De raad van de gemeente Tynaarlo;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 5
november 2013;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de
Gemeentewet;
B E S L U I T:
vast te stellen de volgende verordening:
Verordening op de heffing en invordering van marktgelden 2014
Artikel 1 Belastbaar feit
- 1.
Onder de naam 'marktgeld' wordt een recht geheven:
- a.
voor het gebruik in overeenstemming met de bestemming van
voor openbare dienst bestemde bezittingen van de gemeente of
van voor de openbare dienst bestemde werken of inrichtingen
die bij de gemeente in beheer of onderhoud zijn;
- b.
voor het genot van door of vanwege de gemeente verstrekte
diensten, waaronder het schoonmaken en schoonhouden van die
bezittingen en het bedrijven van promotieactiviteiten.
Artikel 2 Belastingplicht
Belastingplichtig is:
- a.
degene die gebruik maakt van de bezittingen, werken of
inrichtingen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel
a;
- b.
degene die een dienst aanvraagt dan wel degene voor wie een
dienst is verleend, als bedoeld in artikel 1, eerste lid,
onderdeel b.
Artikel 3 Maatstaf van heffing en tarief
- 1.
De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven,
opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.
- 2.
Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de
tarieventabel genoemde eenheid als een volle eenheid
aangemerkt.
Artikel 4 Belastingjaar
Voor zover in de bij deze verordening behorende tarieventabel tarieven
zijn opgenomen die per jaar worden geheven, is het belastingjaar gelijk
aan het kalenderjaar.
Artikel 5 Vrijstellingen
Voor het betalen van marktgelden als bedoeld in onderdeel 2 van de
tarieventabel, zijn vrijgesteld de daar bedoelde inrichtingen, aan welke
na gehouden verpachting, een plaats is toegewezen.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar
tijdsgelang
- 1.
De rechten, waarop artikel 4 van toepassing is, zijn verschuldigd
bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de
aanvang van de belastingplicht.
- 2.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt,
zijn de rechten, in zoverre in afwijking van artikel 4, verschuldigd
voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde
rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht,
nog volle kalendermaanden overblijven.
- 3.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt,
bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van
de voor de dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het
einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden
overblijven.
Artikel 7 Wijze van heffing
- 1.
De rechten worden geheven door middel van een gedagtekende
schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is
vermeld.
- 2.
Indien zich ten aanzien van eenzelfde belastingplichtige meerdere
belastbare feiten voordoen, kunnen de rechten daarvan worden geheven
door middel van één gedagtekende schriftelijke kennisgeving.
Artikel 8 Termijn van betaling
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990
moeten de rechten worden betaald op het moment van uitreiken van de
kennisgeving, dan wel in geval van toezending daarvan, binnen 14
dagen na de dagtekening van in artikel 7 bedoelde kennisgeving.
- 2.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste
lid gestelde termijnen.
Artikel 9 Kwijtschelding
Bij de invordering van marktgelden wordt geen kwijtschelding
verleend.
Artikel 10 Nadere regels door het college van burgemeester en
wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met
betrekking tot de heffing en invordering van de rechten.
Artikel 11 Inwerkingtreding en citeerartikel
- 1.
De ‘Marktgeldenverordening 2013’ van de gemeente Tynaarlo,
vastgesteld bij raadsbesluit van 18 december 2012, wordt
ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum
van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van
toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die
datum hebben voorgedaan.
- 2.
Deze verordening treedt inwerking met ingang van de tweede dag
na die van de bekendmaking.
- 3.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
- 4.
Deze verordening kan worden aangehaald als
‘Marktgeldenverordening 2014’.
Tarieventabel, behorende bij de ‘Marktgeldenverordening 2014’
Alle hierna genoemde bedragen zijn inclusief omzetbelasting, indien deze
verschuldigd is.
- 1.
Het marktgeld bedraagt per dag of gedeelte daarvan, voor een
paard/pony € 2,05
- 2.
- a.
De kosten voor het reserveren van een aanbindplaats voor
paarden/pony’s bedragen voor de najaarsmarkt te Zuidlaren per
strekkende meter ingenomen marktruimte € 1,65
- b.
Per reservering wordt het tarief verhoogd met € 8,90
voor promotie/naamsvermelding
- 3.
Voor ieder(e) tent, kraam, tafel, stal, voertuig en dergelijke
inrichting(en) per strekkende meter ingenomen ruimte, gemeten
langs de weg:
- a.
voor de najaarsmarkt te Zuidlaren:
- a.
1 voor wat betreft kramen, die eetwaren verkopen €
19,05
- a.
2 voor wat betreft kramen, die in hoofdzaak ter
plaatse eetwaren bereiden en verkopen om ter plaatse te
consumeren € 56,20
- a.
3 voor wat betreft de overige kramen € 14,30
De tarieven onder a.1 t/m a.3 worden verhoogd met €
8,90 per standplaats voor promotie en met € 17,95 voor
elektra.
- b.
voor de voorjaarsmarkt te Zuidlaren € 5,60
Het tarief onder b. wordt verhoogd met € 8,90 per
standplaats voor promotie en met € 5,60 voor
elektra
- c.
voor de weekmarkt te Zuidlaren € 1,20
- d.
voor de weekmarkt te Vries € 0,75
- e.
voor de weekmarkt te Tynaarlo € 0,65
- f.
voor de weekmarkt te Eelde € 1,20
Hoort bij besluit van de raad van de gemeente Tynaarlo d.d.
J.L. de Jong, griffier