Organisatie | Noord-Brabant |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Regeling van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Brabant houdende regels omtrent ambtsjubileumgratificatie (Regeling gratificatie bij ambtsjubileum provincie Noord-Brabant) |
Citeertitel | Regeling gratificatie bij ambtsjubileum provincie Noord-Brabant |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuurlijke organisatie, financieel beheer, personeelsbeleid |
Geen
<span new="" baskerville="" style="font-family: ">Artikel C. 19 van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling Provincies</span>
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2018 | 01-07-2019 | artikel 1, 6 | 12-12-2017 | 4289247 | |
11-11-2004 | 01-01-2018 | nieuwe regeling | 02-11-2004 Provinciaal Blad, 2004, 161 | 1036178 |
Aan de betrokkene wordt bij 12,5-, 25-, 40- en 50-jarige overheidsdienst een gratificatie toegekend. De gratificatie bedraagt bij 12,5-jarige diensttijd een kwart maand bezoldiging, bij 25-jarige diensttijd een maand bezoldiging en bij 40- en 50-jarige diensttijd twee maanden bezoldiging naar boven af te ronden op een veelvoud van vijf euro.
Als diensttijd voor de toepassing van een ambtsjubileumgratificatie geldt de tijd, doorgebracht:
in een betrekking (vóór 1 januari 1966) als bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Pensioenwet 1922 (Staatsblad 1922, 240), een betrekking als bedoeld in artikel B2 van de Algemene burgerlijke pensioenwet (Staatsblad 1966, 6) of een betrekking als bedoeld in artikel B3 van evengenoemde wet, alsmede (vóór en na 1 januari 1966) in een betrekking als bedoeld in artikel U2 van die wet;
Voorts komt als diensttijd niet in aanmerking diensttijd welke, zonder dat werkzaamheden zijn verricht, is doorgebracht buiten het genot van inkomsten uit de dienstbetrekking, behoudens voor zoveel het tijd betreft, gedurende welke betrokkene mede in het algemeen belang buitengewoon verlof heeft genoten.
Indien de betrokkene op de datum van zijn ambtsjubileum geen bezoldiging geniet, omdat hem mede in het algemeen belang buitengewoon verlof zonder behoud van bezoldiging is verleend, wordt voor de berekening van zijn ambtsjubileumgratificatie uitgegaan van de bezoldiging die hij genoot direct voorafgaand aan het verlof.