Organisatie | Wijk bij Duurstede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Mandaatregeling Griffie van de gemeente Wijk bij Duurstede |
Citeertitel | Mandaatregeling Griffie Wijk bij Duurstede 2008 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | mandaat |
Geen
Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-02-2008 | 06-04-2018 | Onbekend | 19-02-2008 Wijkse Courant | Onbekend |
De Gemeentewet legt de bevoegdheid om besluiten te nemen bij de bestuursorganen: de gemeenteraad, het college van B&W en de burgemeester. Tussen raad en college is uitsluitend sprake van delegatie. De raad kan de gedelegeerde bevoegdheid zelf niet meer uitoefenen.
De Wet dualisering gemeentebestuur, welke met ingang van 7 maart 2002 in werking is getreden, maakt een duidelijke verdeling van verantwoordelijkheden tussen de raad en het college van burgemeester en wethouders. Voor de gemeente als werkgever geldt:
-het college is bevoegd gezag over de ambtenaren en stelt de ambtelijke rechtspositie
vast (artikel 160 Gemeentewet)
-de raad is bevoegd gezag over de griffier en de op de griffie werkzame ambtenaren (artikel 107 t/m 107e Gemeentewet).
Beide groepen werknemers vallen dus onder de werking van de gemeentelijke arbeidsvoorwaardenregeling, de CAR/UWO. In de vergadering van 19 februari 2008 heeft de raad de overige lokale rechtspositieregelingen eveneens van toepassing verklaard op het griffiepersoneel. De bevoegdheden tot uitvoering van de rechtspositieregelingen voor het griffiepersoneel worden gemandateerd en vastgelegd in een mandaatregeling.
Voor wat betreft de mandaatregeling voor de griffie is aansluiting gezocht bij de mandaatregeling welke door het college van burgemeester en wethouders is vastgesteld voor de ambtelijke organisatie, zodat hiernaar tevens wordt verwezen.
1.Ondertekenings- en afdoeningsmandaat
Bij mandaat kan een onderscheid worden gemaakt tussen ondertekening- en afdoeningmandaat.
Ondertekeningmandaat is een mandaat waarbij de gemandateerde het besluit (slechts) ondertekent, maar dat het bestuursorgaan vooraf heeft besloten hoe te handelen. Afdoeningmandaat verleent aan de gemandateerde de gehele bevoegdheid om te beslissen en af te doen zonder bemoeienis of tussenkomst van het bestuursorgaan. In het mandaatregister is, formeel gesproken, altijd sprake van een afdoeningmandaat. Vaste jurisprudentie leert dat een onbevoegd gegeven mandaat ten opzichte van de geadresseerde in principe niet kan worden tegengeworpen. Het besluit wordt altijd toegerekend aan het betreffende bestuursorgaan, tenzij het voor de geadresseerde onmiddellijk duidelijk behoorde te zijn dat het besluit onbevoegd werd genomen.
2.De ondertekening van stukken
Gebruik van handtekeningstempels is in verband met de duidelijkheid naar buiten bij mandaat niet toegestaan. In de ondertekening van het besluit of correspondentie moet tot uitdrukking worden gebracht dat het om een mandaatbevoegdheid gaat. Ook buiten mandaat is het gebruik van handtekeningstempels niet toegestaan. Uit oogpunt van legaliteit, controle en presentatie naar buiten is ondertekening van niet-gemandateerde besluiten aan de griffier en correspondentie door de raad en het fractievoorzitteroverleg steeds noodzakelijk. De ondertekening van besluiten, genomen in mandaat, dient als volgt te geschieden:
* Hoogachtend / met vriendelijke groet,
Namens de raad van gemeente Wijk bij Duurstede,
(functie: (wnd.) griffier / het gemandateerd lid namens het fractievoorzittersoverleg)
In het register zijn de bevoegdheden benoemd en onder welke voorwaarden c.q. beperkingen het (onder)mandaat is verleend. Zoals hierboven al is aangegeven is steeds sprake van afdoeningmandaat.
4.Steekproefsgewijze controle op mandaatgebruik
De verantwoordelijkheid voor het werk wordt zoveel mogelijk bij de medewerkers gelegd. Een “heilig” principe in het bestuursrecht moet echter steeds worden nageleefd, namelijk “geen bevoegdheid zonder verantwoording”.
In de praktijk betekent dit dat de raad in de persoon van de voorzitter zal moeten controleren of het mandaat op een (juridisch) juiste wijze wordt gebruikt. Met andere woorden is het besluit conform de (wettelijke) voorschriften verleend en heeft daarbij een adequate belangenafweging plaats gehad en is er volgens bestendig beleid van de gemeente gehandeld. Het fractievoorzittersoverleg behoort steekproefgewijs de in ondermandaat genomen besluiten te controleren op de wijze zoals hierboven omschreven. In de Mandaatregeling is hiertoe een bepaling opgenomen.
De raad van Wijk bij Duurstede;
gelet op de artikelen 10:1 tot en met 10:12 van de Algemene wet bestuursrecht;
gelet op besluit van heden, nr. ……., ter uitvoering van artikel 1:3a van de Arbeidsvoorwaardenregeling Gemeente Wijk bij Duurstede;
“Mandaatregeling griffie gemeente Wijk bij Duurstede 2008”;
Indien de uitoefening van de in het mandaatregister opgenomen mandaten het beslissen over de besteding van budgetten met zich meebrengt, maakt dit onderdeel uit van het vermelde mandaat. Dit voor zover daarbij de te nemen besluiten niet zullen leiden tot overschrijding van het betreffende budget zoals opgenomen in de gemeentelijke beleids- en beheersbegroting en voorts met inachtneming van de in het register opgenomen bijzondere bepalingen.
Uitsluitend waar dit in het bij deze regeling behorende mandaatregister uitdrukkelijk is aangegeven is de griffier bevoegd de gemandateerde bevoegdheid door te mandateren (ondermandaat) aan de onder hen ressorterende medewerkers. Van deze mogelijkheid wordt geen gebruik gemaakt dan na uitdrukkelijke toestemming van de raad.
Het fractievoorzittersoverleg informeert de raad zo vaak zij dit nodig acht, doch minimaal één keer per kalenderjaar omtrent het gebruik van de verleende (onder)mandaten.
Afdeling II Toepassing van het mandaat
Deze mandaatregeling geldt niet voor de bevoegdheid tot:
Voorgenomen besluiten worden geacht in elk geval beleidsaspecten te bevatten indien:
indien inwilliging van het verzoek zal leiden tot strijdigheid met of afwijking van het beleid, voorschriften of richtlijnen of andere niet voorziene financiële of andere consequenties kan hebben. Bij overschrijding van het budget van de (onder)mandaathouder moet het tekort worden gecompenseerd met nog beschikbare andere budgetten, tenzij wordt voorzien in een andere (bijv. incidentele) dekking.
De (onder)gemandateerden mogen geen gebruik maken van de bevoegdheid tot ondertekening van besluiten en correspondentie indien:
Het fractievoorzittersoverleg moet regelmatig de onder zijn leiding in ondermandaat genomen besluiten bij wijze van steekproef controleren. Dit kan zowel vooraf als achteraf plaatsvinden. Bij de controle zal in ieder geval de rechtmatigheid en doelmatigheid gecontroleerd worden, als ook of de in ondermandaat genomen besluiten passen binnen de gestelde beleidskaders.
Afdeling III: Het mandaatregister
Het bij dit besluit behorende mandaatregister geeft een overzicht van de bevoegdheden welke worden geacht te zijn gemandateerd en welke worden geacht te zijn ondergemandateerd.
Het mandaatregister is openbaar en ligt voor een ieder ter inzage.
Afdeling IV Slot- en overgangsbepalingen
De in dit besluit opgenomen (onder)mandaten worden geacht te zijn gewijzigd of vervallen voor zoveel en op het tijdstip dat de hierin genoemde wetten, regelingen, beschikkingen en verordeningen zijn gewijzigd, ingetrokken of vervallen.
Deze regeling treedt op 20 februari 2008 in werking. De regeling wordt bekendgemaakt op de in de gemeente gebruikelijke wijze.
Deze regeling wordt zonodig jaarlijks aangepast, te beginnen vanaf 1 januari 2009.
Deze regeling kan worden aangehaald als “Mandaatregeling griffie Wijk bij Duurstede 2008”.
Aldus vastgesteld in de vergadering van de raad van de gemeente Wijk bij Duurstede op 19 februari 2008.
Besluit (onder)mandatering van bevoegdheden
fravo = fractievoorzittersoverleg | ||||
Het vaststellen van en voeren van de selectieprocedure |
Besluitvorming over de toepassing van de regeling | ||||
Besluitvorming over de toepassing van de regeling | ||||
Hoofdstuk 10 Algemene wet bestuursrecht
Onder mandaat wordt verstaan: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen.
Een door de gemandateerde binnen de grenzen van zijn bevoegdheid genomen besluit geldt als een besluit van de mandaatgever
a) tot het vaststellen van algemeen verbindende voorschriften, tenzij bij de verlening van die bevoegdheid in mandaatverlening is voorzien;
b) tot het nemen van een besluit ten aanzien waarvan is bepaald dat het met versterkte
meerderheid moet worden genomen of waarvan de aard van de voorgeschreven
besluitvormingsprocedure zich anderszins tegen de mandaatverlening verzet;
c) tot het beslissen op een beroepschrift;
d) tot het vernietigen van of tot het onthouden van goedkeuring aan een besluit van een ander bestuursorgaan.
3.Mandaat tot het beslissen op een bezwaarschrift wordt niet verleend aan degene die het besluit waartegen het bezwaar zich richt, krachtens mandaat heeft genomen.
1.Een bestuursorgaan kan hetzij een algemeen mandaat hetzij een mandaat voor een bepaald
2.Een algemeen mandaat wordt schriftelijk verleend. Een mandaat voor een bepaald geval
wordt in ieder geval schriftelijk verleend indien de gemandateerde niet werkzaam is onder verantwoordelijkheid van de mandaatgever.
1.De mandaatgever kan de gemandateerde per geval of in het algemeen instructies geven ter
zake van de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid.
2.De gemandateerde verschaft de mandaatgever op diens verzoek inlichtingen over de
uitoefening van de bevoegdheid.
De mandaatgever blijft bevoegd de gemandateerde bevoegdheid uit te oefenen.
Een krachtens mandaat genomen besluit vermeldt namens welk bestuursorgaan het besluit is genomen.
Deze afdeling is van overeenkomstige toepassing indien een bestuursorgaan aan een ander, werkzaam onder zijn verantwoordelijkheid, volmacht verleent tot het verrichten van privaatrechtelijke rechtshandelingen, of machtiging verleent tot het verrichten van handelingen die noch een besluit, noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn.
Onder delegatie wordt verstaan: het overdragen door een bestuursorgaan van zijn bevoegdheid tot het nemen van besluiten aan een ander die deze onder eigen verantwoordelijkheid uitoefent.
Delegatie geschiedt niet aan ondergeschikten.
Delegatie geschiedt slechts indien in de bevoegdheid daartoe bij wettelijk voorschrift is voorzien.
Het bestuursorgaan kan de gedelegeerde bevoegdheid niet meer zelf uitoefenen.
Het bestuursorgaan kan het delegatiebesluit te allen tijde intrekken.
Een besluit dat op grond van een gedelegeerde bevoegdheid wordt genomen, vermeldt het delegatiebesluit en de vindplaats daarvan
Degene aan wie de bevoegdheid is overgedragen, verschaft het overdragende en het oorspronkelijk bevoegde bestuursorgaan op hun verzoek inlichtingen over de uitoefening van de bevoegdheid.