Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
De Bilt

Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieDe Bilt
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening rechtspositie politieke ambtsdragers 2014
CiteertitelVerordening rechtspositie politieke ambtsdragers 2014
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Met inwerkingtreding van deze verordening komen de 'Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2010' en de 'Regeling PC-vergoeding wethouders en raadsleden 2009' te vervallen

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet art. 44 2de en 3de lid
  2. Gemeentewet art. 95 t/m 99 en art. 147

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.geen

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

10-03-201401-01-2015nieuwe regeling

27-02-2014

Biltbuis 12-03-2014

rv

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers 2014

De raad van de gemeente De Bilt;

overwegende dat

-sinds de inwerkingtreding van de ‘Verordening rechtsposities wethouders-, raads- en commissieleden 2010’ de desbetreffende rechtsposities aan verandering onderhevig zijn geweest.

-een aantal voorzieningen voor wethouders, raads- en commissieleden zijn komen te vervallen.

gelet op

-het bepaalde in de artikelen 44, tweede en derde lid, 95 tot en met 99 en 147 van de Gemeentewet

BESLUIT:

vast te stellen het navolgende:

VERORDENING RECHTSPOSITIE POLITIEKE AMBTSDRAGERS 2014

 

Hoofdstuk 1. Begripsomschrijvingen

Artikel 1.

In deze verordening wordt verstaan onder:

a.politieke ambtsdragers: wethouders, raads- en commissieleden;

b.wethouder: lid van het college van burgemeester en wethouders, niet zijnde de burgemeester

c.raadslid: lid van de gemeenteraad, niet zijnde wethouder;

d.commissie: een commissie als bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet;

e.commissielid: een persoon die tot lid van een raadscommissie is benoemd,

niet zijnde een raadslid, op wie de artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet van toepassing is;

f.gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de

Gemeentewet;

g.griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;

h.Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22

maart 1994,

Stb. 244;

i Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994,

Stb. 243;

j.Regeling rechtspositie wethouders: de ministeriële regeling van 20 februari

2001, Stcrt.

41 als bedoeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders;

k.Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken

van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56.

Hoofdstuk 2. Voorzieningen voor raadsleden

Artikel 2.

Zakelijke reis- en verblijfkosten

1.Aan het raadslid worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed.

2.De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

a.bij gebruik van openbare middelen van vervoer: een volledige

vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;

b.bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in de Reisregeling binnenland.

3.De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed, met inachtneming van de in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

Artikel 3. Buitenlandse dienstreis

1.De gemeenteraad kan een raadslid toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

2.De in het eerste lid bedoelde excursie of reis wordt door of vanwege de gemeente georganiseerd.

3.De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

Artikel 4. Cursus, congres, seminar of symposium

1.De kosten van deelname van een raadslid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

2.Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap.

Artikel 5. Computer en internetverbinding

1.Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 7a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden verleent het college van burgemeester en wethouders een raadslid voor de uitoefening van het raadslidmaatschap op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

2.De in lid 1 sub a en b bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een belaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

3.De in lid 1 sub c bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een onbelaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

4.Het raadslid dat aanspraak wil maken op de hierboven genoemde vergoedingen, dient hiertoe een aanvraag in op een door de gemeente nader te bepalen wijze (aanvraagformulier PC-vergoeding).

Artikel 6. Verlaging vergoeding werkzaamheden bij arbeidsongeschiktheid

De vergoeding voor de werkzaamheden kan, conform het bepaalde in artikel 12 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, op verzoek van een raadslid worden verlaagd in het geval hij een uitkering ontvangt in verband met gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid conform van WAO.

Artikel 7. Compensatie korting werkloosheidsuitkering

1.In het geval een raadslid een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontvangt en de na toepassing van artikel 20 van die wet ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding, conform het bepaalde in artikel 12 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.

2.In het geval dat een raadslid een uitkering op grond van het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel ontvangt en de na toepassing van artikel 6, vierde lid, van dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding, conform het bepaalde in artikel 12 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.

Artikel 8. Ziektekostenvoorziening

1.Een raadslid ontvangt, conform het bepaalde in artikel 11 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering.

2.In het geval een raadslid gedurende een gedeelte van het kalenderjaar lid van de raad is geweest ontvangt hij de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, naar evenredigheid van het aantal dagen dat hij in dat jaar raadslid is geweest.

3.De betaling van de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, geschiedt in maandelijkse termijnen.

Hoofdstuk 3. Voorziening voor de wethouders

Artikel 9. Onkostenvergoeding

De wethouder ontvangt, conform het bepaalde in artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders, een onkostenvergoeding voor overige aan de uitoefening van het ambt verbonden kosten.

Artikel 10. Reiskosten woon-werkverkeer

De wethouder heeft aanspraak op een vergoeding van kosten voor woon-werkverkeer, conform het bepaalde in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders. De hoogte van de vergoeding is overeenkomstig artikel 3 van de Regeling rechtspositieregeling wethouders.

Artikel 11. Zakelijke reis- en verblijfskosten

1.De wethouder heeft aanspraak op een vergoeding van reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt conform het bepaalde in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders.

2.De hoogte van in het eerste lid bedoelde vergoeding is overeenkomstig artikel 4 van de Regeling rechtspositieregeling wethouders en betreft:

a.bij gebruik van openbare middelen van vervoer: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;

b.bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in de Reisregeling binnenland.

3.De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan de wethouder vergoed, met inachtneming van de in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

Artikel 12. Buitenlandse dienstreis

1.Indien de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.

2.Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist.

3.De gemeenteraad wordt vooraf geïnformeerd.

Artikel 13. Cursus, congres, seminar of symposium

1.De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden

aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

2.De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.

Artikel 14. Computer en internetverbinding

1.Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 27a van het Rechtspositiebesluit wethouders verleent het college van burgemeester en wethouders een wethouder voor de uitoefening van het wethouderschap op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

2.De in lid 1 sub a en b bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een belaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

3.De in lid 1 sub c bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een onbelaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

4.De wethouder die aanspraak wil maken op de hierboven genoemde vergoedingen, dient hiertoe een aanvraag in op een door de gemeente nader te bepalen wijze (aanvraagformulier PC-vergoeding).

Artikel 15. Mobiele telefoon

1.Op aanvraag wordt de wethouder voor uitsluitend de uitoefening van zijn ambt een mobiele telefoon in bruikleen ter beschikking gesteld.

2.De wethouder ondertekent daartoe een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

3.Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

4.Voor zover de in bruikleen beschikbaar gestelde mobiele telefoon voor privé-doeleinden is gebruikt, vindt maandelijks een verrekening van de gesprekskosten plaats.

Artikel 16. Vergoeding verhuiskosten

De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt heeft, conform het bepaalde in artikel 22 van het Rechtspositiebesluit wethouders,

ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van:

a.reis- en pensionkosten;

b.een vergoeding van verhuiskosten in verband met de benoeming in de gemeente.

Hoofdstuk 4. Voorzieningen voor commissieleden

Artikel 17. Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen

Het commissielid heeft aanspraak op een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie, op grond van het bepaalde in artikel 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Artikel 18. Zakelijke reis- en verblijfkosten

1.Aan het commissielid worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed.

2.De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

a.bij gebruik van openbare middelen van vervoer: een volledige

vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;

b.bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in

redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in de Reisregeling binnenland.

3.De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het commissielid vergoed, met inachtneming van de in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

Artikel 19. Buitenlandse dienstreis

1.De gemeenteraad kan een commissielid toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

2.De in het eerste lid bedoelde excursie of reis wordt door of vanwege de gemeente georganiseerd.

3.De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

Artikel 20. Cursus, congres, seminar of symposium

1.De kosten van deelname van een commissielid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

2.Het commissielid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het commissielidmaatschap.

Artikel 21. Computer en internetverbinding

1.In de geest van het bepaalde in artikel 7a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden verleent het college van burgemeester en wethouders een commissielid voor de uitoefening van het commissielidmaatschap op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

2.De in lid 1 sub a en b bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een belaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

3.De in lid 1 sub c bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een onbelaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

4.Het commissielid dat aanspraak wil maken op de hierboven genoemde vergoedingen, dient hiertoe een aanvraag in op een door de gemeente nader te bepalen wijze (aanvraagformulier PC-vergoeding).

Hoofdstuk 5. De procedure van declaratie

Artikel 22. Betaling van kosten

Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door

a.declaratie van vooruit betaalde kosten of

b.rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

Artikel 23. Declaratie van vooruit betaalde kosten

1.Voor de vergoeding van declarabele kosten wordt gebruik gemaakt van een declaratieformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

2.Bij het indienen van een declaratie worden de declaratierichtlijnen in acht genomen.

Hoofdstuk 6. Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 24. Intrekking oude regeling

1.De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2010, vastgesteld op 18 februari 2010, wordt ingetrokken op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

2.De Regeling PC-vergoeding wethouders en raadsleden 2009, vastgesteld op 10 maart 2009, wordt ingetrokken op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Artikel 25. Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 maart 2014.

Artikel 26. Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers 2014.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 27 februari 2014,

de gemeenteraad van gemeente De Bilt,

de griffier,

de voorzitter,

drs. F.A. van Hooijdonk

A.J. Gerritsen

Bijlagen bij het raadsbesluit

 

 

 

Meegezonden bijlagen

1.Overzicht van wijzigingen 2010-2014

 

 

Stukken ter inzage

-

 

 

Geheime stukken ter inzage

(conform art. 25 Gemeentewet)

n.v.t.

 

 

Contactambtenaar: mw. F.A. van Hooijdonk, T 030 2289573, E hooijdonkf@debilt.nl

OMSCHRIJVING ARTIKEL, LID OF SUB VAN VERORDENING

VOORSTEL WIJZIGING IN

MOTIVATIE

Hoofdstuk 1. Algemene Bepalingen

Artikel 1: Begripsomschrijvingen

a.commissie: een commissie als bedoeld in hoofdstuk V van de Gemeentewet;

a.politieke ambtsdragers: wethouders, raads- en commissieleden;

Andere volgorde (eerst de personen/organen en daarna de regelingen) en uitbreiding met de omschrijving van politieke ambtsdragers, wethouder en commissielid c.q. verwijdering omschrijving niet relevante regelingen (verplaatsingskostenregeling 1989 resp. reisregeling buitenland).

b.Rechtspositiebesluit wethouders : het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243;

b.wethouder: lid van het college van burgemeester en wethouders, niet zijnde de burgemeester

Zie hierboven

c.Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden : het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 244;

c.raadslid: lid van de gemeenteraad, niet zijnde wethouder;

Zie hierboven

d.Regeling rechtspositie wethouders : de ministeriële regeling van 20 februari 2001, Stcrt. 41 als bedoeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders;

d.commissie: een commissie als bedoeld in artikel 82 van de Gemeentewet;

Zie hierboven

e.Verplaatsingskostenregeling 1989 : het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 20 oktober 1989, nr. AB87/74/U6DGMP/AV/FAR, Stcrt. 212;

e.commissielid: een persoon die tot lid van een raadscommissie is benoemd, niet zijnde een raadslid, op wie de artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Gemeentewet van toepassing is;

Zie hierboven

f.Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56;

f.gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de gemeentewet;

Zie hierboven

g.Reisregeling buitenland : het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 12 september 1994, nr. AD94/U1011, Stcrt. 181;

g.griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet;

Zie hierboven

h.raadslid: lid van de gemeenteraad, niet zijnde wethouder;

h.Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994; Stb. 244;

Zie hierboven

i.griffier: de griffier, bedoeld in artikel 107 van de Gemeentewet ;

i.Rechtspositiebesluit wethouders: het Koninklijk Besluit van 22 maart 1994, Stb. 243;

Zie hierboven

j.gemeentesecretaris: de secretaris, bedoeld in artikel 102 van de Gemeentewet .

j.Regeling rechtspositie wethouders: de ministeriële regeling van 20 februari 2001, Stcrt. 41 als bedoeld in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders;

Zie hierboven

 

k.Reisregeling binnenland: het besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken van 16 maart 1993, nr. AB93/U280, Stcrt. 56.

Zie hierboven

Hoofdstuk 2. Voorzieningen voor raadsleden

Artikel 2: Vergoeding voor de werkzaamheden

De vergoeding voor de werkzaamheden bedoeld in artikel 2, eerste lid, van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 5 vastgestelde maximum.

Laten vervallen.

Reeds dwingend geregeld in rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 2).

Artikel 3: Onkostenvergoeding

1.De vergoeding voor aan de uitoefening van het raadslidmaatschap verbonden kosten is gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 5, vermeld in tabel II van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Laten vervallen.

Reeds dwingend geregeld in rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 2).

2.Ten aanzien van een raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt, is in afwijking van het eerste lid de onkostenvergoeding gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 5, vermeld in tabel III van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Laten vervallen.

Reeds dwingend geregeld in rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 2).

Artikel 4: Berekening en betaling vaste vergoedingen

1.Hij die gedurende een gedeelte van het kalenderjaar raadslid is geweest ontvangt de vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, naar evenredigheid van het aantal dagen dat hij in dat jaar raadslid is geweest.

Laten vervallen.

Reeds dwingend geregeld in rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 8).

2.De betaling van de vergoedingen, bedoeld in de artikelen 2 en 3, geschiedt in maandelijkse termijnen.

Laten vervallen.

Betaling per maand is vanzelfsprekend omdat er maandvergoedingen worden toegekend (conform artikel 2 van het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden).

Artikel 5: Reiskosten Zakelijke reis- en verblijfskosten

1.Aan het raadslid worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed.

Nu artikel 2:

1.Aan het raadslid worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed.

Samenvoeging van twee aan elkaar verwante onderwerpen: zakelijke reiskosten en zakelijke verblijfskosten.

2.De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

a.bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;

b.bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders.

2.De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

a.bij gebruik van openbare middelen van vervoer: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke

reiskosten;

b.bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in de Reisregeling binnenland.

Samenvoeging van twee aan elkaar verwante onderwerpen: zakelijke reiskosten en zakelijke verblijfskosten.

 

3.De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed, met inachtneming van de in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

Samenvoeging van twee aan elkaar verwante onderwerpen: zakelijke reiskosten en zakelijke verblijfskosten.

Artikel 6: Verblijfskosten

De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het raadslid vergoed, met inachtneming van de in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

Laten vervallen (is nu lid 3 van artikel 2)

Samenvoeging van twee aan elkaar verwante onderwerpen: zakelijke reiskosten en zakelijke verblijfskosten.

NIEUW

Artikel 3 Buitenlandse dienstreis:

4.De gemeenteraad kan een raadslid toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

5.De in het eerste lid bedoelde excursie of reis wordt door of vanwege de gemeente georganiseerd.

6.De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

Was niet geregeld voor raadsleden (wel voor wethouders en commissieleden)

Artikel 7: Cursus, congres, seminar of symposium

1.De kosten van deelname van een raadslid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

2.Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap.

Nu artikel 4:

1.De kosten van deelname van een raadslid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

2.Het raadslid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat

niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een

gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het raadslidmaatschap.

Geen inhoudelijke wijziging. Hernummering door het laten vervallen c.q. het samenvoegen van voormalige artikelen.

Artikel 8: Computer en internetverbinding

1.Het college verleent een raadslid voor de uitoefening van het raadslidmaatschap op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

Nu artikel 5:

1.Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 7a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden verleent het college van burgemeester en wethouders een raadslid voor de uitoefening van het raadslidmaatschap op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

Verwijzing naar artikel uit rechtspositiebesluit opgenomen.

2.Het college stelt de hoogte van de vergoedingen bedoeld in het eerste lid vast.

2.De in lid 1 sub a en b bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een belaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

3.De in lid 1 sub c bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een onbelaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

4.Het raadslid dat aanspraak wil maken op de hierboven genoemde vergoedingen, dient hiertoe een aanvraag in op een door de gemeente nader te bepalen wijze (aanvraagformulier PC-vergoeding).

De regeling PC-vergoeding uit 2009 is uit praktische overwegingen opgenomen in deze verordening.

Artikel 9: Kinderopvang

(vervallen)

Verwijderd

De reeds eerder vervallen artikelen zijn uit de nummering gehaald.

Artikel 10: Spaarloonregeling/levensloopregeling

1.Het raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt kan op aanvraag deelnemen aan de voor het gemeentelijk personeel geldende spaarloonregeling, mits aan de fiscale voorwaarden wordt voldaan.

Laten vervallen

De wettelijke spaarloon- en levensloopregeling zijn inmiddels beide ingetrokken.

2.Het raadslid van wie de arbeidsverhouding ingevolge artikel 4, aanhef en onderdeel f, van de Wet op de loonbelasting 1964 voor de toepassing van die wet als dienstbetrekking wordt aangemerkt kan deelnemen aan de levensloopregeling als bedoeld in artikel 19g van de Wet op de loonbelasting 1964.

Laten vervallen

De wettelijke spaarloon- en levensloopregeling zijn inmiddels beide ingetrokken.

3.Deelname aan de spaarloonregeling is niet mogelijk indien het raadslid gebruik maakt van de wettelijke levensloopregeling (i.c. het is niet toegestaan om in een kalenderjaar stortingen te doen in zowel de spaarloon – als de levensloopregeling).

Laten vervallen

De wettelijke spaarloon- en levensloopregeling zijn inmiddels beide ingetrokken.

4.Gelet op het bepaalde in artikel 99 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente.

Laten vervallen

De wettelijke spaarloon- en levensloopregeling zijn inmiddels beide ingetrokken.

Artikel 11: Verlaging vergoeding werkzaamheden bij arbeidsongeschiktheid

De vergoeding voor de werkzaamheden, bedoeld in artikel 2, kan op verzoek van een raadslid worden verlaagd in het geval hij een uitkering ontvangt in verband met gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid.

Nu artikel 6:

De vergoeding voor de werkzaamheden kan, conform het bepaalde in artikel 12 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, op verzoek van een raadslid worden verlaagd in het geval hij een uitkering ontvangt in verband met gehele of gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid conform van WAO.

Tekstuele aanpassing conform de formulering in het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 12).

Artikel 12: Compensatie korting werkloosheidsuitkering

1.In het geval een raadslid een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontvangt en de na toepassing van artikel 20 van die wet ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.

Nu artikel 7:

1.In het geval een raadslid een uitkering op grond van de Werkloosheidswet ontvangt en de na toepassing van artikel 20 van die wet ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding, conform het bepaalde in artikel 12 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.

Verwijzing naar artikel uit rechtspositiebesluit opgenomen.

2.In het geval dat een raadslid een uitkering op grond van het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel ontvangt en de na toepassing van artikel 6, vierde lid, van dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.

2.In het geval dat een raadslid een uitkering op grond van het Besluit Werkloosheid onderwijs- en onderzoekpersoneel ontvangt en de na toepassing van artikel 6, vierde

lid, van dat besluit ontstane korting op deze uitkering ten gevolge van het uitoefenen van het raadslidmaatschap meer bedraagt dan de vergoeding voor de

werkzaamheden die het raadslid ontvangt, wordt deze vergoeding, conform het bepaalde in artikel 12 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, ten laste van de gemeente verhoogd tot het bedrag van bedoelde korting.

Verwijzing naar artikel uit rechtspositiebesluit opgenomen.

Artikel 13: Vergoeding voor waarneming voorzitterschap van de gemeenteraad

1.Een raadslid dat op grond van artikel 77 van de Gemeentewet meer dan 30 dagen onafgebroken het voorzitterschap van de gemeenteraad waarneemt, ontvangt voor die waarneming een toeslag van 8% van de in artikel 2 bedoelde vergoeding voor de werkzaamheden over de tijd van de waarneming.

Laten vervallen

Reeds dwingend geregeld in rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 8a).

2.Het eerste lid is van overeenkomstige toepassing ten aanzien van de onkostenvergoeding, bedoeld in artikel 3.

Laten vervallen

Reeds dwingend geregeld in rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 8a).

Artikel 13a: Ziektekostenvoorziening

1.De tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering als bedoeld in artikel 11 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden bedraagt € 175 per jaar.

Nu artikel 8:

1.Een raadslid ontvangt, conform het bepaalde in artikel 11 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden, een tegemoetkoming in de kosten van een ziektekostenverzekering.

Tekstuele aanpassing conform de formulering in het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 11).

2.In het geval een raadslid gedurende een gedeelte van het kalenderjaar lid van de raad is geweest ontvangt hij de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, naar evenredigheid van het aantal dagen dat hij in dat jaar raadslid is geweest.

2.In het geval een raadslid gedurende een gedeelte van het kalenderjaar lid van de raad is geweest ontvangt hij de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, naar evenredigheid van het aantal dagen dat hij in dat jaar raadslid is geweest.

 

3.De betaling van de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, geschiedt in maandelijkse termijnen.

3.De betaling van de tegemoetkoming, bedoeld in het eerste lid, geschiedt in maandelijkse termijnen.

 

Artikel 13b: Voorzieningen bij tijdelijk ontslag wegens zwangerschap en bevalling of ziekte

1.De artikelen 2 tot en met 4, 8, 10 tot en met 12 en 13a blijven van toepassing op het raadslid aan wie ingevolge artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag is verleend wegens zwangerschap en bevalling of ziekte, met dien verstande dat de onkostenvergoeding die dit raadslid op grond van artikel 3, eerste of tweede lid, ontvangt de helft bedraagt van het bedrag dat op grond van die bepalingen van toepassing is.

Laten vervallen

Reeds dwingend geregeld in rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 1a).

2.De artikelen 1 tot en met 7, 8, eerste, tweede, vierde en vijfde lid, en 11 tot en met 13a van deze verordening zijn van toepassing op raadsleden die tijdelijk worden benoemd ter vervanging van een raadslid dat ingevolge artikel X 10 van de Kieswet tijdelijk ontslag heeft verkregen wegens zwangerschap en bevalling of ziekte.

Laten vervallen

Reeds dwingend geregeld in rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 1a).

Hoofdstuk 3. Voorzieningen voor wethouders

Artikel 14: Onkostenvergoeding

De vergoeding voor aan de uitoefening van het wethouderschapschap verbonden kosten is gelijk aan het bedrag voor gemeenteklasse 4 (< 18.001 inwoners), vermeld in artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders.

Nu artikel 9:

De wethouder ontvangt, conform het bepaalde in artikel 25 van het Rechtspositiebesluit wethouders, een onkostenvergoeding voor overige aan de uitoefening van het ambt verbonden kosten.

Tekstuele aanpassing conform de formulering in het rechtspositiebesluit wethouders (artikel 25).

Artikel 15: Reiskosten woon-werkverkeer

De tegemoetkoming voor het reizen tussen zijn woning en de plaats van tewerkstelling van de wethouder is gelijk aan de vergoeding bedoeld in artikel 3 van de Regeling rechtspositie wethouders.

Nu: artikel 10:

De wethouder heeft aanspraak op een vergoeding van kosten voor woon-werkverkeer, conform het bepaalde in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders. De hoogte van de vergoeding is overeenkomstig artikel 3 van de Regeling rechtspositieregeling wethouders.

Tekstuele aanpassing conform de formulering in het rechtspositiebesluit wethouders (artikel 23).

Artikel 16: Zakelijke reis- en verblijfskosten

1.Aan de wethouder worden naast de tegemoetkoming als bedoeld in artikel 15 vergoeding verleend voor reiskosten ter zake van andere dan de in artikel 15 bedoelde reizen ten behoeve van de gemeente gemaakt.

De vergoeding betreft: a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de reiskosten; b. bij gebruik van een eigen personenauto: de vergoeding als bedoeld in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders; c. een vergoeding van de noodzakelijke en redelijkerwijs gemaakte verblijfkosten,met inachtneming van de in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

Nu artikel 11:

1.De wethouder heeft aanspraak op een vergoeding van reis- en verblijfkosten voor reizen gemaakt voor de uitoefening van het ambt conform het bepaalde in artikel 23 van het Rechtspositiebesluit wethouders.

2.De hoogte van in het eerste lid bedoelde vergoeding is overeenkomstig artikel 4 van de Regeling rechtspositieregeling wethouders en betreft:

a.bij gebruik van openbare middelen van vervoer: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;

b.bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in de Reisregeling binnenland.

3.De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan de wethouder vergoed, met inachtneming van de in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

Tekstuele aanpassing conform de formulering in het rechtspositiebesluit wethouders (artikel 23).

2.Op aanvraag worden de reiskosten voor de zakelijke reizen van de wethouder gesaldeerd overeenkomstig de regeling voor gemeentelijk personeel. Indien geen regeling als bedoeld in de eerste volzin is vastgesteld vindt op aanvraag saldering van de reiskosten voor de zakelijke reizen van de wethouder plaats overeenkomstig artikel 4a van de Reisregeling binnenland , artikel 2a van de Reisregeling buitenland en artikel 13a van de krachtens het Verplaatsingskostenbesluit 1989 vastgestelde Verplaatsingskostenregeling 1989.

Laten vervallen

Deze regeling wordt niet toegepast.

Artikel 17: Dienstauto

(vervallen)

Verwijderd

De reeds eerder vervallen artikelen zijn uit de nummering gehaald.

Artikel 18 Verblijfskosten

 

 

(vervallen)

Verwijderd

De reeds eerder vervallen artikelen zijn uit de nummering gehaald.

Artikel 19: Buitenlandse dienstreis

1.Indien de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.

Nu artikel 12:

1.Indien de wethouder in het gemeentelijk belang een reis buiten Nederland maakt

worden de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reis- en verblijfkosten vergoed.

 

2.Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist. De gemeenteraad kan aan deze toestemming voorwaarden verbinden.

2.Voor een reis in het gemeentelijk belang buiten Nederland, niet zijnde een reis naar

een Europese instelling, is vooraf toestemming van het college vereist.

3.De gemeenteraad wordt vooraf geïnformeerd.

Tekstuele aanpassing.

Artikel 20: Cursus, congres, seminar of symposium

1.De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

Nu artikel 13:

1.De kosten van deelname van een wethouder aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

Geen inhoudelijke wijziging. Hernummering van artikelen.

2.De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.

2.De wethouder die wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de uitoefening van het ambt van wethouder.

Geen inhoudelijke wijziging. Hernummering van artikelen.

Artikel 21: Computer en internetverbinding

1.Het college verleent een wethouder voor de uitoefening van het ambt op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

Nu artikel 14:

1.Ter uitvoering van het bepaalde in artikel 27a van het Rechtspositiebesluit wethouders verleent het college van burgemeester en wethouders een wethouder voor de uitoefening van het wethouderschap op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

Verwijzing naar artikel uit rechtspositiebesluit opgenomen.

2.Het college stelt de hoogte van de vergoedingen bedoeld in het eerste lid vast.

2.De in lid 1 sub a en b bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een belaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

3.De in lid 1 sub c bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een onbelaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

4.De wethouder die aanspraak wil maken op de hierboven genoemde vergoedingen, dient hiertoe een aanvraag in op een door de gemeente nader te bepalen wijze (aanvraagformulier PC-vergoeding).

De regeling PC-vergoeding uit 2009 is uit praktische overwegingen opgenomen in deze verordening.

Artikel 22: Mobiele telefoon

1.Op aanvraag wordt de wethouder voor uitsluitend de uitoefening van zijn ambt een mobiele telefoon in bruikleen ter beschikking gesteld.

Nu artikel 15:

5.Op aanvraag wordt de wethouder voor uitsluitend de uitoefening van zijn ambt een mobiele telefoon in bruikleen ter beschikking gesteld.

Geen inhoudelijke wijziging. Hernummering van artikelen.

2.De wethouder ondertekent daartoe een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

6.De wethouder ondertekent daartoe een bruikleenovereenkomst met de gemeente.

Idem.

3.Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

7.Het college stelt het model van de bruikleenovereenkomst vast.

Idem.

4.Voor zover de in bruikleen beschikbaar gestelde mobiele telefoon voor privé-doeleinden is gebruikt, vindt maandelijks een verrekening van de gesprekskosten plaats.

8.Voor zover de in bruikleen beschikbaar gestelde mobiele telefoon voor privé-doeleinden is gebruikt, vindt maandelijks een verrekening van de gesprekskosten plaats.

Idem.

Artikel 23: Spaarloonregeling/levensloopregeling

1.De wethouder kan op aanvraag deelnemen aan de voor het gemeentelijk personeel geldende spaarloonregeling, mits aan de fiscale voorwaarden wordt voldaan.

Laten vervallen

De wettelijke spaarloon- en levensloopregeling zijn inmiddels beide ingetrokken.

2.De wethouder kan deelnemen aan de levensloopregeling als bedoeld in artikel 19g van de Wet op de loonbelasting 1964.

Laten vervallen

De wettelijke spaarloon- en levensloopregeling zijn inmiddels beide ingetrokken.

3.Deelname aan de spaarloonregeling is niet mogelijk indien de wethouder gebruik maakt van de wettelijke levensloopregeling (i.c. Het is niet toegestaan om in één kalenderjaar stortingen te doen in zowel de spaarloon- als de levensloopregeling)

Laten vervallen

De wettelijke spaarloon- en levensloopregeling zijn inmiddels beide ingetrokken.

4.Gelet op het bepaalde in artikel 44 van de Gemeentewet bestaat geen aanspraak op enige vergoeding van de gemeente.

Laten vervallen

De wettelijke spaarloon- en levensloopregeling zijn inmiddels beide ingetrokken.

Artikel 24: Reis- en pensionkosten en verhuiskosten

De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt heeft ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van: a. reis- en pensionkosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 1 van de Regeling rechtspositie wethouders; b. verhuiskosten in verband met de benoeming als wethouder overeenkomstig het bepaalde in artikel 2 van de Regeling rechtspositie wethouders.

Nu artikel 16:

De wethouder die bij benoeming nog niet over woonruimte in de gemeente beschikt heeft, conform het bepaalde in artikel 22 van het Rechtspositiebesluit wethouders, ten laste van de gemeente aanspraak op vergoeding van:

c.reis- en pensionkosten;

d.een vergoeding van verhuiskosten in verband met de benoeming in de gemeente.

Tekstuele aanpassing conform de formulering in het rechtspositiebesluit wethouders (artikel 22).

Artikel 25: Kinderopvang

(vervallen)

verwijderd

De reeds eerder vervallen artikelen zijn uit de nummering gehaald.

Hoofdstuk 4. Voorzieningen voor commissieleden

Artikel 26: Vergoeding voor het bijwonen van vergaderingen

1.De vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van een commissie en haar subcommissies bedoeld in artikel 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden is gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties voor gemeenteklasse 3 vastgestelde maximum.

Nu artikel 17:

Het commissielid heeft aanspraak op een vergoeding voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie, op grond van het bepaalde in artikel 14 van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden.

Tekstuele aanpassing conform de formulering in het rechtspositiebesluit raads- en commissieleden (artikel 14).

2.Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op degene die als lid van een commissie een vaste vergoeding voor de werkzaamheden als bedoeld in artikel 96 van de Gemeentewet ontvangt.

Laten vervallen

Verwijderd omdat deze verordening niet voor hen geldt; reeds uitgesloten bij de begripsbepalingen.

3.Geen vergoeding ontvangt degene die zitting heeft in een commissie a. als raadslid of wethouder; b. uit hoofde van dan wel als rechtstreeks uitvloeisel van een ambtelijke of bestuurlijke hoedanigheid dan wel van een functie bij een instelling die grotendeels van overheidswege wordt gesubsidieerd; c. als vertegenwoordiger van een belanghebbende instelling, organisatie of groepering, tenzij zijn lidmaatschap van de commissie tevens in belangrijke mate het gemeentelijk belang dient.

Laten vervallen

Verwijderd omdat deze verordening niet voor hen geldt; reeds uitgesloten bij de begripsbepalingen.

4.De raad kan in afwijking van het bepaalde in het eerste lid een hogere vergoeding vaststellen, gelijk aan het door de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties voor gemeenteklasse 4 vastgestelde maximum, ten aanzien van a. een lid van een commissie die op grond van zijn bijzondere beroepsmatige deskundigheid op het taakgebied van de commissie voor deelname aan haar werkzaamheden is aangetrokken, en b. een lid van een commissie ten aanzien waarvan de vergoeding niet geacht kan worden in een redelijke verhouding te staan tot de zwaarte van zijn taak en de omvang van de door hem te verrichten arbeid.

Laten vervallen

Verwijderd omdat deze verordening niet voor hen geldt; reeds uitgesloten bij de begripsbepalingen.

Artikel 27: Reis- en verblijfskosten

1.Aan het lid van een commissie dat geen raadslid of wethouder is en niet in zijn hoedanigheid van ambtenaar tot lid van de commissie is benoemd worden de reiskosten voor het bijwonen van de vergaderingen van de commissie vergoed. De vergoeding betreft: a. bij gebruik van openbare middelen van vervoer en van een taxi: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten; b. bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel b, van de Regeling rechtspositie wethouders.

Nu artikel 18:

1.Aan het commissielid worden de ten behoeve van de gemeente gemaakte kosten in verband met reizen buiten het grondgebied van de gemeente ter uitvoering van een beslissing van het gemeentebestuur vergoed.

De in het eerste lid bedoelde vergoeding betreft:

a.bij gebruik van openbare middelen van vervoer: een volledige vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten;

b.bij gebruik van een eigen vervoermiddel: een vergoeding van de in redelijkheid gemaakte noodzakelijke reiskosten overeenkomstig het bepaalde in de Reisregeling binnenland.

Tekstuele aanpassing

2.Onverminderd het bepaalde in het eerste lid worden de in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen binnen en buiten het grondgebied van de gemeente vergoed overeenkomstig het bepaalde in artikel 4, onderdeel c, van de Regeling rechtspositie wethouders, met inachtneming van in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

2.De in redelijkheid noodzakelijk gemaakte verblijfskosten ter zake van reizen buiten het grondgebied van de gemeente worden aan het commissielid vergoed, met inachtneming van de in de Reisregeling binnenland genoemde maximum bedragen.

 

Artikel 28: Buitenlandse excursie of reis

1.De gemeenteraad kan een commissie uit de gemeenteraad toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

Nu artikel 19:

4.De gemeenteraad kan een commissielid toestemming verlenen voor een excursie of reis naar het buitenland. De gemeenteraad kan aan de toestemming voorwaarden verbinden.

Tekstuele aanpassing

2.De in het eerste lid bedoelde excursie of reis wordt door of vanwege de gemeente georganiseerd.

5.De in het eerste lid bedoelde excursie of reis wordt door of vanwege de gemeente georganiseerd.

 

3.De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

6.De in redelijkheid gemaakte reis- en verblijfkosten komen voor rekening van de gemeente.

 

Artikel 29: Cursus, congres, seminar of symposium

1.De kosten van deelname van een commissielid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

Nu artikel 20:

1.De kosten van deelname van een commissielid aan cursussen, congressen, seminars en symposia die in het gemeentelijk belang door of namens de gemeente worden aangeboden of verzorgd komen voor rekening van de gemeente.

Geen inhoudelijke wijziging. Hernummering van artikelen.

2.Het commissielid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het commissielidmaatschap.

2.Het commissielid dat wil deelnemen aan een cursus, congres, seminar of symposium dat niet door of namens de gemeente wordt aangeboden of verzorgd, dient daartoe een gemotiveerde aanvraag in. De aanvraag gaat vergezeld van inhoudelijke informatie en een kostenspecificatie. De kosten komen voor rekening van de gemeente als deelname van algemeen belang is in verband met de vervulling van het commissielidmaatschap

Geen inhoudelijke wijziging. Hernummering van artikelen.

Artikel 30: Computer en internetverbinding

1.Het college verleent een commissielid voor de uitoefening van het commissielidmaatschap op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

Nu artikel 21:

1.In de geest van het bepaalde in artikel 7a van het Rechtspositiebesluit raads- en commissieleden verleent het college van burgemeester en wethouders een commissielid voor de uitoefening van het commissielidmaatschap op aanvraag:

a.een tegemoetkoming voor het gebruik van een eigen computer, bijbehorende apparatuur en software;

b.een tegemoetkoming in de extra gebruikskosten van de eigen computer zoals papier en cartridges, die het gevolg zijn van de invoering van het raadsinformatiesysteem;

c.de abonnementskosten voor de internetverbinding van de in het eerste lid genoemde computerapparatuur.

Verwijzing naar artikel uit rechtspositiebesluit opgenomen.

2.Het college stelt de hoogte van de vergoedingen bedoeld in het eerste lid vast.

2.De in lid 1 sub a en b bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een belaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

3.De in lid 1 sub c bedoelde tegemoetkoming bedraagt € 25,- per maand. Conform de huidige fiscale regelgeving is dit een onbelaste vergoeding die wordt uitbetaald via de salarisadministratie.

4.Het commissielid dat aanspraak wil maken op de hierboven genoemde vergoedingen, dient hiertoe een aanvraag in op een door de gemeente nader te bepalen wijze (aanvraagformulier PC-vergoeding).

De regeling PC-vergoeding uit 2009 is uit praktische overwegingen opgenomen in deze verordening.

Hoofdstuk 5. De procedure van een declaratie

Artikel 31: Betaling van kosten

Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door

a.betaling uit eigen middelen; of b. rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente; of c. een gemeentelijke creditcard.

Nu artikel 22:

Betaling van kosten op grond van deze verordening vindt plaats door

c.declaratie van vooruit betaalde kosten of

d.rechtstreekse toezending van de factuur aan de gemeente.

Tekstuele aanpassing

Artikel 32: Declaratie van vooruit betaalde kosten

1.Voor de vergoeding van de kosten, bedoeld in de artikelen 5, 6, 16, 19, 24 en 27 wordt gebruik gemaakt van een declaratieformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

Nu artikel 23:

1.Voor de vergoeding van declarabele kosten wordt gebruik gemaakt van een declaratieformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, indien deze kosten uit eigen middelen vooruit zijn betaald.

Tekstuele aanpassing

2.Het declaratieformulier wordt volledig ingevuld en ondertekend. Het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder of het commissielid dient het declaratieformulier in bij de griffier, onderscheidenlijk de gemeentesecretaris of een door hem aangewezen ambtenaar, onder bijvoeging van de originele bewijsstukken. Gemaakte kosten dienen in de eerste maand volgend op de maand waarin de kosten zijn gemaakt te worden gedeclareerd, met inachtneming van de interne afspraken met betrekking tot de uiterste aanleverdata van salarismutaties.

2.Bij het indienen van een declaratie worden de in de bijlage genoemde declaratierichtlijnen in acht genomen.

Tekstuele aanpassing

Artikel 33: Rechtstreekse facturering bij de gemeente

1.De vergoeding van kosten, bedoeld in de artikelen 7, 16, 19, 20 en 24 kan plaatsvinden door rechtstreekse toezending van de door het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder voor akkoord ondertekende factuur aan de gemeente.

Laten vervallen

Overbodige bepaling; strookt niet met praktijk

2.Verantwoording van deze wijze van vergoeding vindt plaats door het begeleidingsformulier, waarvan het model door het college is vastgesteld, volledig in te vullen en te ondertekenen.

Laten vervallen

Overbodige bepaling; strookt niet met praktijk

3.Het raadslid, onderscheidenlijk de wethouder dient het begeleidingsformulier en de factuur binnen 2 maanden in bij de griffier, onderscheidenlijk de gemeentesecretaris of de door hem aangewezen ambtenaar.

Laten vervallen

Overbodige bepaling; strookt niet met praktijk

Artikel 34:

(vervallen)

Verwijderd

De reeds eerder vervallen artikelen zijn uit de nummering gehaald.

Hoofdstuk 6. Citeertitel en inwerkingtreding

Artikel 35: Intrekking oude regeling

De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2007, vastgesteld op 29 maart 2007, wordt ingetrokken op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

Nu artikel 24:

3.De Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2010, vastgesteld op 18 februari 2010, wordt ingetrokken op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

4.De Regeling PC-vergoeding wethouders en raadsleden 2009, vastgesteld op 10 maart 2009, wordt ingetrokken op de datum van inwerkingtreding van deze verordening.

 

Artikel 36: Inwerkingtreding

Deze regeling treedt in werking op 1 april 2010.

Nu artikel 25:

Deze regeling treedt in werking op 1 maart 2014.

 

Artikel 37: Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie wethouders, raads- en commissieleden 2010.

Nu artikel 26:

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening rechtspositie politieke ambtsdragers 2014.