Organisatie | Enschede |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening begraafrechten 2014’ |
Citeertitel | Verordening begraafrechten 2014’ |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | fiscaal |
Deze regeling is vervangen door de Verordening op de heffing en de invordering van begraafrechten 2015
gelet op artikel 229, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 01-01-2015 | intrekking | 08-12-2014 Digitaal Gemeenteblad, 24 december 2014 | Onbekend. | |
01-01-2014 | 01-01-2015 | . | 16-12-2013 huis aan huis d.d. 18 december 2013 | gemeentebladnr. 265 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
1 In deze verordening en de daarop rustende bepalingen wordt verstaan onder:
a de Oosterbegraafplaats, gelegen aan de Noord Esmarkerrondweg 407;
b de Westerbegraafplaats, gelegen aan de Hengelosestraat 487;
c de r.k.begraafplaats, gelegen aan de Gronausestraat 405;
d de Historische Begraafplaats Espoort (HBE)gelegen aan de Espoortstraat;
aula: een van de aula’s zoals deze aanwezig zijn op de Oosterbegraafplaats en de
f. uitvaartpaviljoen: paviljoen van 6 bij 4 m.
c. urnengedenkplaats: een urnenopstelplaats, -graf, -nis, -kelder daaronder begrepen, waarvoor
voor bepaalde tijd gelegenheid wordt gegeven tot:
onder de categorie “bijzondere begraafplaatsen” gelegen in het buitengebied van de gemeente
Herinneringsbos “de Wester”: een locatie waar ter nagedachtenis en/of voor verstrooiing van as van overledenen een boom kan worden geplant.
KU urnengedenkplaats: een urnengedenkplek in de Kinderhof, bestemd voor het daarin of daarop bijzetten van ten hoogste twee asbussen met of zonder sierurnen, dan wel doen verstrooien van as van daarin of daarop van ten hoogste 2 overledenen en uitgegeven voor 5 jaar of een veelvoud daarvan tot maximaal 25 jaar;
3 a. Onder het in het tweede lid genoemde 'het begraven van één lijk’ wordt mede verstaan of 'het plaatsen van twee asbussen met of zonder urn' of 'het verstrooien van as van één overledene’.
b. Onder het in lid 1 genoemde 'het begraven van ten hoogste twee lijken' wordt mede verstaan of 'het plaatsen van ten hoogste vier asbussen met of zonder urnen' of 'het verstrooien van as van ten hoogste vier overledenen'.
c. Onder het in lid 1 genoemde 'het begraven van ten hoogste vier lijken' wordt mede verstaan of 'het plaatsen van ten hoogste acht asbussen met of zonder urnen' of 'het verstrooien van as van ten hoogste acht overledenen'.
4 Onder 'begraven' wordt in deze verordening mede verstaan 'herbegraven'.
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraaf- en gedenkplaatsen en voor het genot van door of vanwege de gemeente verlenen van diensten op de begraaf- en gedenkplaatsen.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Artikel 5 Tarieven en maatstaven van heffing
1 De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verordening behorende tabel.
2 Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tabel genoemde eenheid voor een volle eenheid aangemerkt.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang.
1 De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 6.1.1 tot en met 6.1.3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingtijdvak of, indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, bij de aanvang van de belastingplicht.
2 Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, zijn de rechten als bedoeld in hoofdstuk 6.1.1 tot en met 6.1.3 van de tarieventabel verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten als er in dat jaar, na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, wordt voor de rechten als bedoeld in hoofdstuk 6.1.1 tot en met 6.1.3 van de tarieventabel ontheffing verleend over zoveel twaalfde gedeelten als er in dat jaar, na het tijdstip van het eindigen van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 6.1.1 tot en met 6.1.3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Artikel 12 Nadere regels door het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente
Het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van begraafrechten.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.
Deze verordening wordt aangehaald als de ‘Verordening begraafrechten 2014’.
Vastgesteld in de openbare raadsvergadering van 16 december 2013