Organisatie | Alphen aan den Rijn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Bezoldigingsregeling gemeente Alphen aan den Rijn |
Citeertitel | Bezoldigingsregeling gemeente Alphen aan den Rijn |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | Vervangt de voormalige Bezoldigingsregeling van de gemeenten Alphen aan den Rijn, Boskoop, en Rijnwoude |
Geen
Ambtenarenwet, artikel 125, lid 2, artikelen 1:1, 1:3 en 3:1 Arbeidsvoorwaardenregeling (CAR - UWO)
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-03-2014 | 01-01-2014 | 01-01-2016 | Nieuwe regeling | 07-01-2014 Gemeenteblad 25 februari 2014, nr. 9832 | 2014-2404 |
Wanneer het salaris of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van de maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.
Artikel 6 Salaris bij deeltijd
Het salaris van de medewerker met een deeltijdbetrekking wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor de medewerker zou gelden bij een volledige betrekking.
Hoofdstuk II FLEXIBELE BELONING
Als een medewerker of een groep medewerkers zeer goed of bijzonder presteert of functioneert, kan een gratificatie als bedoeld in artikel 15:1:28 van de CAR-UWO worden toegekend.
Artikel 14 Ambtsjubileumgratificatie
Bij het bereiken van een ambtsjubileum wordt een gratificatie toegekend volgens deze berekening:
Hoofdstuk III OVERIGE TOELAGEN EN VERGOEDINGEN
Aan de medewerker kan een waarnemingstoelage worden toegekend op basis van artikel 3:1:2 van de CAR-UWO.
Artikel 23 Vergoeding bedrijfshulpverlening
Aan de medewerker die is aangewezen als bedrijfshulpverlener wordt een vergoeding toegekend op grond van de Regeling Bedrijfshulpverlening.
Aan de medewerker die een toelage als bedoeld in artikel 20, 21 en 22 buiten zijn toedoen geheel of gedeeltelijk verliest, wordt een aflopende toelage toegekend. Hierbij geldt dat hij daaraan voorafgaand de toelage minimaal twee jaar zonder wezenlijke onderbreking (twee maanden of langer) heeft genoten en de blijvende inkomstenvermindering minimaal 3% bedraagt van zijn bezoldiging exclusief de toelagen uit artikel 20, 21 en 22.