Organisatie | Sint Maarten |
---|---|
Organisatietype | Koninkrijksdeel |
Officiële naam regeling | LANDSBESLUIT, HOUDENDE ALGEMENE MAATREGELEN, ter uitvoering van de artikelen 13, 18, 19, 20, 63, vierde lid, en 73 van de Landsverordening materieel ambtenarenrecht ten behoeve van de Douane |
Citeertitel | Landsbesluit Douane |
Vastgesteld door | regering |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
De oorspronkelijke regeling is ondertekend op 23 september 2010, gepubliceerd in P.B. 2010, no. 69, en is in werking getreden op 28 september 2010. Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken, onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
Zie www.overheid.nl voor de historie van deze regeling vóór 10-10-10 via lokale regelingen en uitgebreid zoeken, onder v.m. Nederlandse Antillen, met als zoekdatum 09-10-2010.
Landsverordening materieel ambtenarenrecht, artikelen 13, 18, 19, 20, 63 en 73
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | Geconsolideerde tekst (GT) | 16-06-2014 AB 2014, GT no. 11 | n.v.t. |
Indien en voor zolang de ambtenaar, bedoeld in het derde lid, verlof buiten bezwaar heeft of vrijstelling van dienst wegens bijzondere omstandigheden, zonder behoud van zijn volledige bezoldiging dan wel geschorst is of in strijd met zijn verplichtingen nalaat zijn dienst te verrichten, ontvangt hij de in het derde lid genoemde toelage niet.
De ambtenaar aan wie een dienstverrichting wordt opgedragen, zonder dat hij van tevoren in de gelegenheid was om voor die dienstverrichting de benodigde voeding mee te nemen, heeft recht op teerkosten, tenzij gedurende die dienstverrichting kosteloos een maaltijd wordt verstrekt of hij in de gelegenheid wordt gesteld om de maaltijd thuis te nuttigen.
De ambtenaar die, anders dan bij wijze van overwerk als bedoeld in artikel 27 van de Landsverordening, dienst verricht tussen 18:00 uur en 06:00 uur ontvangt voor elk door hem binnen de genoemde tijd gewerkt vol uur een toelage van NAf 0,40. Het bedrag van deze toelage kan door de Minister van Algemene Zaken bij ministeriële regeling worden gewijzigd, indien een voor ambtenaren algemeen geldende wijziging in de bezoldiging daartoe aanleiding geeft.
In afwijking van het derde lid ontvangt de ambtenaar, die ingevolge het voor hen geldende werkrooster avond- of nachtdienst, dienst op zon- en feestdagen of een combinatie van deze vormen van dienst moet verrichten en die niet in het genot is van enige andere ingevolge een landsverordening aan hem toegekende compensatie daarvoor, de in dat lid bedoelde toelage ook in geval van overwerk, verricht tussen 18:00 uur en 6:00 uur.
In het belang van de dienst kan eveneens een aanstelling in tijdelijke dienst plaatsvinden als hulpcommies op basis van een overeenkomst naar burgerlijk recht zonder dat wordt deelgenomen aan de opleiding tot commies. Deze aanstelling geschiedt voor een periode van één jaar, welke periode ten hoogste tweemaal kan worden verlengd met één jaar.
Degene die de opleiding tot commies met goed gevolg heeft afgerond wordt ingaande de eerste dag van de maand volgend op die waarin hij de opleiding met goed gevolg heeft afgerond in vaste dienst in de groepsfunctie van commies aangesteld. Zonder die afgeronde opleiding is een aanstelling in de groepsfunctie van commies niet mogelijk.
De bezoldigingsschaal van de commies, wordt in afwijking van artikel 3, eerste lid, van de Bezoldigingsregeling ambtenaren met ingang van diens aanstelling tot aan het moment waarop het bevoegd gezag voor de derde keer jaarlijks in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening oordeelt dat hij zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld, bepaald op één volgnummer beneden de aan de functie van commies verbonden bezoldigingsschaal. Artikel 3, tweede lid, van de Bezoldigingsregeling ambtenaren is niet van toepassing.
De commies die de aan deze functie verbonden bezoldigingsschaal ontvangt, kan door zijn teamleider in aanmerking worden gebracht voor de bij de functie van commies behorende taakverzwaring, nadat het bevoegd gezag voor de vijfde keer jaarlijks in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening oordeelt dat hij zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld.
Degene die de opleiding tot hoofdcommies met goed gevolg heeft afgerond wordt ingaande de eerste dag van de maand volgend op die waarin hij de opleiding met goed gevolg heeft afgerond, aangesteld in de groepsfunctie van hoofdcommies. Zonder die afgeronde opleiding is een aanstelling in de groepsfunctie van hoofdcommies niet mogelijk.
De bezoldigingsschaal van de hoofdcommies wordt in afwijking van artikel 3, eerste lid, van de Bezoldigingsregeling ambtenaren met ingang van diens aanstelling tot aan het moment waarop het bevoegde gezag voor de derde keer jaarlijks in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening oordeelt dat hij zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld, bepaald op één volgnummer beneden de aan de functie van hoofdcommies verbonden bezoldigingsschaal. Artikel 3, tweede lid, van de Bezoldigingsregeling ambtenaren is niet van toepassing.
De hoofdcommies die de aan deze functie verbonden bezoldigingsschaal ontvangt, kan door zijn teamleider in aanmerking worden gebracht voor de bij de functie van hoofdcommies behorende taakverzwaring, nadat het bevoegd gezag voor de vijfde keer jaarlijks in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening oordeelt dat hij zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld.
Indien een commies met een bezoldigingsschaal van één volgnummer hoger dan de aan de functie van commies verbonden bezoldigingsschaal wordt aangesteld in de functie van hoofdcommies worden bij de toepassing van het tweede lid de jaarlijkse beoordelingen in de functie van commies met een bezoldigingsschaal van één volgnummer hoger dan de aan de functie van commies verbonden bezoldigingsschaal meegenomen.
Degene die de opleiding tot verificateur met goed gevolg heeft afgerond wordt met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin hij de opleiding met goed gevolg heeft afgerond, aangesteld in de groepsfunctie van verificateur. Zonder die afgeronde opleiding is een aanstelling in de groepsfunctie van verificateur niet mogelijk.
De bezoldigingsschaal van de verificateur wordt in afwijking van artikel 3, eerste lid, van de Bezoldigingsregeling ambtenaren met ingang van diens aanstelling tot aan het moment waarop het bevoegd gezag voor de derde keer jaarlijks in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening, oordeelt dat hij zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld, bepaald op één volgnummer beneden de aan de functie van commies verbonden bezoldigingsschaal. Artikel 3, tweede lid, van de Bezoldigingsregeling ambtenaren is niet van toepassing.
De verificateur die de aan deze functie verbonden bezoldigingsschaal ontvangt, kan door zijn teamleider in aanmerking worden gebracht voor de bij de functie van verificateur behorende taakverzwaring, nadat het bevoegd gezag voor de vijfde keer jaarlijks in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening oordeelt dat hij zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld.
Indien een hoofdcommies met een bezoldigingsschaal van één volgnummer hoger dan de aan de functie van hoofdcommies verbonden bezoldigingsschaal wordt aangesteld als verificateur, worden voor de toepassing van het tweede lid de jaarlijkse beoordelingen in de functie van hoofdcommies met een bezoldigingsschaal van één volgnummer hoger dan die aan de functie van hoofdcommies verbonden bezoldigingsschaal meegenomen.
Indien het aantal kandidaten dat aan de voorwaarden genoemd in het eerste lid, voldoet groter is dan het aantal plaatsen op de opleiding zal op basis van de resultaten van de beoordelingen van de afgelopen 5 jaar alsmede de uitslag van de toelatingstest voorrang worden verleend aan degenen met de beste resultaten.
Indien het aantal kandidaten dat aan de voorwaarden genoemd in het eerste lid, voldoet groter is dan het aantal plaatsen op de opleiding zal op basis van de resultaten van de beoordelingen van de afgelopen vijf jaar alsmede de uitslag van de psychologische test voorrang worden verleend aan degenen met de beste resultaten.
De aanstelling van een ambtenaar in een individueel niet-leidinggevende functie kan plaatsvinden in tijdelijke dienst:
De ambtenaar in een individueel niet-leidinggevende functie wordt aangesteld in vaste dienst ingaande de eerste dag van de maand volgend op die waarin de opleiding met goed gevolg is afgerond, onderscheidenlijk de eerste dag van de maand na afloop van zijn proeftijd in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening naar het oordeel van het bevoegde gezag zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld.
Zodra de werkzaamheden, bedoeld in artikel 20, eerste lid, onderdelen b en c, geen tijdelijk karakter meer hebben, wordt de betreffende ambtenaar aangesteld in vaste dienst voor zover de formatie dit toelaat. In het geval dat de betreffende ambtenaar sinds twee jaar zonder onderbreking van langer dan één maand, waarvan laatstelijk gedurende ten minste één jaar in zijn huidige functie, in dienst is, hebben de werkzaamheden geen tijdelijk karakter meer en wordt die ambtenaar in vaste dienst aangesteld. Dit geldt echter niet in die gevallen waarin vaststaat dat zijn werkzaamheden in de door hem vervulde functie binnen het jaar zullen worden beëindigd of dat er geen formatieplaats beschikbaar is.
Indien een ambtenaar wordt aangesteld in een individueel niet-leidinggevende functie met een proeftijd of als leerling ter opleiding tot een functie wordt zijn bezoldigingsschaal voor de duur van de proeftijd onderscheidenlijk de opleiding bepaald op één volgnummer beneden de aan de functie verbonden bezoldigingsschaal.
Indien een individueel niet-leidinggevende een functie gaat verrichten waarvoor een bezoldigingsschaal is bepaald met een volgnummer hoger dan de aan zijn eerdere functie verbonden bezoldigingsschaal wordt zijn bezoldigingsschaal voor de duur van één jaar bepaald op één volgnummer beneden de aan de functie verbonden bezoldigingsschaal. Indien de individueel niet-leidinggevende voor de functie met een hoger volgnummer een opleiding moet volgen, wordt zijn bezoldigingsschaal voor de duur van de opleiding bepaald op één volgnummer beneden de aan de functie verbonden bezoldigingsschaal.
Degene die de opleiding tot inspecteur met goed gevolg heeft afgerond, wordt met ingang van de eerste dag van de maand volgend op die waarin de opleiding met goed gevolg is afgerond, in vaste dienst in de functie van inspecteur aangesteld. Zonder die afgeronde opleiding is een aanstelling in de functie van inspecteur niet mogelijk.
De bezoldigingsschaal van de inspecteur, bedoeld in het eerste lid, wordt in afwijking van artikel 3, eerste lid, van de Bezoldigingsregeling ambtenaren, met ingang van diens aanstelling tot aan het moment waarop het bevoegde gezag na één jaarlijkse beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening, oordeelt dat hij zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld, bepaald op één volgnummer beneden de aan de functie van inspecteur verbonden schaal. Artikel 3, tweede lid, van de Bezoldigingsregeling ambtenaren is niet van toepassing.
De inspecteur die de aan deze functie verbonden bezoldigingsschaal ontvangt, kan door zijn teamleider in aanmerking worden gebracht voor de bij de functie van inspecteur behorende taakverzwaring, nadat het bevoegd gezag voor de derde keer jaarlijks in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening oordeelt dat hij zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld.
§ 4 Individuele leidinggevende functie
Teneinde vast te stellen of de persoon, bedoeld in het eerste, tweede of derde lid in voldoende mate geschikt en bekwaam is voor de vervulling van de individueel leidinggevende functie, kan het bevoegde gezag de gegevens die door deze persoon desgevraagd zijn verstrekt, verifiëren en zo nodig aanvullende informatie vragen.
Na afronding van de proeftijd, bedoeld in het zesde lid, wordt de ambtenaar aangesteld in vaste dienst indien hij in die proeftijd in het kader van een formele beoordeling als bedoeld in artikel 15, eerste lid, van de landsverordening zijn functie naar behoren dan wel zeer goed of uitstekend heeft vervuld.
Indien de ambtenaar in een individueel leidinggevende functie deze functie in zijn proeftijd naar het oordeel van het bevoegde gezag niet naar behoren vervult, dan zal hij, indien hij direct voorafgaande aan deze proeftijd reeds was aangesteld in een functie bij de Douane, in deze functie en de daarbij behorende bezoldigingsschaal worden teruggeplaatst.
De in dit landsbesluit, houdende algemene maatregelen, omschreven dienstkleding, onderscheidingstekens en uitrustingstukken moeten zijn vervaardigd of zijn uitgevoerd overeenkomstig de door de minister naar voorschriften van dit landsbesluit, houdende algemene maatregelen, vastgestelde modellen, met daarbij vast te stellen afmetingen en, waar nodig, met aanduiding van de kleuren.
Het hoofd kan aan ambtenaren ontheffing verlenen van de verplichting tot het dragen van dienstkleding.
Het dagelijkse tenue bestaat uit de pet, het overhemd of de blouse, de das, de dasklem, de signaalfluit met fluitkoord, de broek of de rok, het schoeisel, de sokken of de kousen, de broekriem, de epauletten met (rang-) onderscheidingstekens en het borstembleem zoals beschreven in dit landsbesluit, houdende algemene maatregelen.
De platte pet heeft een opstaande rand. Om de opstaande rand is een band van glanzende, plastische stof aangebracht, waarin een flexibele ring is aangebracht.
De kleur van de overtrek van de pet is bruin ("tan"). Aan de voorzijde van de pet is een rondgebogen naar beneden hellende klep van leer of kunststof aangebracht; de rand is omboord met donkerbruin verlakt leer of plastic.
De bovenzijde van de klep van de pet is voor de ambtenaren die zijn aangesteld in een individueel leidinggevende functie bekleed met een bruine stof, waarop twee eikentakken met bladeren en eikels in goudkleurig draad zijn geborduurd en voor de overige ambtenaren bruin verlakt.
Het overhemd of de blouse is vervaardigd van effen niet doorzichtige stof, voorzien van een stijf of half stijf boord met niet-afgeronde benedenwaarts gerichte punten, twee borstzakken met stolpplooi en driepuntige klep gesloten met een kleine knoop, enkele aan de schoudernaden bevestigde en met knopen gesloten schouderpassanten, lange mouwen met enkele knoopsluiting of korte mouw. Het overhemd of de blouse heeft de kleur lichtbeige.
De broek heeft lange pijpen in de kleur bruin (“tan”) en heeft rond gesneden pijpen zonder omslagen. De broek is voorzien van een brede half stijve boord met zeven vaste passanten voor doorlating van de broekriem, in de buitennaad een 3 millimeter brede donkerbruin gegalonneerde bies, twee ingenaaide zijzakken en twee ingenaaide achter zakken met knoopsluiting. De knopen zijn van donkerbeige materiaal. De damesbroek heeft geen achterzakken.
De rok heeft een lichtgerend model en heeft de kleur bruin (“tan”), gelijk aan de kleur van de broek en de jas. De lengte van de rok is zodanig, dat deze op of net boven de knie valt. De rok is voorzien van een brede half stijve boord met vier passanten voor doorlating van de rok riem, in de buitennaad een 3 millimeter brede donkerbruin gegalonneerde bies, aan de voorzijde van twee schuine steekzakken en aan de achterzijde van een split van circa 18 centimeter. De rok sluit aan de achterzijde met een rits.
De schoenen zijn van donkerbruin leer en worden door de mannen gedragen met effen donkerbruine sokken. Dames dragen effen kousen (zogenoemde “nylons”) in een kleur die nagenoeg overeenkomt met de huidskleur.
Voor ambtenaren niet in de functies zoals hierboven genoemd zijn er onderscheidingstekens naar gelang de bezoldigingsschaal. Deze onderscheidingstekens zijn ook goudkleurig en zijn voor:
Indien op grond van het eerste of tweede lid voor een ambtenaar twee onderscheidingstekens gelden, heeft de hoogste onderscheiding voorrang.
Op het geëmailleerde metalen borstembleem staat tegen een bruine achtergrond het wapen van Sint Maarten afgebeeld, met aan weerszijden lauwertakken en in het midden onderaan het woord “DOUANE”.
Het werktenue komt in drie uitvoeringen:
een uitvoering bestaat uit een donkerbeige poloshirt met op de borst het logo van de douane en op de rug in zwarte letters “DOUANE” of “CUSTOMS” aangebracht en een donkerbruine broek. Bij deze uitvoering van het werktenue hoort tevens een donkerbruine pet met daarop het woord “DOUANE” of “CUSTOMS” in goudkleurige letters geborduurd.
een andere uitvoering bestaat uit een donkerbruin poloshirt met op de rug in goudkleurige letters “DOUANE” of “CUSTOMS” aangebracht en een donkerbruine broek. Bij deze uitvoering van het werktenue hoort tevens een donker bruine pet met daarop het woord “DOUANE” of “CUSTOMS” in goudkleurige letters geborduurd.
voor de hondengeleiders worden in dit lid onder a en b genoemde poloshirts vervangen door een donkerbeige of een donkerbruin poloshirt voorzien van een geborduurde of anderszins aangebrachte afbeelding van een hond op de borst, met op de rug in zwarte of goudkleurige letters “DOUANE” of “CUSTOMS” geborduurd.
Het geklede tenue is gelijk aan het dagelijkse tenue met dien verstande dat het overhemd respectievelijk de blouse lange mouwen heeft. Individueel leidinggevenden en de procesmanagers dragen als onderdeel van het geklede tenue ook de jas beschreven in artikel 40 van dit landsbesluit, houdende algemene maatregelen. Het hoofd draagt hierbij in plaats van het fluitkoord een goudkleurig arm koord op zijn jas.
De jas (“service-dress” model) heeft de kleur bruin (“tan”). De jas is aan de binnenkant gevoerd met zijde van de kleur donkerbeige en is uitgevoerd met:
De dienstkleding dient zich in goede staat te bevinden. Dienstkleding die afwijkt van hetgeen oorspronkelijk werd geleverd, wordt geacht zich niet in goede staat te bevinden. Gewijzigde dienstkleding wordt door of op kosten van de betrokken ambtenaar in de oorspronkelijke staat hersteld of zo nodig vernieuwd.
De minister kan nadere regelen geven met betrekking tot de dienstkleding, uitrustingstukken en onderscheidingstekens.
Aan de ambtenaren zullen de volgende kledingstukken worden verstrekt:
één compleet dagelijks en werktenue met dien verstande dat bij de eerste verstrekking twee paar schoenen worden verstrekt.
vijf overhemden waarvan ten minste één met lange mouwen;
vijf paar sokken of tweeënvijftig paar kousen;