Organisatie | Heusden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Ontheffingenbeleid paracommercie 2014 |
Citeertitel | Ontheffingenbeleid paracommercie 2014 |
Vastgesteld door | burgemeester |
Onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Eigen onderwerp | openbare orde en veiligheid |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-04-2014 | Nieuw | 11-03-2014 www.officielebekendmakingen.nl | 381725 |
Ontheffingenbeleid paracommercie
Op 17 december 2013 besloot de raad tot het vaststellen van ‘Regels paracommercie Drank- en Horecawet’ door het invoegen van afdeling 8A in hoofdstuk 2 van de Algemene Plaatselijke Verordening gemeente Heusden (hierna: APV). Deze regels zijn met ingang van 1 januari 2014 in werking getreden.
De Drank- en Horecawet biedt een rechtstreekse ontheffingsmogelijkheid voor de regels zoals deze in de APV zijn opgenomen. Dit is geregeld in artikel 4, lid 4: “De burgemeester kan met het oog op bijzondere gelegenheden van zeer tijdelijke aard voor een aaneengesloten periode van ten hoogste twaalf dagen ontheffing verlenen van de bij of krachtens dit artikel gestelde regels”.
Dit ontheffingenbeleid geeft aan in welke gevallen ontheffing wordt verleend van de vastgestelde regels. Hierdoor wordt voorkomen dat in elk individueel geval een eigen afweging moet worden gemaakt. Bovendien geeft het beleidskader helderheid aan de betrokken paracommerciële rechtspersonen, horecaondernemers en voor de behandelend ambtenaar.
De regeling paracommercie bevat voorschriften over:
t oegestane activiteiten die genoemd zijn in artikel 2:34bb van de regeling, zoals een feestavond, clubkampioenschap, toernooien.
Uitgangspunten ontheffingenbeleid
Bij de totstandkoming van de regels paracommercie Drank- en Horecawet is te kennen gegeven dat zeer terughoudend ontheffing zal worden verleend op basis van artikel 4, lid 4, Drank- en Horecawet. Het uitgangspunt is nee, tenzij.
1.Alcohol tijdens feesten van persoonlijke aard
Er worden geen ontheffingen verleend voor het schenken van alcohol tijdens feesten van persoonlijke aard.
2.Alcohol tijdens bijeenkomsten die (mede) zijn gericht tot personen, die niet rechtstreeks bij de activiteiten van de rechtspersoon zijn betrokken
In de regels paracommercie staan activiteiten, waarbij alcohol geschonken mag worden: de toegestane activiteiten. De betrokken lijst is bedoeld om een limitatieve opsomming te geven van activiteiten die zijn toegestaan, ook al hebben ze niet rechtstreeks te maken met de eigenlijke doelstellingen van de paracommerciële rechtspersoon of richten ze zich tot personen, die niet rechtstreeks betrokken zijn bij de rechtspersoon. Hierdoor hebben de paracommerciële rechtspersonen mogelijkheden hun eigen feesten en bijzondere activiteiten te vieren.
Voor de genoemde activiteiten is geen ontheffing vereist, omdat ze rechtstreeks op grond van de regeling toegestaan zijn. In principe wordt geen ontheffing verleend voor andere activiteiten (ander soort activiteit of groter in aantal) dan die in de regeling zelf zijn genoemd. Dit uitgangspunt is echter niet zo absoluut als dat over de feesten van persoonlijke aard. In bijzondere gevallen kan ontheffing worden verleend voor een activiteit, die niet in de lijst van toegestane activiteiten is opgenomen. Het gaat dan om de volgende situatie:
De reguliere schenktijden liggen vast op grond van de regels paracommercie. Bij bijzondere gelegenheden van tijdelijke aard (geen feesten van persoonlijke aard) is het mogelijk ontheffing te krijgen van de reguliere schenktijden. Op deze manier is het mogelijk dat de paracommerciële rechtspersonen niet alleen alcohol kunnen schenken bij bijzondere activiteiten, maar daarbij ook langer kunnen schenken dan tijdens hun normale activiteiten. Voorwaarde is wel dat dit niet langer duurt dan een aaneengesloten periode van maximaal twaalf dagen. Deze voorwaarde volgt rechtstreeks uit de wet.
Er is voor gekozen om verruiming van schenktijden via het ontheffingenbeleid te regelen, omdat:
Bij het verlenen van ontheffing van de schenktijden geldt:
De regelgeving maakt onderscheid in sluitings- en schenktijden. Op basis van artikel 2:29 APV is het sluitingsuur voor paracommerciële rechtspersonen de hele week 24.00 uur. Het is wenselijk om, samen met verlenging van de schenktijden vanwege bijzondere activiteiten, ook de verlenging van de sluitingstijden te regelen. Dat kan op basis van artikel 2:30 APV. Dit is ook meegenomen in de bijgevoegde beleidsregel. Als uitgangspunt geldt:
-wanneer ontheffing wordt verleend van de schenktijden, wordt dezelfde ontheffing verleend van de sluitingstijd. Daarmee is ook bij bijzondere gelegenheden de schenktijd gelijk aan de sluitingstijd.
Inherente afwijkingsbevoegdheid
Bij de beoordeling van verzoeken om ontheffing zijn de hier opgenomen beleidsregels uitgangspunt. Afwijking hiervan is alleen mogelijk, wanneer sprake is van uitzonderlijke omstandigheden, waarmee in het beleid geen rekening is gehouden en waarbij het vasthouden aan het beleid tot onevenredige benadeling van betrokkenen leidt. Als daarvan sprake is, zal in de desbetreffende ontheffing worden gemotiveerd, waarom wordt afgeweken van de algemene uitgangspunten.
Deze beleidsregels treden met ingang van 1 april 2014 in werking.