Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Groningen

NOTA BLADGOUD ACTUALISATIE 2013

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieGroningen
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingNOTA BLADGOUD ACTUALISATIE 2013
CiteertitelNota Bladgoud actualisatie 2013
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpmilieu
Eigen onderwerpNota Bladgoud actualisatie 2013
Externe bijlagenBijlage 1 Bijlage 2

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze regeling vervangt de Nota ‘Bladgoud’ actualisatie 2010 vastgesteld bij collegebesluit van 11 januari 2010

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

25-12-201326-04-2018nieuwe regeling

17-12-2013

Gemeenteblad, 2013, 146

SB 13.4055128

Tekst van de regeling

Intitulé

NOTA BLADGOUD ACTUALISATIE 2013

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Groningen,

(SB 13.4055128);

 

HEEFT BESLOTEN:

 

de Nota Bladgoud actualisatie 2013 vast te stellen.

Inleiding

Bomen in de stad zijn belangrijk. Behalve dat ze ons van zuurstof voorzien, zijn ze belangrijk voor de leefbaarheid en het aanzien van de stad. Ze hebben onder andere een esthetische en een ecologische waarde en ze vertegenwoordigen een geïnvesteerd kapitaal. Bomen dragen bij aan de gezondheid van mensen doordat ze verontreinigde lucht (zoals uitlaatgassen) opnemen en hoge concentraties van fijn stof uit de stadse lucht verwijderen. In alle opzichten zijn bomen een waardevol bezit, waar we zorgvuldig mee moeten omgaan.

 

Speciale aandacht hebben we voor bomen die in soort, grootte, leeftijd of standplaats iets bijzonders vertegenwoordigen: de monumentale bomen. Oude bomen worden in het stedelijke gebied steeds schaarser. Bovendien wordt de ruimte voor bomen door dynamiek en verdichting behoorlijk ingeperkt. De leeftijd van een gemiddelde stadsboom is hierdoor minder dan veertig jaar. Een boom van 50 jaar of ouder mag in dit opzicht als bijzonder worden aangemerkt.

 

Vanuit de bomenstructuurvisie ‘Sterke Stammen’ richten wij ons op instandhouding en toename van het aantal monumentale bomen omdat het de belevingswaarde vergroot en een oude boom voor de natuur veel meer waarde heeft. We willen dit bereiken door zorgvuldig om te gaan met de bestaande bomen en bij de aanplant van nieuwe bomen te streven naar kwaliteit boven kwantiteit. Kwaliteit betekent bomen die gezond kunnen uitgroeien en oud kunnen worden. Een goede groeiplaats draagt hieraan bij.

 

We houden om de drie jaar bij hoeveel monumentale bomen er in de stad staan. Ook geven wij daarbij aan welk beleid wij voeren voor het behoud van monumentale bomen. In de nota ‘Bladgoud’ actualisatie 2013 die voor u ligt,vergelijken wij het aantal gemeentelijke en particuliere monumentale bomen met laatste inventarisatie uit 2010. Ook kijken we of het beleid nog steeds van toepassing is. Dit passen wij aan in deze actualisatie.

 

1. Wanneer is een boom monumentaal

Het begrip ‘monumentaal’ is opgenomen in de APVG, afdeling 3 Het bewaren van een houtopstand. In artikel 4.8. Begripsbepaling, lid d is monumentale houtopstand gedefinieerd als:

 

de houtopstand die voldoet aan de hierna te noemen basisvoorwaarden en aan tenminste één van de nader te noemen specifieke voorwaarden:

  • 1.

    Basisvoorwaarden:

    • -

      50 jaar of ouder;

    • -

      redelijke conditie; minimaal 10 tot 15 jaar nog te leven;

    • -

      karakteristiek (door natuurlijke groei en/of snoeiwijze ontstaan).

  • 2.

    Specifieke voorwaarden:

    • -

      onderdeel van de ecologische infrastructuur;

    • -

      onderdeel van een karakteristieke boomgroep of laanbeplanting;

    • -

      onderdeel van een zeldzame biotoop;

    • -

      zeldzaam, gedenkboom;

    • -

      bepalend voor de omgeving;

    • -

      herkenningspunt.

2. Hoeveel monumentale bomen?

Wij hebben in de stad ongeveer 180.000 bomen staan. Van die bomen staan ruim 82.000 bomen in ons beheerprogramma als afzonderlijk objecten. Het gaat dan om de solitaire bomen in straten, lanen en plantsoenen. Die bomen worden individueel één keer in per drie jaar gesnoeid en gelijktijdig geïnspecteerd. De overige bomen staan als bosgebieden elders in de stad. Die gebieden worden eens in de vier jaar onderhouden. Binnen het totale gemeentelijke bomenbestand zijn ruim 6.186bomen te betitelen als monumentaal. Op particulier terrein staan nog eens 1.431 monumentale bomen.

Inventarisatie 2013

We hebben in de tweede helft van 2013 zowel de gemeentelijke als particuliere monumentale bomen geïnventariseerd. Doel van de inventarisatie is het in kaart brengen van het meest waardevolle deel van ons bomenbestand en het leggen van een extra basis voor zorg en bescherming van dit waardevolle groen. Bij de inventarisatie is een redelijke conditie en een levensverwachting van meer dan tien jaar een voorwaarde voor opname in het register: de lijst bevat daarom geen ‘slechte bomen’. Het gemeentelijke bestand van monumentale bomen actualiseren we continu op basis van het drie jaarlijks onderhoud van de bomen. De particuliere monumentale bomen worden één keer in de drie jaar apart geïnventariseerd. Dit jaar hebben we echter ook de gemeentelijke monumentale bomen opnieuw geïnventariseerd. Deze inventarisatie maakte deel uit van een totale inventarisatie van de bomen die wij in beheer hebben. Hiermee hebben we de boomgegevens in ons beheerprogramma weer up to date gemaakt.

Ruim 7.600 monumentale bomen

In 2010 hebben wij 5.383 monumentale bomen geïnventariseerd: 4.089 in gemeentelijk terrein en 1.294 in particuliere grond. Toen was er sprake van een kleine toename van het aantal monumentale bomen ten opzichte van 2007.

Wij zijn er trots op dat het aantal monumentale bomen in de afgelopen drie jaar is toegenomen tot 7.617 bomen: 6.186 in gemeentelijk terrein en 1.431 op particuliere grond. Ondanks dat een deel van deze bomen op kwetsbare plekken in de stad staan, hebben we het monumentale bomenbestand zoveel mogelijk weten te behouden en uit te breiden. De groei doet zich voornamelijk voor bij de gemeentelijke bomen in de jongste leeftijdscategorie. Het aantal gemeentelijke monumentale bomen met een leeftijd tussen de 50 en 59 jaar is met 1.637 toegenomen tot 3.895 bomen; dit is meer dan de helft van het aantal gemeentelijke monumentale bomen. De leeftijd is bij het particuliere bestand veel evenwichtiger verdeeld.

De leeftijdscategorie ‘100 jaar of ouder’ vormt met 368 bomen de grootste groep bij de particulieren.

 

Er is een aantal wijken waar het monumentale bomenbestand fors is afgenomen of is toegenomen. In Koningslaagte is het aantal afgenomen van 345 naar 294 monumentale bomen. Het betreft hier een groep bomen aan de Tjardaweg waarvan tijdens de inventarisatie bleek dat het vermelde plantjaar onjuist was waardoor de bomen jonger blijken te zijn dan we eerst dachten. In de wijk Ulgersmabuurt en de Hunze heeft een groep populieren zijn monumentaliteit verloren doordat ze geen levensverwachting van meer dan 15 jaar hebben. In Helpman-Oost is het aantal monumentale bomen toegenomen met 218 stuks. Dit kunnen we verklaren doordat de bomen in het Sterrebos voor het eerst afzonderlijk zijn geïnventariseerd.

Voor een totaal overzicht van de gemeentelijke en particuliere monumentale bomen naar leeftijdscategorie verwijzen wij u naar bijlage 1.

Waar staan de monumentale bomen?

In Groningen hebben 602 bomen (zowel gemeentelijk als particulier) de respectabele leeftijd van 100 jaar en ouder bereikt. De oudste bomen variëren in leeftijd van 150 tot 330 jaar:

 

 

 

Noorddijkerweg

Linde voor boerderij

± 330 jaar

Coendersborg

Leilinde (± 1770)

± 240 jaar

Sterrebos

Eiken langs hoofdpad (± 1770)

± 240 jaar

Groenestein

Plataan voor villa (± 1860)

± 150 jaar

Zuiderbegraafplaats

Eiken (± 1860)

± 150 jaar

Monumentale bomen staan vooral in het centrum langs de singels, langs de oude hoofdradialen zoals de (Verlengde) Hereweg, in de Villabuurt en bij historische bebouwing (hofjes, kerken en bij oude boerderijen in de stedelijke randzone). De Oranjewijk, Universiteitscomplex, Paddepoel Zuid en het Stadspark springen eruit als wijken met de meeste gemeentelijke monumentale bomen. Voor de particuliere bomen zijn dat Binnenstad-Zuid, Villabuurt en Ruischerbrug.

Voor een totaal overzicht van het aantal gemeentelijke en particuliere monumentale bomen per buurt verwijzen wij u naar bijlage 2.

Meest voorkomende soorten

In de lijst van gemeentelijke monumentale bomen komen de lindes het meeste voor: alleen al in de binnenstad en directe omgeving staan al meer dan 100 als monumentaal aan te merken lindebomen. Kastanjes en eiken zijn eveneens een veel voorkomende soort. Bij de particuliere monumentale bomen zijn naast de genoemde drie soorten ook de beuk en de esdoorn goed vertegenwoordigd.

Aantasting door kastanjeziekte

Helaas is het aantal monumentale bomen langs de singels sinds 2011 afgenomen door aantasting van de kastanjeziekte. Wanneer een kastanje niet meer kan voldoen aan de gestelde basisvoorwaarden verliest deze zijn monumentale status. Omdat er geen remedie tegen de kastanjeziekte bestaat en er nog geen zicht is op een natuurlijke afname van de ziekte, planten we op de opengevallen plekken niet opnieuw kastanjes. In samenspraak met de bewoners aan de singels maken we een plan voor herplant. Op basis van dit plan planten we in 2014 nieuwe bomen aan.

3.Bescherming van monumentale bomen

Monumentale bomen vertellen over de geschiedenis van de stad. Door hun leeftijd, die meerdere generaties kan beslaan, vormen ze aan schakel tussen verleden en heden. Wij vinden monumentale bomen waardevol voor Groningen. Niet alleen vanwege hun historische waarde en natuurwaarde, maar ook doordat monumentale bomen een grote belevingswaarde hebben voor de inwoners en bezoekers van onze stad. Dit blijkt niet alleen uit de positieve verhalen over bomen, maar ook uit de reacties die het vellen van bomen oproepen. Vanwege hun bijzondere waarde vinden wij het belangrijk om monumentale bomen te beschermen en te behouden. De diverse regelingen en instrumenten voor de bescherming van monumentale bomen beschrijven wij in dit hoofdstuk.

Groenbelangen in projecten

Bij ruimtelijke ontwikkelingen, zoals het bouwen van woningen of het aanleggen van wegen, moeten veel belangen worden afgewogen. Er moet bijvoorbeeld gekeken worden naar economische belangen, verkeer, parkeren, recreatie, waterstructuur en groenbelangen. De afweging van de belangen van ecologie, groen en bomen (samengevat als groenbelangen) is de laatste jaren belangrijker geworden en heeft met de vaststelling van de Groenstructuurvisie in 2009 een sterkere plek gekregen in de besluitvorming bij ruimtelijke ontwikkelingen. In de notitie ‘Groenbelangen in ruimtelijke ontwikkelingen en projecten’ heeft het college op 8 mei 2012 procesafspraken vastgesteld waarmee de tijdige en zorgvuldige afweging van groenbelangen bij ruimtelijke projecten wordt gewaarborgd. In oktober 2012 zijn tussen de betrokkenen bij gemeentelijke ruimtelijke ontwikkelingen werkafspraken gemaakt over opdrachtgeverschap, verantwoordelijkheden en toezicht. En om de inrichting van het besluitvormingsproces daarbij te verbeteren.

We willen hiermee voorkomen dat een plan (voor bijvoorbeeld woningbouw) al klaar is en dat pas daarna blijkt dat er (monumentale) bomen geveld moeten worden.

Aanvragen omgevingsvergunning monumentale bomen via college

Eén van de procesafspraken is dat we een proef uitvoeren waarbij het verlenen van een omgevingsvergunning voor het vellen van monumentale bomen altijd ter besluitvorming wordt voorgelegd aan het college. In het raadsvoorstel ‘APVG wijziging ‘vellen van een houtopstand’, door de raad vastgesteld op 18 december 2013, wordt geconstateerd dat een aanvraag omgevingsvergunning voor het verlenen van een monumentale houtopstand hierdoor niet binnen de wettelijke 8 weken beslistermijn kan worden afgehandeld. Iedere aanvraag zou dan standaard verdaagd moeten worden en dat is ongewenst. Daarom is de volgende procesaanpassing gedaan: een aanvraag omgevingsvergunning vellen van een houtopstand die (mede) betrekking heeft op monumentale bomen wordt met de verantwoordelijk wethouder besproken. Hierbij kan worden besloten om op te schalen naar het college. In dit geval zal het besluit voor de vergunningverlening worden verdaagd met 6 weken. In deze gevallen neemt het college over deze omgevingsvergunning een besluit. Dit principe zal naar verwachting vooral worden toegepast bij ‘gevoelige’ dossiers (waaronder het vellen van monumentale bomen). In deze gevallen ligt het mandaat voor het besluit bij het college. In de andere gevallen blijft het conform het ondermandaatbesluit liggen bij de verantwoordelijke teamleider, afdelingshoofd en vakdirecteur.

Beleidsregels APVG vellen van een houtopstand

Om het bomenbestand in de stad te beschermen heeft de gemeente een aantal beleidsregels vastgesteld in de Algemene Plaatselijke Verordening Groningen (APVG 2009). In de APVG is geregeld hoe er met het bomenbestand wordt omgegaan en welke regels er gelden als iemand (ook de gemeente zelf) een boom wil kappen. De APVG bevat vier mogelijke redenen om een omgevingsvergunning te verlenen. Het gaat hierbij om de criteria ‘waardering’, ‘overlast’, ‘dringende reden’ en ‘kwaliteit’.

Beoordelingsformulier

De status van een monumentale boom is hetzelfde als die van een boom met een stamdiameter groter dan 20 centimeter. Wel geldt bij het verlenen van een omgevingsvergunning voor een monumentale boom een zwaardere afweging.

Voor een objectieve beoordeling van een aanvraag om een omgevingsvergunning waarbij sprake zou zijn van overlast kan gebruik worden gemaakt van een beoordelingsformulier. Op dit formulier komt zowel het belang voor het behoud van de houtopstand als het belang voor het verwijderen van de houtopstand via een score naar voren. Bij het vaststellen van het belang van de boom geldt een aantal criteria zoals ‘onderdeel groenstructuur’, ‘vervangbaarheid’, ‘esthetische waarde (beeldbepalendheid)’ en ‘zeldzaamheid (dendrologische waarde)’. Ook het criterium ‘monumentale cq. cultuurhistorische waarde’ is opgenomen, waarbij aan een monumentale boom 30 waardepunten wordt toegekend en aan een potentieel monumentale boom (heeft een leeftijd van minimaal 35 jaar en voldoet aan de criteria voor een monumentale boom) 15 punten. Een monumentale boom zal hoog scoren op de verschillende criteria. In de praktijk blijkt dat een omgevingsvergunning voor het vellen van een monumentale boom alleen wordt afgegeven voor een dringende reden (ruimtelijke ontwikkeling) of in verband met ziekte en gevaarzetting van de boom.

Ruimtelijke ontwikkeling

Een ruimtelijke ontwikkeling veroorzaakt een ingrijpende functionele verandering in een gebied. Bij ruimtelijke ontwikkelingen (zowel gemeentelijke, andere overheden, als dat van een projectontwikkelaar) is de door het college vastgestelde Bomen Effect Analyse (BEA) het toetsingskader. Dit is een rapportage waarin beschreven is welke effecten een ruimtelijke ontwikkeling op het groen heeft en op welke wijze het groen gecompenseerd wordt. Een BEA wordt vastgesteld door het college en ter kennisname aan de raad aangeboden. Een vastgestelde BEA geldt als motivatie voor het verlenen van een omgevingsvergunning.

Bij ruimtelijke ontwikkelingen (door overheden of projectontwikkelaars) komt het voor dat binnen een plangebied alle houtopstand moet wijken. Het gaat hierbij om (bos)percelen waar veel bomen en struiken staan waarbij het erg lastig is om iedere individuele houtopstand in te meten. In een dergelijk geval is het mogelijk om een omgevingsvergunning aan te vragen voor het betreffende gebied waarbinnen de houtopstand geveld moeten worden.

Een inventarisatie van het aanwezige groen maakt deel uit van het projectvoorstel van de betreffende ruimtelijke ontwikkeling. Wanneer een (potentieel) monumentale boom binnen het omkaderde gebied aanwezig is, moet deze apart worden vermeld.

4.Subsidieregeling voor particuliere monumentale bomen

De particuliere eigenaren van een monumentale boom weten dat ze iets bijzonders in de tuin hebben staan. De particulier is verantwoordelijk voor het in stand houden van de boom en kan voor hoge onderhoudskosten gesteld worden. Wij vinden het belangrijk dat particuliere eigenaren maatregelen treffen om de monumentale houtopstand in stand te houden. Wij vinden het ook belangrijk dat zorgvuldig wordt omgegaan met het monumentale bomenbestand en dat de werkzaamheden aan monumentale bomen door een erkend boomverzorgingsbedrijf worden uitgevoerd. In dat kader verlenen wij sinds 2002 subsidie voor particuliere monumentale bomen. Doel van de subsidieverlening is het ondersteunen van particuliere boomeigenaren voor het in stand houden van monumentale bomen.

 

Tot 2008 bleken particuliere eigenaren van monumentale bomen weinig gebruik te maken van de subsidieregeling. Niet omdat bewoners niet op de hoogte waren van de subsidiemogelijkheid, maar waarschijnlijk doordat de bijdrage voor het onderhoud van de monumentale boom niet voldoende was. Per adres werd 50% van de onderhoudskosten vergoed met een maximumbedrag tot € 500,-. De kosten voor het onderhoud van een monumentale boom variëren tussen € 800,- en € 3.000,- per subsidieaanvraag. Hierdoor was het risico aanwezig dat de particuliere eigenaren voor een goedkopere oplossing kozen en geen erkend boomverzorgingsbedrijf inschakelden voor het onderhoud van de boom. De kans dat de monumentale boom op een verkeerde manier werd gesnoeid en hierbij schade opliep was groot. Daarom hebben wij in 2008 voorgesteld om het subsidiebedrag tot een maximumbedrag van € 1.000,- te verhogen. De raad heeft dit voorstel op 28 mei 2008 vastgesteld.

 

In de ‘Nadere regels subsidies gemeente Groningen, Hoofdstuk 9 Onderhoud en beheer openbare ruimte’ worden de regels voor de subsidie voor particuliere monumentale bomen beschreven. De subsidie moet schriftelijk worden aangevraagd waarbij vermeld moet worden om welke boom het gaat en welke werkzaamheden uitgevoerd moeten worden. Bovendien moet bij de aanvraag een gespecificeerde offerte van een erkend boomverzorgingsbedrijf worden bijgesloten. Na beoordeling door de gemeente ontvangt de aanvrager een schriftelijke toekenning of afwijzing. Bij een toekenning van subsidie moet de uitvoering van de werkzaamheden binnen zes maanden gereed zijn. Na een schriftelijke gereedmelding bij Stadsbeheer wordt het werk gecontroleerd en na goedkeuring wordt de subsidie overgemaakt. De werkzaamheden moeten worden uitgevoerd door een erkend boomverzorgingsbedrijf. Alleen maatregelen om de levensduur van de boom te verlengen komen in aanmerking voor een bijdrage.

 

Vanuit het onderhoudsbudget bomen is er jaarlijks € 3.000,- beschikbaar voor het onderhoud van particuliere monumentale bomen. Tot nu toe blijkt dit budget voldoende te zijn om alle aanvragen te kunnen verlenen. De aanvragen worden op volgorde van binnenkomst in behandeling genomen.

5.Groencompensatie

De terughoudendheid bij het verlenen van kapvergunningen wordt ingegeven door de waarde die elke gezonde boom vertegenwoordigt; esthetisch, ecologisch, maar ook in geïnvesteerd kapitaal. De waarde van een boom wordt serieus genomen, vandaar dat bij kapaanvragen altijd een herplantplicht wordt meegewogen. De herplantplicht heeft ten doel het groen in de directe omgeving van de kapplaats op peil te houden. In principe wordt één op één herplant opgelegd. Dit betekent dat voor elke gekapte boom een boom moet worden aangeplant. Vanwege het ontbreken van een goede plantplaats is herplant niet altijd mogelijk. Daarom is in de uitwerking van de Groenstructuurvisie de mogelijkheid tot het instellen van een groencompensatieregeling nader onderzocht. In de Groenstructuurvisie is dit als volgt verwoord:

 

‘Uitgangspunt van de Groenstructuurvisie is dat de intensivering van het stedelijke gebied die is voorzien in de structuurvisie Stad op Scherp niet zal leiden tot een substantiële afname van het groenareaal.

 

Wanneer als gevolg van de planvorming de basisgroenstructuur op een locatie verandert, moet door compensatie in het ontwerp in eerste instantie naar behoud van de groene kwaliteit worden gestreefd. Wanneer onvoldoende ruimte voor het groen overblijft, moet het verlies financieel gecompenseerd worden. De kostprijs van binnenstedelijk groen wordt vastgesteld op basis van de (geïndiceerde) kosten van de oorspronkelijke aanlegkosten, vermeerderd met gekapitaliseerde beheerkosten. Deze kosten worden afgedragen aan de gemeente en vervolgens ingezet ten behoeve van de completering en kwalitatieve versterking van de basisgroenstructuur.

 

Ons streven is om het groen zoveel mogelijk fysiek te compenseren daar waar het groen moet wijken. Het komt in de praktijk niet vaak voor dat het groen financieel gecompenseerd moet worden omdat fysieke compensatie niet mogelijk is.

6.Communicatie

 

Particuliere bomen

Het overgrote deel van de particuliere bomen heeft een plekje in het hart van hun eigenaar. De meeste eigenaren van een monumentale boom erkennen de waarde van een karakteristieke of bijzondere boom op hun grondgebied, niet in de laatste plaats als waardevermeerdering van hun eigendom. Voor de inventarisatie van de particuliere bomen is toestemming gevraagd aan de eigenaren. In slechts een enkel geval verleende de eigenaar geen medewerking aan de inventarisatie. Om de particuliere eigenaren te wijzen op het waardevolle bezit dat zij op hun grond hebben staan, hebben wij, conform afspraken met de raad, in 2009 alle particuliere eigenaren van een monumentale boom aangeschreven. Hiermee is het belang van monumentale bomen voor de stad benadrukt en zijn de eigenaren geïnformeerd over subsidiemogelijkheden.

Wandelroute Noorderplantsoen

Om het belang van monumentale bomen te benadrukken, hebben wij de wandelroute langs monumentale bomen in het Noorderplantsoen geactualiseerd. Deze wandelroute gaat langs 51 monumentale bomen en is te vinden op de website http://gemeente.groningen.nl/natuur/Bomenroute. Hier is ook een uitgebreide brochure te vinden met informatie over de geschiedenis van het park en de subsidiemogelijkheid voor particuliere monumentale bomen.

Gronings Groen van Toen

Het landelijke thema van Open Monumentendag 2012 luidde ‘Groen van toen’. In Groningen hebben we in samenwerking met platform GRAS speciaal voor deze Open Monumentendag het boekje ‘’ Gronings Groen van Toen’ uitgegeven. Het is een rijk geïllustreerd overzicht van het belangrijkste historische groen van Groningen. Er is ook een hoofdstuk gewijd aan de monumentale bomen.

Inwerkingtreding

Dit besluit treedt in werking op de dag na die van de bekendmaking.

Intrekken oude regeling

De Nota ‘Bladgoud’ actualisatie 2010 vastgesteld bij collegebesluit van 11 januari 2010 wordt ingetrokken op de dag dat de Nota Bladgoud actualisatie 2013 in werking is getreden.

Citeertitel

Deze regeling kan worden aangehaald als Nota Bladgoud actualisatie 2013.

Gedaan te Groningen in de collegevergadering van 17 december 2013.

De burgemeester,

dr. R.L. (Ruud) Vreeman.

De secretaris,

drs. M.A. (Maarten) Ruys.

Bijlage 1

 

Bijlage 1

Bijlage 2

 

Bijlage 2