Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Amersfoort

Wijzigingsverordening apv

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieAmersfoort
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingWijzigingsverordening apv
CiteertitelAlgemene plaatselijke verordening
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De verordening wijzigt artikel 2.9 van de Algemene Plaatselijke Verordening Amersfoort

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

artt. 147 en 149 Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Beleidsregel ontheffing straatoptredens

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

27-03-201418-12-2014Nieuwe regeling

04-03-2014

Stadsberichten, 19 maart 2014

4568705

Tekst van de regeling

Intitulé

Wijzigingsverordening apv

Titel

Wijziging van artikel 2:9 APV over straatartiesten

 

 

 

Beslispunten

Artikel 2:9 van de APV als volgt te wijzigen:

 

Artikel 2:9 Straatartiest e.d.

  • 1.

    Het is verboden om een straatoptreden te verzorgen op een openbare plaats of het openbaar water in een daartoe door de burgemeester aangewezen gebied.

  • 2.

    Onder straatoptreden wordt verstaan het ten gehore brengen van muziek, zang, het vertonen van dans of andersoortige voorstellingen.

  • 3.

    De burgemeester kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.

  • 4.

    Het verbod uit het eerste lid van dit artikel geldt niet op Koningsdag en 5 mei (Bevrijdingsdag).

  • 5.

    Op de ontheffing bedoeld in het derde lid is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve beschikking bij niet tijdig beslissen) van toepassing.

Aanleiding

Straatoptredens leveren een bijdrage aan een levendige binnenstad die aantrekkelijk is voor bezoekers. Echter, optredens kunnen ook zorgen voor overlast. Het afgelopen jaar zijn er steeds meer meldingen binnengekomen van overlast door straatartiesten. In 2013 waren dit 180 meldingen. Daarnaast is een aantal bewoners en winkeliers van de binnenstad een petitie gestart tegen deze overlast. Op dit moment zijn 58 handtekeningen verzameld die binnenkort zullen worden aangeboden aan de burgemeester. Er wordt voornamelijk geklaagd over de kwaliteit en de duur van de muziek en het feit dat de straatartiesten zich vaak niet houden aan de voorwaarden uit het huidige artikel 2:9 van de APV.

Het huidige artikel staat straatoptredens toe, mits men zich houdt aan een aantal voorwaarden. Wanneer een straatartiest zich niet aan de voorwaarden houdt, spreken de handhavers hem daar op aan. Als dit geen effect blijkt te hebben, is er echter geen mogelijkheid om verder snel en effectief handhavend op te treden. Een aanpassing van het artikel naar een ontheffingensysteem biedt ons meer mogelijkheden om handhavend op te treden. Uitgangspunt blijft dat we overtreders eerst aanspreken op hun overtreding. Bij herhaalde overtredingen kunnen we zwaardere middelen inzetten, zoals het intrekken van de ontheffing of het uitschrijven van een bestuurlijke strafbeschikking. In gemeenten als Haarlem en Utrecht met eenzelfde systeem is dit effectief gebleken.

Beoogd effect

Met het wijzigen van artikel 2:9 van de APV in een ontheffingenstelsel, stimuleren wij de diversiteit en kwaliteit van straatoptredens. Daarnaast hebben we meer grip op de optredens op straat en wordt handhaven op overlastgevende straatartiesten vergemakkelijkt. We hebben inzicht in wie de straatartiesten zijn en blijven overtreders in eerste instantie aanspreken op hun overtreding. Daarnaast kunnen we tegen blijvende overlast optreden door het opleggen van een bestuurlijke strafbeschikking of door een ontheffing in te trekken. Hiermee willen we zorgen voor een afname van het aantal klachten over overlast en de sfeer in de stad verhogen.

Argumenten

1.1 Door invoering van de ontheffing kunnen we beter handhaven

In 2011 zijn raadsvragen (nr. 2011-105) gesteld naar aanleiding van klachten over overlast door straatartiesten. Ons college heeft hierop geantwoord dat in de destijds nieuwe APV aangescherpte regels zouden worden opgenomen om de overlast te beperken. Dat werd het huidige artikel 2:9 waarmee een straatartiest zonder vergunning of ontheffing op kan treden als hij zich houdt aan de voorwaarden uit dat artikel. Bij overtreden van de regels spreekt de handhaver de overtreder aan, maar deze heeft verder geen mogelijkheden om aanhoudende overlast aan te pakken. Een verbod met een ontheffingsmogelijkheid zoals voorgesteld, betekent dat straatoptredens niet mogen plaatsvinden, tenzij de straatartiest een ontheffing heeft. Aan de ontheffing zijn voorwaarden verbonden, gelijk aan de voorwaarden die nu in het huidige artikel 2:9 staan. Dit biedt ons meer handvaten om overlast aan te pakken. Bij overtreding van de voorwaarden kan, als aanspreken geen effect heeft, de ontheffing namelijk worden ingetrokken. Een andere mogelijkheid is om een bestuurlijke strafbeschikking op te leggen wanneer men de voorwaarden uit de ontheffing overtreedt of optreedt zonder ontheffing.

1.2 Het voorstel biedt ons meer inzicht in en regulering van de straatartiesten

Wij verlenen een ontheffing op vertoon van een geldig legitimatiebewijs en na controle van de landelijke Basisadministratie Personen (BRP) op het woonadres van de aanvrager. Als de straatartiest niet in de landelijke BRP ingeschreven staat of er vindt een nader onderzoek plaats naar het opgegeven adres, wordt geen ontheffing verleend. Op deze manier hebben we inzicht in wie de straatartiesten zijn en zijn zij te traceren bij eventuele overtredingen.

Kanttekeningen

1.1 Er wordt geen maximum aantal ontheffingen ingevoerd

Er is, net als in Haarlem en Utrecht, niet gekozen voor een maximum aan ontheffingen. De beperkende maatregel zit in het feit dat men eerst een ontheffing aan moet vragen alvorens als straatartiest te kunnen optreden. Daarnaast wordt in de beleidsregel opgenomen dat de burgemeester uit het oogpunt van openbare orde later alsnog een beperking op het aantal uit te geven ontheffingen kan aanbrengen.

1.2 Er is inzetbaarheid van handhavers nodig

De Publieksbalie verleent de ontheffingen. Wij controleren momenteel al dagelijks of straatartiesten zich houden aan de regels uit het huidige artikel 2:9 van de APV. Dit zal blijven gebeuren bij invoering van het ontheffingensysteem. Een extra taak zal zijn om de straatartiesten te wijzen op de verplichting om een ontheffing aan te vragen en daarna te controleren of een straatartiest in het bezit is van een ontheffing. Het levert geen onaanvaardbare toename van de inzet van de handhavers op en gaat niet ten koste van andere handhavingstaken.

1.3 Het voorstel past niet binnen het beleid van deregulering

In Amersfoort voeren wij beleid om zoveel mogelijk te dereguleren. In de APV van 2011 is daarom gekozen voor een systeem van algemene regels met betrekking tot de straatartiesten. Nu blijkt in de praktijk echter dat dit te weinig handvaten biedt om op te treden tegen overlast door straatartiesten. Het toevoegen van een nieuwe regel, de ontheffing om als straatartiest op te treden, is daarom in dit geval noodzakelijk.

Financiën

De werkzaamheden omtrent het verlenen van ontheffingen zijn beperkt en kunnen worden opgevangen binnen de huidige capaciteit.

Duurzaamheid

Dit voorstel bevordert een levendige en leefbare stad waarin ruimte is voor eenieder om op te treden als straatartiest, maar waarbij tegelijkertijd effectief kan worden opgetreden tegen overlast.

Vervolg

Indien u besluit art. 2:9 van de APV te wijzigen, wordt dit in de Stadsberichten gepubliceerd. De gewijzigde APV treedt in werking op de achtste dag na de bekendmaking. Eind 2014 evalueren wij deze nieuwe handelswijze om te zien of het beoogd effect is bereikt.

Betrokken partijen /Communicatie

Na inwerkingtreding van deze wijziging, zal een artikel in Stadsberichten worden geplaatst en een persbericht worden uitgebracht. Daarnaast zullen de straatartiesten door onze medewerkers worden gewezen op de verplichting om een ontheffing aan te vragen. De beleidsregels worden op de landelijke website voor decentrale regelgeving geplaatst.

Burgemeester en wethouders van Amersfoort,

de secretaris,

 

de burgemeester,

 

 

 

Bijlagen

  • -

    Beleidsregel ontheffing straatoptredens (docsnr. 4601377)

  • -

    Aanwijzingsbesluit verbodsgebied stadshart (docsnr. 4601392)

  • -

    Geconsolideerde APV (docsnr. 4603468)

RAADSBESLUIT

Reg.nr.4568705

De raad van de gemeente Amersfoort;

op basis van het voorstel van burgemeester en wethouders van 7 februari 2014, sector SOB/VTH (nr.4568705);

b e s l u i t:

Artikel 2:9 van de APV als volgt te wijzigen:

 

Artikel 2:9 Straatartiest e.d.

  • 1.

    Het is verboden om een straatoptreden te verzorgen op een openbare plaats of het openbaar water in een daartoe door de burgemeester aangewezen gebied.

  • 2.

    Onder straatoptreden wordt verstaan het ten gehore brengen van muziek, zang, het vertonen van dans of andersoortige voorstellingen.

  • 3.

    De burgemeester kan ontheffing verlenen van het in het eerste lid gestelde verbod.

  • 4.

    Het verbod uit het eerste lid van dit artikel geldt niet op Koningsdag en 5 mei (Bevrijdingsdag).

  • 5.

    Op de ontheffing bedoeld in het derde lid is paragraaf 4.1.3.3 van de Algemene wet bestuursrecht (positieve beschikking bij niet tijdig beslissen) van toepassing.

Vastgesteld in de openbare vergadering van 4 maart 2014.

de griffier de voorzitter