Organisatie | Baarle-Nassau |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Parkeerverordening Baarle-Nassau 2014 |
Citeertitel | Parkeerverordening Baarle-Nassau 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | ruimtelijke ordening, verkeer en vervoer |
Eigen onderwerp |
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2014. Bij inwerkingtreding van deze verordening vervalt de Parkeerverordening Baarle-Nassau 2012 met alle daarin aangebrachte wijzigingen. Ontheffingen die zijn verleend krachtens de Parkeerverordening Baarle-Nassau 2012 worden geacht te zijn verleend krachtens deze verordening.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-02-2014 | 01-01-2014 | Nieuwe regeling | 11-12-2013 Overheid.nl, 21-02-2014 | 01-01-2014 |
De raad van de gemeente Baarle-Nassau
gelet op artikel 149 van de Gemeentewet en artikel 2a van de Wegenverkeerswet 1994;
gezien het advies van politie doc.nr 11uit02481;
gelezen het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 22 okt. 2013;
besluit vast te stellen de "Parkeerverordening Baarle-Nassau 2014"
AFDELING I. DEFINITIES EN BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN
In deze verordening wordt verstaan onder:
Parkeren: het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een motorvoertuig, anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van goederen, op binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
Houder: degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren was ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994aangehouden register van opgegeven kentekens, met dien verstande dat ook degene die middels een leaseovereenkomst of een verklaring van de werkgever kan aantonen dat hij de bestuurder is van het motorvoertuig dat ten tijde van het parkeren op naam van de leasemaatschappij respectievelijk de werkgever in het hiervoor bedoelde register was ingeschreven, als houder wordt aangemerkt;
Belanghebbendenplaats: een parkeerplaats, voor zover deze plaats niet is uitgezonderd, gelegen binnen een zone aangeduid met borden E10 en E11 uit bijlage 1 van het RVV 1990, gemarkeerd conform art. 25 van het RVV 1990 zodat gebruik van een geldige parkeerschijf noodzakelijk is binnen de aangegeven perioden;
Tijdelijke ontheffing: een door college verleende ontheffing, die voor een nader in de ontheffing te bepalen periode geldig is en krachtens welke het is toegestaan een motorvoertuig te parkeren op daartoe aangewezen belanghebbendenplaatsen en/of parkeerplaatsen in een parkeerschijfzone zonder een geldige parkeerschijf te gebruiken;
Parkeerschijfzone: een zone aangeduid met borden E10 en E11 uit bijlage 1 van het RVV 1990, gemarkeerd conform art. 25 van het RVV 1990 zodat gebruik van een geldige parkeerschijf noodzakelijk is binnen de aangegeven perioden zoals aangegeven op tekening “Situatie buitengrens parkeerschijfzone” tek.nr. 20110113-01 welke als bijlage 01 in parkeerverordening Baarle-Nassau 2014 is opgenomen;
AFDELING II. PLAATSEN VOOR ONTHEFFINGHOUDERS, ONTHEFFINGEN EN ONTHEFFINGBEWIJZEN
een tijdelijke ontheffing voor een bedrijf kan binnen de parkeerschijfzone worden verleend indien de eigenaar of houder van een motorvoertuig kan aantonen dat in het belang van diens beroep- of bedrijfsuitoefening noodzakelijk is in dat gebied een motorvoertuig te parkeren (categorie II). De ontheffing wordt verleend voor de noodzakelijke duur van de werkzaamheden.