Organisatie | Oldambt |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Regeling vertrouwenspersoon gemeente Oldambt 2014 |
Citeertitel | Regeling vertrouwenspersoon gemeente Oldambt 2014 |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2014 | - | 01-04-2014 | Nieuwe regeling |
Burgemeester en wethouders van de gemeente Oldambt;
Gelezen het voorstel van de afdeling dienstverlening, cluster P. en O. ;
en na verkregen instemming van de Ondernemingsraad;
Gelet op artikel 160 van de gemeentewet;
Gelet op de Regeling melding vermoeden misstand gemeente Oldambt 2014;:
tot vaststelling van de navolgende:
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
Burgemeester en wethouders van de gemeente Oldambt.
Persoon in dienst van de gemeente Oldambt die als aanspreekpunt optreedt voor medewerkers die geconfronteerd worden of zijn met seksuele intimidatie, discriminatie, pesterij, agressie en/of geweld, of een melding doen in verband met de regeling vermoeden misstand.
Een vertrouwenspersoon die geen dienstverband heeft bij de gemeente Oldambt.
Seksuele intimidatie, discriminatie, pesterij, agressie en/of geweld, wat door de medewerker als ongewenst wordt ervaren.
De persoon die werkzaam is of werkzaam is geweest in de organisatie van de gemeente Oldambt en een klacht over ongewenst gedrag indient. Behalve de eigen medewerkers kunnen ook uitzendkrachten, detacheringskrachten, stagiaires en andere personen die werkzaamheden verrichten of hebben verricht ten behoeve van de gemeente een klacht indienen wegens ongewenst gedrag.
Een persoon die werkzaam is of is geweest bij de gemeente Oldambt en over wiens gedrag geklaagd wordt.
Een door de aanklager ondertekend en van naam- en adresgegevens voorzien geschrift waarin het jegens hem ongewenste gedrag waarop de klacht betrekking heeft, is omschreven.
Een melding in het kader van de regeling melding vermoeden misstand.
Artikel 3 Taken vertrouwenspersoon
De vertrouwenspersoon heeft als taken:
• De medewerker met klachten over seksuele intimidatie, discriminatie, pesterij, agressie en/of geweld op te vangen;
• Door bemiddeling te trachten tot een oplossing van de problemen te komen indien de medewerker daarin toestemt;
• De medewerker, op zijn verzoek, te ondersteunen bij het indienen van een klacht bij de klachtencommissie en de begeleiding in het traject dat daarop volgt;
• Voor zover nodig en gewenst, de medewerker of aangeklaagde te verwijzen naar gespecialiseerde hulpverleningsinstanties;
• Het registreren van de aard en de omvang van de klachten;
• Het gevraagd en ongevraagd adviseren van de werkgever over het beleid inzake seksuele intimidatie, discriminatie, pesterij, agressie en/of geweld;
• Het signaleren van de behoefte aan voorlichting over seksuele intimidatie, discriminatie, pesterij, agressie en/of geweld;
• Ondersteuning bij een melding in het kader van de regeling vermoeden misstand.
• Jaarlijks gezamenlijk rapporteren, aan het college en aan de ondernemingsraad, wat de werkzaamheden van de vertrouwenspersonen hebben behelsd. Daarbij wordt alleen op een hoog abstractieniveau aangegeven wat de aard van eventuele klachten/meldingen en (afzonderlijke) gesprekken was.
Artikel 4 Werkwijze en bevoegdheden van de vertrouwenspersoon
In voorkomende gevallen kan de vertrouwenspersoon externe deskundigen raadplegen. In het geval dat hier kosten aan verbonden zijn, dient de gemeente vooraf in te stemmen met een dergelijk consult. Daarbij hoeft de vertrouwenspersoon niet kenbaar te maken vanwege welke casus externe deskundigheid wordt geraadpleegd.
Personen die met betrekking tot een klacht aangaande seksuele intimidatie, discriminatie, pesterij, agressie en/of geweld of bij een melding in het kader van de regeling vermoeden misstand door de vertrouwenspersoon worden benaderd, zijn verplicht tot geheimhouding en worden hierop gewezen door de vertrouwenspersoon.