Organisatie | Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden |
---|---|
Organisatietype | Waterschap |
Officiële naam regeling | Partiële herziening peilbesluit Groenraven Oost, zuidelijk deel 2008 (2014) |
Citeertitel | Partiële herziening peilbesluit Groenraven Oost, zuidelijk deel 2008 (2014) |
Vastgesteld door | algemeen bestuur |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Bijlage bij peilbesluit partiële herziening Groenraven Oost, zuidelijk deel |
Dit peilbesluit vervangt gedeeltelijk peilbesluit Groenraven Oost, zuidelijk deel 2008.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
20-03-2014 | 24-08-2019 | Nieuwe regeling | 12-02-2014 Wsb 2014/3, De Nieuwsbode Bunnik, 12-03-2014 | 764987 |
Het algemeen bestuur van het Hoogheemraadschap De Stichtse Rijnlanden;
gelezen het voorstel van dijkgraaf en hoogheemraden van 19 december 2013 met DM nr. 764987;
voorts gelet op artikel 77 Waterschapswet , artikel 5.2. Waterwet, artikel 4.4 t/m 4.8 van de Waterverordening (2009) van het waterschap;
De partiële herziening van het peilbesluit Groenraven Oost, zuidelijk deel, onder gedeeltelijke intrekking van het Peilbesluit Groenraven Oost, zuidelijk deel d.d. 18 juni 2008 voor het betreffende gebied, vast te stellen.
Het gebied waarop deze wijziging van toepassing is, is aangegeven op de bij dit besluit behorende kaart. Voor de overige peilgebieden van het Peilbesluit Groenraven Oost, zuidelijk deel blijft het besluit van 18 juni 2008 van kracht.
Voor de toepassing van dit besluit geldt dat peilen zijn aangegeven ten opzichte van het Normaal Amsterdams Peil 2005 (NAP 2005).
1.De na te streven waterstanden in de afzonderlijke peilgebieden binnen de werkingssfeer van dit peilbesluit, worden weergegeven in tabel 1;
Tabel 1 Overzicht vast te stellen peilen en te voeren peilbeheer in landbouw- en natuurgebieden.
* = in dit gebied wordt een flexibel peilbeheer gevoerd.
2.Voor de bepaling van de maaiveldhoogte is uitgegaan van het Actueel Hoogtebestand Nederland (AHN2), waarin maaiveldhoogtegegevens beschikbaar zijn die met laseraltimetrie zijn verkregen.
In peilgebieden uit tabel 1 met een zomer- en winterpeil zal de overgang van zomerpeil naar winterpeil, al naar gelang de weersomstandigheden en het geschatte grondwaterstandverloop, in het algemeen en naar oordeel van dijkgraaf en hoogheemraden, plaatsvinden in de loop van de maanden september tot en met november. De overgang van winterpeil naar zomerpeil zal, al naar gelang de weersomstandigheden en het geschatte grondwaterstandverloop, in het algemeen en naar oordeel van dijkgraaf en hoogheemraden, plaatsvinden in de loop van de maanden april tot en met juni.
Het College van Dijkgraaf en Hoogheemraden is bevoegd om, onder afweging van de betrokken belangen, van het in artikel 3 vermelde peil af te wijken, indien daarvoor op grond van te verwachten of reeds optredende extreme - natte of droge - weersomstandigheden, dan wel in verband met dreigende of reeds optredende calamiteiten, aanleiding bestaat.