Artikel 1 Taken vertrouwenscommissie
- 1.
De raad benoemt uit zijn midden een commissie die belast is met de
beoordeling van kandidaten voor het ambt van burgemeester van de
gemeente Amstelveen.
- 2.
De commissie heeft tot taak de geschiktheid van kandidaten voor het ambt
van burgemeester van de gemeente Amstelveen te beoordelen en daarover
schriftelijk en gemotiveerd verslag uit te brengen aan de raad en de
Commissaris van de Koning in Noord-Holland.
- 3.
De commissie voert daartoe gesprekken met de kandidaten die door de
commissaris in beginsel geschikt worden geacht voor benoeming en met
eventueel andere op de lijst van sollicitanten voorkomende
kandidaten.
- 4.
De commissie doet haar verslag vergezeld gaan van een
concept-aanbeveling van de raad van twee kandidaten, die naar haar
oordeel voor benoeming in aanmerking komen, een en ander zoals bedoeld
in artikel 61 van de Gemeentewet.
Artikel 2 Toetsingscriteria
De commissie vormt zich een oordeel over de geschiktheid van de door haar
ontvangen kandidaten aan de hand van de door de raad vastgestelde
profielschets.
Artikel 3 Samenstelling van de commissie
- 1.
De commissie bestaat bij voorkeur uit de voorzitters van de fracties die
deel uitmaken van de gemeenteraad; een fractie kan bepalen een ander
raadslid voor te dragen als lid van de commissie.
- 2.
De voorzitter van de commissie wordt uit haar midden door de commissie
gekozen. De commissie kiest uit haar midden ook een plaatsvervangend
voorzitter.
- 3.
Plaatsvervanging van de leden van de commissie is niet toegestaan.
Artikel 4 Ambtelijke ondersteuning
- 1.
De raadsgriffier is secretaris van de commissie en verleent, waar nodig,
ambtelijke bijstand.
- 2.
De gemeentesecretaris of een ander lid van de directie is
plaatsvervangend secretaris van de commissie.
- 3.
De secretaris en de plaatsvervangend secretaris worden, vanuit hun
functie en rol in de commissie, in de gelegenheid gesteld aan de
beraadslagingen van de commissie deel te nemen, maar zijn geen lid van
de commissie en hebben geen stemrecht.
Artikel 5 Geheimhoudingsplicht
- 1.
De vergaderingen van de commissie zijn besloten. Alle stukken van de
commissie zijn geheim; dit wordt op de stukken vermeld.
- 2.
Alle leden van de commissie en de (plaatsvervangend) secretaris van de
commissie hebben volstrekte geheimhoudingplicht omtrent hetgeen direct
of indirect in hun functie aan hen mondeling of schriftelijk ter kennis
is gebracht.
- 3.
De voorzitter van de commissie wijst in elke vergadering op de
geheimhoudingsplicht, die rechtstreeks voortvloeit uit artikel 61c van
de Gemeentewet.
- 4.
De commissie legt in elke vergadering overeenkomstig het bepaalde in
artikel 86 van de Gemeentewet geheimhouding op omtrent de inhoud van de
stukken en omtrent het behandelde tijdens de vergadering.
- 5.
De voorzitter ziet er op toe dat aan het gestelde in de vorige leden
wordt voldaan.
- 6.
Aan raadsleden die geen zitting hebben in de commissie, noch aan anderen
wordt inzage of informatie verstrekt inzake de stukken en handelingen
die aan de commissie worden toevertrouwd.
- 7.
De commissie, noch de raad kunnen de geheimhouding waartoe de
Gemeentewet verplicht opheffen. De geheimhoudingsplicht blijft na
ontbinding van de commissie van kracht.
- 8.
Het in dit artikel bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de
(plaatsvervangend) secretaris.
- 9.
De commissie zal ervoor zorgdragen dat gesprekken met sollicitanten
plaatsvinden op een plaats en een tijdstip waardoor hun privacy maximaal
worden beschermd; correspondentie aan sollicitanten wordt uitsluitend
door tussenkomst van de secretaris verzonden en gericht aan het door
sollicitanten opgegeven privé adres.
- 10.
Alle stukken voor de commissie worden aan het privé adres van de
secretaris gericht, dan wel persoonlijk aan hem overhandigd en op zijn
adres bewaard.
Artikel 6 De orde van vergaderen
- 1.
De commissie vergadert zo dikwijls als de voorzitter of twee leden dit
noodzakelijk achten.
- 2.
De voorzitter doet ten minste twee dagen tevoren aankondiging van een
vergadering aan de leden van de commissie.
- 3.
De commissie vergadert niet indien niet ten minste de helft van de leden
aanwezig is.
- 4.
Gesprekken met en oordeelsvorming over de sollicitanten zullen behoudens
ziekte en ontstentenis niet plaatsvinden dan in aanwezigheid van alle
leden van de commissie.
Artikel 7 De werkwijze van de commissie
- 1.
De vertrouwenscommissie verschaft zich door tussenkomst van de
Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland de door haar
nodig geachte informatie over kandidaten. Inlichtingen over de
kandidaten kunnen ingewonnen worden door eigen informatievergaring,
waarbij uiterste zorgvuldigheid moet worden betracht; overleg met derden
is uitgesloten.
- 2.
De vertrouwenscommissie voert gesprekken met door de Commissaris van de
Koning in de provincie Noord-Holland geselecteerde kandidaten en
eventueel andere op de lijst van sollicitanten voorkomende kandidaten,
die hetzij zich eigener beweging tot de commissie hebben gewend, hetzij
door de commissie worden uitgenodigd. Indien de commissie besluit een
door de Commissaris van de Koning in de provincie Noord-Holland
geselecteerde kandidaat niet te ontvangen, worden de Commissaris van de
Koning in de provincie Noord-Holland en de kandidaat door haar
schriftelijk, met vermelding van de redenen van de beslissing, op de
hoogte gesteld.
- 3.
Nadat de vertrouwenscommissie haar standpunt over de geschiktheid van de
door haar ontvangen kandidaten heeft bepaald, brengt zij schriftelijk
verslag uit aan de raad en aan de Commissaris van de Koning in de
provincie Noord-Holland. Zij doet het verslag aan de raad vergezeld gaan
van een concept-aanbeveling van ten minste twee kandidaten die naar haar
oordeel voor de benoeming in aanmerking komen. De commissie vermeldt
daarbij ten aanzien van iedere kandidaat de motieven die tot haar
oordeel hebben geleid. De aanbeveling, bedoeld in artikel 2, wordt bij
meerderheid van stemmen vastgesteld, waarbij ieder lid van de commissie
één stem heeft. De commissie streeft naar unanimiteit bij de
besluitvorming.
Artikel 8 Bevoegdheden van voorzitter en secretaris van de commissie
- 1.
De voorzitter van de commissie treedt als contactpersoon en
vertegenwoordiger naar buiten.
- 2.
De voorzitter en de secretaris tekenen alle stukken die van de commissie
uitgaan.
- 3.
De secretaris draagt er zorg voor, dat na afronding van de werkzaamheden
alle stukken die de commissie onder zich heeft onverwijld onder
geheimhouding worden gearchiveerd en dat alle overige bescheiden en alle
kopieën van de in dit artikel bedoelde bescheiden onmiddellijk worden
vernietigd.
- 4.
De leden en de plaatsvervangend secretaris dragen er zorg voor dat de
aan hen ter beschikking gestelde stukken veilig en goed worden bewaard
en na ontbinding van de commissie volledig worden overgedragen aan de
voorzitter en de secretaris met het oog op vernietiging, zoals in het
vorige lid is bepaald.
Artikel 9 Ontbinding commissie en archivering
De commissie wordt geacht te zijn ontbonden met ingang van de dag volgende
op die waarop aan de raad is bekend gemaakt dat in de benoeming is
voorzien.
Artikel 10 Slotbepaling
- 1.
In alle gevallen waarin deze verordening niet voorziet beslist de
commissie.
- 2.
Deze verordening treedt in werking met ingang van de dag na die van
haar vaststelling.
- 3.
Afschrift van deze verordening wordt door de zorg van de griffier
verzonden aan de Commissaris van de Koning in de provincie
Noord-Holland.
- 4.
Deze verordening vervalt op de dag waarop de burgemeester is
benoemd, behoudens het gestelde over de geheimhouding.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 11 december 2013.
De griffier, De voorzitter,
drs. P. Georgopoulou drs. S.E. Mager, plv