Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Ooststellingwerf

Beleidsregel Ontheffingen in het kader van artikel 61b van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, gemeente Ooststellingwerf

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieOoststellingwerf
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel Ontheffingen in het kader van artikel 61b van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, gemeente Ooststellingwerf
CiteertitelBeleidsregel Ontheffingen in het kader van artikel 61b van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, gemeente Ooststellingwerf
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpruimtelijke ordening, verkeer en vervoer
Eigen onderwerp
Externe bijlagenBijlage 1 - ontheffing Bijlage 2 - aanvraagformulier

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Het vervoer van personen op een wagen achter bijvoorbeeld een trekker is zonder ontheffing niet toegestaan. Dit is aagegeven in art. 61b van het RVV. Hiervoor kan ontheffing worden verleend.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Reglement verkeersregels en verkeerstekens, art. 61b

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-12-2008Nieuwe beleidsregels

09-12-2008

Nieuwe Ooststellingwerver, 30-12-2008

College, 09-12-2008, nr. 5.1.

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel Ontheffingen in het kader van artikel 61b van het Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990, gemeente Ooststellingwerf

Deze beleidsregel heeft als grondslag:

  • 1.

    Wegenverkeerswet

  • 2.

    Reglement Verkeersregels en Verkeerstekens 1990

 

Artikel 1  

Het trekkend voertuig en de aanhangwagens dienen te voldoen aan de geldende regelgeving en de navolgende eisen:

  • 1.

    het te slepen voertuig dient uit minimaal twee assen te bestaan;

  • 2.

    het voertuig dient, ongeacht het ledig gewicht, voorzien te zijn van een reminrichting met een minimaal te behalen remvertraging van 2,40 m/s die gelijktijdig in werking treed bij het in werking treden van de remmen van het trekkend voertuig;

  • 3.

    het voertuig moet voorzien zijn van luchtbanden waarvan het karkas niet zichtbaar is;

  • 4.

    het voertuig moet zijn voorzien van daartoe vast geplaatste en als zodanig ingerichte zitplaatsen;

  • 5.

    het voertuig dient zodanig te zijn ingericht dat er geen mogelijkheid bestaat dat personen van de wagen kunnen vallen;

  • 6.

    Indien de afstand van de onderzijde van het voertuig meer bedraagt dan 0,70 m dient het voertuig aan de achterkant te zijn voorzien van een stootbalk, en aan de zijkant te zijn voorzien van een zijdelingse afscherming;

  • 7.

    de instapmogelijkheid dient zich bij voorkeur aan de (rechter)zijkant te bevinden;

  • 8.

    in de aanhangwagen dient een deugdelijke en eenvoudig te bedienen voorziening aanwezig te zijn om in geval van nood de bestuurder van het trekkende voertuig tijdig te kunnen waarschuwen.

 

Artikel 2  

De bestuurder van een voertuig als hiervoor bedoeld dient aan de navolgende eisen te voldoen:

  • 1.

    de bestuurder dient over voldoende rijvaardigheid te beschikken en in het bezit zijn van een geldig rijbewijs B;

  • 2.

    de te rijden snelheid mag maximal 25 km/uur te bedragen;

  • 3.

    er mogen niet meer personen worden vervoerd dan het aantal beschikbare vaste zitplaatsen;

  • 4.

    voor de combinatie dient een verzekering te zijn afgesloten ingevolge de Wet aansprakelijkheidsverzekering motorrijtuigen.

 

Artikel 3  

De ontheffing dient te worden aangevraagd door middel van een speciaal aanvraagformulier.

Artikel 4  

Het verzoek tot ontheffing moet uiterlijk zes weken voor aanvang van de activiteit worden ingediend bij de gemeente. Als de aanvraag betrekking heeft op het gebruik van wegen van meerdere wegbeheerders, stuurt degene bij wie het verzoek is ingediend, het verzoek onverwijld door aan die wegbeheerders.

Artikel 5  

De behandelend wegbeheerder draagt er zorg voor dat een afschrift van de verleende ontheffing naar de politie Fryslân, locatie de Stellingwerven wordt gestuurd.

Artikel 6  

Een verzoek tot ontheffing kan worden geweigerd in het belang van de bruikbaarheid of het veilig en doelmatig gebruik van de weg.

Onder de naam "Beleidsregel ontheffingen in het kader van artikel 61 b van het RVV1990, gemeente Ooststellingwerf" treedt het besluit in werking op de eerste dag nadat zij is bekend gemaakt op de gerneentelijke voorlichtingspagina in de Nieuwe Ooststellingwerver / De Griffioen.