De raad der gemeente Sliedrecht;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 21 mei 1999;
Gelet op artikel 5.2, vierde lid, van de Telecommunicatiewet en artikel 149
van de Gemeentewet
Besluit
vast te stellen de volgende verordening: Verordening inzake werkzaamheden in
verband met de aanleg, instandhouding en opruiming van
telecommunicatiekabels;
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
- a.
wet : Telecommuniactiewet
- b.
openbaartelecommunicatienetwerk: telecommunicatienetwerk als genoemd in
artikel 1.1. onder g van de wet;
- c.
omroepnetwerk : omroepnetwerk als genoemd in artikel 1.1. onder o van de
wet;
- d.
kabels : kabels, genoemd in artikel 1.1, onder r, van de wet;
- e.
openbare gronden : openbare wegen en wateren, als genoemd in artikel 1,1
onder s, van de wet;
- f.
aanbieder : aanbieder van een openbaar telecommunicatienetwerk of een
omroepnetwerk;
- g.
werkzaamheden : werkzaamheden in verband met de aanleg, instandhouding en
opruiming van kabels ten dienste van een openbaar telecommunicatienetwerk of
van een omroepnetwerk in en op openbare gronden;
- h.
gedoogplichtige : degene op wie een gedoogplicht rust als bedoeld in
artikel 5.1, eerste lid van de wet;
- i.
college : college van burgemeester en wethouders;
- j.
melding : melding als bedoeld in artikel 5.2, derde lid, aanhef en onder
a, van de wet;
- k.
instemmingsbesluit : besluit van het college als bedoeld in artikel 5.2,
derde lid, aanhef en onder b, van de wet.
Artikel 2 Tijdstip van melding van voorgenomen
werkzaamheden
Een aanbieder die werkzaamheden wil verrichten, meldt in ieder geval acht
weken voor de aanvang van de werkzaamheden het voornemen daartoe bij het
college.
Artikel 3 Melding werkzaamheden
- 1.
Voor de melding maakt de aanbieder gebruik van een daartoe door het
college vastgesteld formulier.
- 2.
Bij de melding verstrekt de aanbieder in ieder geval de volgende
gegevens:
- a.
de door de Onafhankelijke Post en Telecommunicatie Autoriteit afgegeven
registratie
- b.
een uittreksel uit het handelsregister van de Kamer van Koophandel;
- c.
naam, adres en telefoonnummer van degene die de kabel in eigendom heeft,
degenen die de kabel beheert en degenen die de kabel exploiteert;
- d.
een opgave van de soort kabel en het beoogde gebruik;
- e.
welke belanghebbenden en instanties vooraf in kennis worden gesteld van
de voorgenomen datum van aanvang, beeindiging en de aard van de
werkzaamheden;
- f.
een uitvoeringsplan met daarin opgenomen
- -
een opgave van het gewenste trace;
- -
een opgave van de objecten die ten tijde van de werkzaamheden worden
geplaatsts, alsmede van de situering daarvan;
- -
een omschrijving van evetuele opbrekingen;
- -
de doorsnede van de kabel of kabelgoot;
- -
de lengte en breedt van de kabelsleuf;
- -
de maatregelen voor de bereikbaarheid van in de openbare gronden aanwezige
kabels en leidingen;
- -
het voorgenomen tijdstip van aanvang en beeindiging van de
werkzaamheden;
- -
naam, adres en telefoonnummer van de aannemer(s) of onderaannemer(s) die
belast is (zijn) met de werkzaamheden en van een contactpersoon ten tijde
van de uitvoering van de werkzaamheden.
- 3.
Indien de werkzaamheden mede betrekking hebben op gronden van een andere
gedoogplichtige dan de gemeente, wordt uiterlijk vier weken na ontvangst van
de melding, als genoemd in het eerste, het college schriftelijk in kennis
gesteld van de uitkomsten van het overleg tussen de aanbieder en en de
andere gedoogplichtinge.
- 4.
Het college kan nadere regels stellen inzake de gegevens die bij de
melding worden verstrekt.
Artikel 4 Voorschriften en beperkingen bij instemming.
- 1.
Het college kan aan het instemmingsbesluit voorschriften en beperkingen
verbinden in het belang van:
- a.
- b.
het voorkomen of beperken van schade of overlast;
- c.
de bruikbaarheid van de openbare gronden;
- d.
het veilig en doelmatig gebruik van de openbare gronden;
- e.
het doelmatig beheer en onderhoud van openbare gronden;
- f.
de belemmering van doelmatig beheer en onderhoud van openbare
gronden;
- g.
de bescherming van het uiterlijk aanzien van de omgeving;
- h.
de bescherming van groenvoorzieningen.
- 2.
Ter bescherming van de belangen als genoemd in het eerste lid, kan het
college in ieder geval aan het instemmingsbesluit voorschriften of
beperkingen verbinden over het medegebruik van voorzieningen, zoals
kabelgoten en geleidingen, en een zekerheidsstelling voor de nakoming van
verplichtingen die gesteld zijn bij de voorschriften en beperkingen aan het
instemmingsbesluit.
- 3.
De wijze van uitvoering bij aanleg, onderhoud, verplaatsing en opruiming
van de kabels en medegebruik van voorzieningen dient te geschieden in
overleg met de gemeente.
Artikel 5 Zakelijk karakter instemmingsbesluit
Indien de kabel wordt overgedragen aan een nieuwe aanbieder gaan de rechten
en plichten die betrekking hebben op de kabel van de oude aanbieder over op
de nieuwe aanbieder.
Artikel 6 Melding wijziging
De aanbieder stelt het college onverwijld in kennis van het feit dat het
eigendom, de exploitatie of het beheer van de kabel verandert of het feit
dat de kabel niet langer ten dienste staat van een openbaar
telecommunicatienetwerk of van een omroepnetwerk in of op openbare
gronden.
Artikel 7 Overgangsbepaling
De aanwezigheid van kabels en kabelwerken in of op openbare gronden,
voorzover deze zijn aangelegd met toepassing van hoofdstuk VI van de Wet op
de telecommunicatievoorzieningen, die door de aanbieders binnen een jaar na
inwerkingtreding van deze verordening te worden gemeld aan het college via
het aanmeldingsformulier als genoemd in artikel 3, eerste lid.
Artikel 8 Inwerkingtreding
Deze verordening treedt in werking met ingang van de datum van
inwerkingtreding van artikel 5.2. vierde lid van de wet.
Artikel 9 Citeertitel
Deze verordening wordt aangehaald als: Telecommunicatieverordening gemeente
Sliedrecht.