Organisatie | 's-Gravenhage |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | ALGEMENE SUBSIDIEVERORDENING DEN HAAG 2014 |
Citeertitel | Algemene subsidieverordening Den Haag 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | 2014/01 |
Externe bijlage | Raadsvoorstel |
Geen
Gelet op artikel 149 van de Gemeentewet
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-09-2020 | Art. 2 en art. 5 | 14-07-2020 | RIS305417 | ||
25-11-2016 | 01-11-2016 | 01-09-2020 | art.1, 6, 7, 8, 11, 14, 16, 18, 20, 25 en 26 | 17-11-2016 | RIS295325, 2016 |
23-09-2016 | 25-11-2016 | artikel 11, tweede lid en artikel 27a | 08-09-2016 Gemeenteblad 126817, 2016 | RIS294632, 2016 | |
01-07-2014 | 01-09-2020 | Nieuwe regeling | 20-02-2014 Gemeenteblad 11, 2014 | rv 25, 2014 |
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
In deze verordening en de daarop berustende bepalingen wordt verstaan onder:
Artikel 3 Verstrekking door burgemeester en wethouders
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd te besluiten over het verstrekken van subsidies.
Artikel 4 Verstrekking aan wie?
Subsidie wordt verstrekt aan rechtspersonen. Het verstrekken van subsidie aan natuurlijke personen kan alleen geschieden, indien de doelmatigheid en doeltreffendheid van de verstrekking zich hiertegen niet verzetten.
HOOFDSTUK 2. AANVRAAG EN TERMIJNEN
Artikel 8 Bij aanvraag in te dienen gegevens
Bij een aanvraag om subsidie legt de aanvrager de volgende gegevens over:
een begroting en dekkingsplan van de kosten van de activiteiten, waar de subsidie voor wordt aangevraagd. Het dekkingsplan bevat een opgave van bij andere bestuursorganen of private organisaties of personen aangevraagde subsidies of vergoedingen ten behoeve van dezelfde activiteiten, onder vermelding van de stand van zaken daarvan;
Indien de voorgenomen subsidieverlening is aangemeld bij de Europese Commissie wordt de beslistermijn opgeschort met ingang van de dag waarop het voornemen is aangemeld tot de dag waarop de Europese Commissie de beslissing omtrent het steunkarakter van de aanvraag aan het college heeft bekend gemaakt.
HOOFDSTUK 3. WEIGERING EN INTREKKING
Artikel 11 Weigerings- en intrekkingsgronden
HOOFDSTUK 4. VERLENING EN SUBSIDIEVORMEN
Verlening van subsidie geschiedt in de vorm van waarderingssubsidie, exploitatiesubsidie of budgetsubsidie.
Artikel 13. Verlening subsidie
Het besluit tot verlenen van de subsidie vermeldt de subsidievorm en, voor zover dit niet is bepaald bij deze verordening of subsidieregeling, de wijze waarop de verantwoording van de te ontvangen subsidie plaatsvindt.
HOOFDSTUK 5. VERPLICHTINGEN VAN DE ONTVANGER
Artikel 15. Algemene verplichtingen subsidieontvanger
De subsidieontvanger doet onverwijld melding aan burgemeester en wethouders, zodra aannemelijk is dat de activiteiten, waarvoor de subsidie is verleend, niet of geheel niet zullen worden verricht of dat niet of geheel niet aan de aan de beschikking tot subsidieverlening verbonden verplichtingen zal worden voldaan.
Artikel 16 Bijzondere verplichtingen subsidieontvanger
Bij subsidies hoger dan € 50.000,- verleend voor activiteiten die meer dan een jaar in beslag nemen, kan de verplichting worden opgelegd tot het tussentijds afleggen van rekening en verantwoording over de tot dan verrichte activiteiten en de daaraan verbonden uitgaven en inkomsten. De verantwoording wordt niet vaker dan een keer per jaar gevraagd.
Artikel 17 Kostensoorten exploitatiesubsidie
Exploitatiesubsidie, die bij de beschikking tot verlening verdeeld is over verschillende kostensoorten, mag niet van de ene soort naar de andere soort worden overgeheveld, tenzij het college hiervoor uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven.
Artikel 18 Verslaglegging topinkomens en doelmatigheid subsidies
De subsidieontvanger, waarop artikel 4.1 eerste en tweede lid van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector en artikel 4.2 van de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector van toepassing is zendt het college eens per jaar gegevens en de motivering zoals bedoeld in deze wet.
De subsidieontvanger, waarop de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector van toepassing is, is verplicht om de bezoldigingsnorm zoals bepaald bij of krachtens deze wet voor een ieder bij de subsidieontvanger in acht te nemen. Indien voor een sector een hoger bezoldigingsmaximum is afgesproken tussen de sector en de minister, dan geldt dit maximum.
Indien bij de subsidieontvanger een onevenredig deel van de subsidie aan het betalen van topsalarissen wordt besteed, dan motiveert het college aan de raad of zij het wenselijk vindt – op grond van doelmatigheid en doeltreffendheid – of zij het wenselijk acht de subsidierelatie in de huidige vorm en omvang te laten voortbestaan, of dat het college liever met andere partijen in zee wil gaan.
HOOFDSTUK 6. VERANTWOORDING EN VASTSTELLING
Artikel 19. Verantwoording en vaststelling waarderingssubsidie
Bij een ambtshalve vaststelling als bedoeld in het vorige lid kan de aanvrager worden verplicht om op de daarbij aangegeven wijze aan te tonen dat de activiteiten waarvoor de subsidie wordt verstrekt, zijn verricht en dat is voldaan aan de aan de subsidie verbonden verplichtingen. In bijzondere gevallen kan de aanvrager hierbij tevens worden verplicht om de aan de activiteiten verbonden kosten aan te tonen. In deze gevallen vindt de vaststelling plaats binnen 12 weken nadat de gevraagde inlichtingen zijn verstrekt.
Artikel 20 Verantwoording exploitatie- en budgetsubsidie
Indien het verleende subsidiebedrag op jaarbasis meer bedraagt dan € 100.000, bevat de aanvraag behalve de onder het tweede lid bedoelde gegevens tevens een controleverklaring van een onafhankelijke accountant.
In de controleverklaring wordt tenminste aangegeven of de toepasselijke subsidiebepalingen zijn nageleefd en de subsidie is aangewend voor het doel waarvoor deze ter beschikking is gesteld. Daarnaast bevat de controleverklaring:
Het college kan een model voor de controleverklaring vaststellen.
Artikel 21 Vaststelling exploitatie- en budgetsubsidie
Indien de aanvraag tot subsidievaststelling niet voor het in artikel 20 bedoelde tijdstip is ontvangen, kunnen burgemeester en wethouders de subsidieontvanger schriftelijk een nieuwe termijn stellen. Wordt de aanvraag niet binnen deze termijn ingediend dan kunnen zij overgaan tot ambtshalve vaststelling.
Artikel 22 Reservevorming bij exploitatiesubsidie
Indien de exploitatiesubsidie voor een lager bedrag wordt vastgesteld dan het bedrag van verlening, wordt dit overschot teruggevorderd tenzij, op een daartoe gedane aanvraag, het besluit tot vaststelling vermeldt dat de ontvanger dit overschot geheel of gedeeltelijk mag behouden en/of aan de reserve mag toevoegen.
HOOFDSTUK 7. OVERIGE BEPALINGEN
Burgemeester en wethouders zijn bevoegd een review te laten uitvoeren op de door de accountant van de subsidieontvanger verrichte werkzaamheden. Daarnaast kan het college nadere regels stellen over de reikwijdte en intensiteit van de accountantscontrole
Artikel 24 Vergoeding vermogensvorming
Bij de bepaling van de hoogte van de vergoeding wordt uitgegaan van de waarde van de eigendommen en andere vermogensbestanddelen op het tijdstip waarop de vergoeding verschuldigd wordt, met dien verstande dat bij verlies of beschadiging van eigendommen wordt uitgegaan van het bedrag, dat als schadevergoeding door de subsidieontvanger is ontvangen. Indien het onroerend goed betreft, geschiedt de waardebepaling door één of drie onafhankelijke deskundigen.
Indien de activiteiten van de subsidieontvanger met toestemming van het college door een andere rechtspersoon worden voortgezet en de activa en passiva tegen boekwaarde aan die ander in eigendom worden overgedragen, is de subsidieontvanger ter zake in afwijking van het tweede lid geen vergoeding verschuldigd.
Burgemeester en wethouders kunnen, in bijzondere gevallen, een artikel of artikelen van deze verordening buiten toepassing laten of daarvan afwijken, met uitzondering van de artikelen 1, 2, 3 en 8 voor zover toepassing gelet op het belang van de aanvrager of subsidieontvanger leidt tot onbillijkheid van overwegende aard. Het van toepassing verklaren van dit artikel wordt gemotiveerd in het besluit en hiervan wordt periodiek verslag gedaan aan de raad.
In een subsidieregeling kan worden bepaald dat burgemeester en wethouders van een of meer bepaalde artikelen of artikelleden van die regeling kunnen afwijken als daaraan vasthouden, gelet op het belang of de belangen die met deze bepalingen worden gediend, zal leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.
HOOFDSTUK 8. OVERGANGS- en SLOTBEPALINGEN
Artikel 27 Toezicht op naleving
Burgemeester en wethouders kunnen ambtenaren of derden-deskundigen aanwijzen, die belast zijn met het toezicht op naleving van de bij of krachtens deze verordening vastgestelde voorschriften.
Een ieder is verplicht om de door de in artikel 27 bedoelde toezichthouder gegeven aanwijzingen na te leven.