Organisatie | Haarlemmermeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regionale Huisvestingsverordening Stadsregio Amsterdam 2013 |
Citeertitel | Regionale Huisvestingsverordening Stadsregio Amsterdam 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | volkshuisvesting en woningbouw |
Eigen onderwerp | Woonruimteverdeling |
Externe bijlagen | Behorende bij artikel 2, vijfde lid Behorende bij artikel 9 Behorende bij artikel 10 Werkingsgebied splitsingsvergunning per gemeente Behorende bij artikel 59 Adressen solids Toelichting Regionale huisvestingsverordening Artikelgewijze toelichting Regionale huisvestingsverordening |
Vastgesteld door het algemeen bestuur van de Stadsregio Amsterdam (en niet de gemeenteraad)
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2014 | 01-01-2016 | Wijzigingsverordening | 04-03-2013 Gemeenteblad 2014, 17202 | 2014/06 en 2014/10 | |
01-01-2013 | 01-01-2016 | Nieuwe regeling | 15-12-2009 InforMeer 19-12-2012 | Onbekend |
Nb inhoudsopgave opnieuw genereren
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen 4
Hoofdstuk 2 Verdeling van woonruimte 5
AFDELING I WOONRUIMTEVERDELING 5
Artikel 3 Reikwijdte vergunningplicht 6
Artikel 4 Toelatingscriteria 6
Paragraaf 2 Procedure aanvraag huisvestingsvergunning 6
Artikel 5 Aanvraag vergunning en in te dienen bescheiden 6
Artikel 7 Gegevens op vergunning 7
Paragraaf 3 Vergunningverlening 7
Artikel 8 Criteria voor vergunningverlening 7
Artikel 9 Passendheid: relatie huur- inkomen 7
Artikel 10 Passendheid: bezettingsnormen 8
Artikel 11 Woningruil en wisselwoning 8
Artikel 12 Vruchteloze aanbieding 8
Artikel 13 Intrekken vergunning 9
Artikel 15 Nadere uitwerking 10
Artikel 16 Medische indicatie 10
Paragraaf 5 Leegmelding en voordracht 10
AFDELING II VERDELING VAN STANDPLAATSEN WOONWAGENS 12
Paragraaf 6 Standplaatsen voor woonwagens 12
Artikel 21 Reikwijdte vergunningplicht 12
Artikel 22 Inschrijving register 12
Artikel 23 In te dienen bescheiden 13
Artikel 24 Criteria voor vergunningverlening 13
Artikel 25 Intrekken vergunning 13
Artikel 26 Nadere uitwerking 13
Hoofdstuk 3 Wijziging van de woonruimtevoorraad 14
AFDELING I ONTTREKKING, SAMENVOEGING EN OMZETTING 14
Artikel 28 Reikwijdte vergunningsplicht 14
Paragraaf 2 Procedure aanvraag onttrekkingsvergunning 14
Artikel 29 Aanvraag vergunning 14
Artikel 30 Op te nemen gegevens 15
Artikel 31 In te dienen bescheiden 15
Artikel 33 Samenloop onttrekking en bouwen 15
Artikel 34 Beschikkingsvereisten 15
Paragraaf 3 Vergunningverlening 16
Artikel 35 Criteria voor vergunningverlening 16
Artikel 36 Voorwaarden en voorschriften 16
Artikel 37 Intrekken vergunning 17
Artikel 38 Tijdelijke onttrekking 17
Paragraaf 4 Tijdelijke onttrekking voor short stay (kort wonen) 17
Artikel 39 Vergunning voor short stay 17
Artikel 40.In de aanvraag op te nemen gegevens en bescheiden 17
Artikel 41 Belangenafweging 17
Artikel 44 Reikwijdte vergunningplicht 18
Paragraaf 6 Procedure aanvraag splitsingsvergunning 18
Artikel 45 Aanvraag vergunning 18
Artikel 46 Op te nemen gegevens 18
Artikel 47 In te dienen bescheiden 19
Artikel 49 Beschikkingsvereisten 19
Paragraaf 7 Vergunningverlening 20
Artikel 50 Weigeringsgronden 20
Artikel 51 Aanhoudingsgronden 21
Artikel 52 Voorwaarden en verplichtingen 21
Artikel 53 Vergunningverlening corporaties 22
Artikel 55 Intrekken vergunning 22
Hoofdstuk 4 Verdere bepalingen 22
Artikel 56 Overleg bij wijziging 22
Paragraaf 2 Verslaglegging en monitoring 23
Artikel 58 Verstrekken van inlichtingen 23
Paragraaf 3 Handhaving en toezicht 23
Artikel 59 Handelen in strijd met onttrekkingsvergunning 23
Artikel 60 Bestuurlijke boete 23
Artikel 62 Uitleg verordening 23
Artikel 63 Hardheidsclausule 23
Hoofdstuk 5 Overgangs- en slotbepalingen 23
Artikel 65 Overgangsbepalingen 23
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
Onzelfstandige woonruimte: woonruimte, niet-zijnde woonruimte bestemd voor inwoning, welke geen eigen toegang heeft of welke niet door een huishouden zelfstandig kan worden bewoond, zonder dat dit huishouden daarbij afhankelijk is van wezenlijke voorzieningen buiten die woonruimte, waarbij als wezenlijke voorzieningen worden aangemerkt: keuken en toilet.
Stadsregio Amsterdam: WGR+-regio in de zin van artikel 104 van de Wet gemeenschappelijke regelingen dat bestaat uit de gemeenten Aalsmeer, Amstelveen, Amsterdam, Beemster, Diemen, Edam-Volendam, Haarlemmermeer, Landsmeer, Oostzaan, Ouder-Amstel, Purmerend, Uithoorn, Waterland, Wormerland, Zaanstad en Zeevang.
Hoofdstuk 2 Verdeling van woonruimte
In de gemeenten genoemd in het eerste lid worden als woonruimten als bedoeld in artikel 5 van de wet aangewezen alle zelfstandige huurwoningen met een rekenhuur tot de huurtoeslaggrens als bedoeld in artikel 13, eerste lid, onder a, van de Wet op de huurtoeslag (664,66 euro prijspeil 1 januari 2012).
In de gemeenten Amstelveen, Amsterdam, Landsmeer, Oostzaan, Ouder-Amstel en Purmerend worden tevens als woonruimten als bedoeld in artikel 5 van de wet aangewezen alle nieuwbouwkoopwoningen met een koopprijs beneden de koopprijsgrens (163.625 euro prijspeil 1 januari 2009) die in gebruik worden genomen door de eigenaar ervan en die niet eerder bewoond zijn geweest.
Artikel 3 Reikwijdte vergunningplicht
Het is verboden de in artikel 2 aangewezen woonruimte zonder een huisvestingsvergunning:
Paragraaf 3 Vergunningverlening
Artikel 8 Criteria voor vergunningverlening
3 Per huishouden wordt slechts één huisvestingsvergunning verleend.
Artikel 12 Vruchteloze aanbieding
Burgemeester en wethouders verlenen ontheffing van één of meer criteria voor het verlenen van een huisvestingsvergunning indien de woonruimte gedurende dertien weken, tenminste twee keer, tevergeefs is aangeboden via een lokaal of regionaal medium aan woningzoekenden die ingevolge artikel 8 voor de woonruimte in aanmerking komen. Geen ontheffing kan worden verleend van het criterium verblijfsstatus.
In afwijking van het eerste lid verlenen burgemeester en wethouders, nadat hun door verhuurders is aangetoond dat een bepaalde categorie huurwoningen minder goed verhuurbaar is, voor die bepaalde categorie huurwoningen ontheffing van één of meer criteria voor een huisvestingsvergunning, uitgezonderd het criterium verblijfstatus, voor een nader vast te stellen periode.
Paragraaf 5 Leegmelding en voordracht
woonruimte als hoofdverblijf in gebruik had overeenkomstig de regels, gesteld bij of krachtens de Huisvestingswet;
Paragraaf 6 Standplaatsen voor woonwagens
In de gemeenten Amstelveen, Amsterdam, Oostzaan, Ouder-Amstel en Purmerend
worden alle standplaatsen aangewezen als woonruimte als bedoeld in artikel 1, derde lid onder a, van de wet.
Artikel 20 Reikwijdte vergunningplicht
Het is verboden zonder een huisvestingsvergunning een aangewezen standplaats in gebruik te nemen of te geven.
Artikel 22 In te dienen bescheiden
3 Burgemeester en wethouders zijn bevoegd om nadere gegevens te vragen die nodig zijn om de inschrijving te beoordelen.
Hoofdstuk 3 Wijziging van de woonruimtevoorraad
door burgemeester en wethouders aangewezen woonruimte voor huisvesting van studenten die staan ingeschreven bij een universiteit, een hogere beroepsopleiding of een middelbare beroepsopleiding gevestigd in het gebied van de Stadsregio Amsterdam, alsmede voor promovendi verbonden aan deze instellingen, waarbij sprake is van omzetting van zelfstandige en onzelfstandige woonruimte; en,
Paragraaf 2 Procedure aanvraag onttrekkingsvergunning
Artikel 30 In te dienen bescheiden
Bij de aanvraag worden de volgende bescheiden overgelegd:
Burgemeester en wethouders beslissen binnen twaalf weken na de dag waarop de aanvraag is ingediend. Zij kunnen deze termijn eenmaal met ten hoogste vier weken verlengen.
Artikel 32 Samenloop onttrekking en bouwen
Indien voor het gebouw of de gebouwgedeelten waarop de aanvraag betrekking heeft, tevens een omgevingsvergunning is aangevraagd, kan bij de aanvraag voor overeenkomstige gegevens en bescheiden worden verwezen naar de coördinatiebepaling voor vergunningaanvragen uit de gemeentelijke bouwverordening voor zover die is opgenomen.
Paragraaf 3 Vergunningverlening
Artikel 34 Criteria voor vergunningverlening
Indien burgemeester en wethouders van oordeel zijn dat het belang van het behoud of de samenstelling van de woonruimtevoorraad groter is dan het met de onttrekking, samenvoeging of omzetting gediende belang wordt de vergunning verleend onder het stellen van voorwaarden en voorschriften behoudens het bepaalde in het derde lid.
Indien burgemeester en wethouders van oordeel zijn dat het belang van het behoud of de samenstelling van de woonruimtevoorraad groter is dan het met de onttrekking, samenvoeging of omzetting gediende belang en dit belang niet door het stellen van voorwaarden en voorschriften voldoende kan worden gediend, wordt de vergunning geweigerd.
Artikel 36 Intrekken vergunning
Burgemeester en wethouders kunnen een onttrekkingsvergunning intrekken indien:
Paragraaf 4 Tijdelijke onttrekking voor short stay (kort wonen)
Artikel 39 In de aanvraag op te nemen gegevens en bescheiden
In afwijking van het bepaalde in de artikelen 29 en 30 bevat de aanvraag de volgende gegevens en bescheiden:
gebouwen die eigendom zijn van coöperatieve flatexploitatievereniging en waarvan de eigendom wordt gesplitst in een zelfde aantal appartementsrechten, als het aantal lidmaatschapsrechten van de flatexploitatievereniging onder de voorwaarde dat de lidmaatschapsrechten daadwerkelijk zijn uitgegeven overeenkomstig een eerder verleende splitsingsvergunning.
Artikel 43 Reikwijdte vergunningplicht
Het is verboden een recht op een gebouw dat behoort tot de in artikel 42 aangewezen categorie, zonder vergunning van burgemeester en wethouders te splitsen in appartementsrechten als bedoeld in artikel 106, eerste en vierde lid, boek 5 van het Burgerlijk Wetboek, indien een of meer appartementsrechten de bevoegdheid omvatten tot het gebruik van een of meer gedeelten van het gebouw als woonruimten.
Paragraaf 6 Procedure aanvraag splitsingsvergunning
Artikel 46 In te dienen bescheiden
een splitsingsplan dat voldoet aan de vereisten als neergelegd in artikel 109 van boek 5 van het Burgerlijk Wetboek en het krachtens dat artikel vastgestelde besluit betreffende splitsing in appartementsrechten, waarin de indeling en de met de splitsing beoogde eigendomswijzigingen zijn aangegeven op ten minste de schaal 1 :100 en
In afwijking van het eerste en tweede lid worden in de gemeente Amsterdam bij de aanvraag voor een splitsingsvergunning door een corporatie die lid is van de Amsterdamse Federatie van Woningcorporaties, die bescheiden overgelegd die worden gevraagd in het convenant als bedoeld in artikel 52, onder c.
Paragraaf 7 Vergunningverlening
In verband met woonruimtevoorraad
1.Burgemeester en wethouders kunnen de splitsingsvergunning weigeren indien:
dan wel het gebouw of gedeelte van een gebouw, voor zover dit geheel of gedeeltelijk verhuurd is geweest voor bewoning, in strijd met de voorschriften van een bestemmingsplan als bedoeld in artikel 3.5 dan wel een inpassingsplan als bedoeld in artikel 3.26 of 3.28 van de Wet ruimtelijke ordening of met enig wettelijk voorschrift, geheel of gedeeltelijk voor een ander doel dan voor bewoning in gebruik genomen;
In verband met belemmering van de stadsvernieuwing
In verband met de toestand van het gebouw
In verband met belemmering van de stadsvernieuwing
1.Burgemeester en wethouders houden de beslissing op een aanvraag aan indien:
a een voorbereidingsbesluit als bedoeld in artikel 3.7 van de Wet ruimtelijke ordening van kracht is met het oog op de voorbereiding van een stadsvernieuwingsplan of van een herziening daarvan;
b dat besluit is genomen voordat de aanvraag om vergunning werd ingediend;
c redelijkerwijs mag worden verwacht dat de in het stadsvernieuwingsplan op te nemen maatregelen nadelig kunnen worden beïnvloed door de voorgenomen splitsing, en
d redelijkerwijs mag worden verwacht dat het belang dat de vergunningaanvrager bij splitsing heeft, niet opweegt tegen het belang van het voorkomen van belemmering van de modernisering of vervanging.
2.De aanhouding als bedoeld in het eerste lid duurt niet langer dan tot het moment dat het voorbereidingsbesluit ingevolge artikel 3.7 van de Wet ruimtelijke ordening is vervallen, waarna burgemeester en wethouders binnen vier weken beslissen op een aanvraag om een splitsingsvergunning.
In verband met de toestand van het gebouw
Nadat door burgemeester en wethouders is vastgesteld dat de gebreken als bedoeld in artikel 49 derde en vierde lid zijn hersteld, dan wel de noodzakelijke voorzieningen zijn getroffen binnen de daarvoor aangegeven termijn, wordt met inachtneming van de Bouwverordening van de betreffende gemeente binnen vier weken de vergunning verleend.
Artikel 51 Voorwaarden en verplichtingen
Burgemeester en wethouders kunnen indien een aanvraag voor een splitsingsvergunning wordt gedaan in samenhang met een bouwplan in het kader van een complexgewijze aanpak of waarvoor een bouwvergunning is verleend, de vergunning verlenen onder de opschortende voorwaarde dat het betreffende bouwplan is uitgevoerd.
Artikel 52 Vergunningverlening corporaties
Een aanvraag voor een splitsingvergunning door een corporatie wordt niet
geweigerd, indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Hoofdstuk 4 Verdere bepalingen
Artikel 55 Overleg bij wijziging
Bij de voorbereiding van een besluit tot wijziging van deze verordening pleegt het dagelijks bestuur overleg met burgemeester en wethouders en met de in de Stadsregio werkzame corporaties en met andere daarvoor naar zijn oordeel in aanmerking komende organisaties die binnen de Stadsregio werkzaam zijn op het gebied van de volkshuisvesting.
Paragraaf 3 Handhaving en toezicht
Artikel 58 Handelen in strijd met onttrekkingsvergunning
Hij die handelt in strijd met enig aan de vergunning als bedoeld in artikel 30 van de wet verbonden voorschrift, wordt geacht zonder vergunning te hebben gehandeld.
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd de uitoefening van hun bevoegdheden krachtens hoofdstuk 2 te mandateren aan corporaties en eigenaren van particuliere huurwoningen.
Hoofdstuk 5 Overgangs- en slotbepalingen
De regioraad is bevoegd, op voorstel van burgemeester en wethouders, voor een bepaalde periode af te wijken van (onderdelen van) deze verordening ten behoeve van experimenten in het belang van de volkshuisvesting, mits niet in strijd met de wet of het besluit.
Artikel 64 Overgangsbepalingen
Aanvragen voor een huisvestingsvergunning als bedoeld in artikel 5, een urgentieverklaring als bedoeld in artikel 14, een onttrekkingsvergunning als bedoeld in artikel 28 of 38 en een splitsingsvergunning als bedoeld in artikel 45, die vóór de dag van inwerkingtreding van onderhavige verordening zijn ingediend, worden behandeld volgens de Regionale Huisvestingsverordening Stadsregio Amsterdam 2010.
Vergunningen, toestemmingen, urgentieverklaringen, met inbegrip van daaraan verbonden voorwaarden en voorschriften vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de onderhavige verordening verleend krachtens de Regionale Huisvestingsverordening Stadsregio Amsterdam 2010, gelden als vergunningen, toestemmingen, urgentieverklaringen en indicaties, met inbegrip van daaraan verbonden voorwaarden en voorschriften als bedoeld in deze verordening.