Organisatie | Emmen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening parkeren 2005 |
Citeertitel | Verordening parkeren 2005 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | financiën en economie |
Geen.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
08-03-2006 | 01-01-2010 | nieuwe regeling | 23-02-2006 Zuidenvelder,Emmen officieel, Dinsdag 7 maart 2006, nummer 10-II | Onbekend. |
De raad van de gemeente Emmen,
gelezen het voorstel van het college van
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2 van de Wegenverkeerswet 1994;
gelet op de Nota ‘Parkeerbeleid in samenspel’, vastgesteld bij raadsbesluit van 21 oktober 1999;
gelet op het raadsbesluit van 24 april 2003;
Afdeling I Definities en begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
gelegen is binnen een zone aangeduid met bord E9 uit bijlage 1 van het RVV 1990 met het opschrift zone, voor zover deze plaats niet is uitgezonderd; |
Afdeling II Plaatsen voor vergunninghouders, vergunningen en vergunningbewijzen
Het college kan in een gebied waar belanghebbendenplaatsen en/of mede door vergunninghouders te gebruiken parkeerapparatuurplaatsen aanwezig zijn een vergunning verlenen aan:
degene die woont in een gebied waar het bij besluit van het college is toegestaan aan degene die hem bezoekt, onder gebruikmaking van de vergunning geldig in de straten binnen dat gebied, om een motorvoertuig te parkeren op parkeerapparatuur- en/of belanghebbendenplaatsen, te noemen bezoekersvergunning;
het bedrijf, dat een voertuig gebruikt bij het verrichten van herstel-, onderhouds- of daarmee gelijk te stellen werkzaamheden, voor zover dit motorvoertuig voor het uitvoeren van die werkzaamheden in de onmiddellijke omgeving van de betreffende locatie moet worden geparkeerd, te noemen onderhoudsvergunning;
Artikel 9 Intrekken of wijzigen vergunning
Indien de parkeervergunning is ingetrokken op grond van lid 1 sub e. of f. wordt een aanvraag voor een parkeervergunning door dezelfde vergunninghouder, binnen zes maanden na intrekking, geweigerd. Indien het een vergunning ex artikel 3 lid 2 sub c (bezoekersvergunning) betreft, wordt een hernieuwde aanvraag binnen twaalf maanden na intrekking geweigerd.
Afdeling III Verbodsbepalingen
Het is verboden parkeerapparatuur op andere wijze of met andere middelen, dan wel met andere munten dan die welke in de kennisgeving op de parkeerapparatuur staan aangegeven in werking te stellen.
Overtreding van het bepaalde in afdeling III van deze verordening wordt gestraft met hechtenis van ten hoogste twee maanden of geldboete van de eerste categorie.