheffingen.
De kaart met "Te vermijden gebieden" behorend bij deze regeling voor tijdelijk en uitzonderlijk gebruik staat als download in de rechterkolom van de internetpagina.