Organisatie | Flevoland |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale Staten van Flevoland 2013 |
Citeertitel | Reglement van Orde van Provinciale Staten 2013 |
Vastgesteld door | provinciale staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | bestuurlijke organisatie |
Deze regeling is vervangen door het Reglement van Orde Provinciale Staten 2015.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
11-07-2015 | 11-07-2015 | intrekking | 01-07-2015 | 1768200 | |
01-02-2014 | 18-12-2013 | 11-07-2015 | nieuwe regeling | 18-12-2013 Provinciaal Blad, 2014, 01 | Statenvoorstel 1544597 |
Provinciale Staten, gelezen het voorstel van het Presidium, nummer 1544597.
vast te stellen het navolgende Reglement van Orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale Staten van Flevoland 2013 onder gelijktijdige intrekking van het Reglement van Orde van Provinciale Staten 2012
Reglement van orde van Provinciale Staten 2013
Provinciale Staten van Flevoland,
overwegende dat deze andere vergaderwijze gevolgen heeft voor het bestaande Reglement van orde voor de vergaderingen en andere werkzaamheden van Provinciale Staten 2013;
gelet op artikel 143, eerste lid , artikel 16 en artikel 80 van de Provinciewet;
HOOFDSTUK 1. ALGEMENE BEPALINGEN
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
HOOFDSTUK II. TOELATING VAN DE LEDEN VAN PROVINCIALE STATEN; FRACTIES
Artikel 4. Onderzoek geloofsbrieven
Deze commissie brengt na gedaan onderzoek van de geloofsbrieven, van de andere bij de Kieswet vereiste stukken en van de bezwaarschriften, die mochten zijn ingekomen, schriftelijk of mondeling verslag uit aan de vergadering van provinciale staten en doen daarbij een voorstel tot het nemen van een besluit. De geloofsbrieven en de daarop betrekking hebbende stukken worden ter provinciale griffie gedeponeerd.
Burgerleden dienen tijdens de laatste verkiezingen van Provinciale Staten geplaatst te zijn op de kandidatenlijst van een krachtens die verkiezingen in Provinciale Staten vertegenwoordigde politieke partij. Op voordracht van de fractie benoemen Provinciale Staten een burgerlid. Provinciale Staten kunnen op voordracht van de fractie op wiens voordracht het burgerlid is benoemd een burgerlid ontslaan. De artikelen 10, 11, 12, 13 en 15 van de Provinciewet zijn op hen van overeenkomstige toepassing.
HOOFDSTUK III. STATENBIJEENKOMST
Paragraaf 1 Tijd van vergaderen, oproep en orde van de vergadering
Artikel 9. Ter inzage leggen van documenten
Indien voor stukken op grond van artikel 25 Provinciewet, eerste of tweede lid geheimhouding is opgelegd, blijven deze stukken in afwijking van het bepaalde in het eerste lid onder berusting van de griffier en verleent de griffier de leden van provinciale staten inzage. Indien nodig worden de geheime stukken in een beveiligde digitale omgeving beschikbaar gesteld.
Paragraaf 2 Besloten vergaderingen
Artikel 11. Besloten vergaderingen
Op een besloten vergadering als bedoeld in artikel 23 van de Provinciewet zijn de bepalingen van dit reglement van overeenkomstige toepassing, voor zover deze bepalingen niet strijdig zijn met het besloten karakter van de vergadering.
Artikel 12. Besluitenlijst besloten vergadering
De besluitenlijst wordt zo spoedig mogelijk ter vaststelling aangeboden. Indien er opmerkingen over de besluitenlijst zijn worden deze in beslotenheid vastgesteld. Tijdens de vergadering nemen Provinciale Staten een beslissing over het al dan niet openbaar maken van deze besluitenlijst. De besluitenlijst wordt door de voorzitter en de griffier ondertekend.
Paragraaf 3 Orde van vergadering
De toehoorders en vertegenwoordigers van de pers kunnen uitsluitend op de voor hen bestemde plaatsen openbare vergaderingen van provinciale staten bijwonen.
Artikel 16. Geluid- en beeldregistraties
Degenen die in de vergaderzaal tijdens de statenvergadering geluid- dan wel beeldregistraties willen maken vragen hiervoor toestemming aan de griffier. Degenen die in de vergaderzaal tijdens een vergadering geluid- of beeldregistraties wensen te maken, dan wel deze wensen te vertonen, c.q. ten gehore wensen brengen gedragen zich naar de aanwijzingen van de voorzitter.
Artikel 17. Verbod gebruik mobiele telefoons
In de vergaderzaal, met inbegrip van de publieke tribune, is tijdens de vergadering het hinderlijk gebruik van mobiele telefoons of andere communicatiemiddelen, dat inbreuk kan maken op de orde van de vergadering, niet toegestaan. Men gedraagt zich naar de aanwijzingen van de voorzitter.
Indien een lid zich beledigende uitdrukkingen veroorlooft, afwijkt van het onderwerp in behandeling, een spreker herhaaldelijk interrumpeert, dan wel anderszins de orde verstoort, wordt hij door de voorzitter tot de orde geroepen. Indien het desbetreffende lid hieraan geen gevolg geeft, kan de voorzitter - onverminderd het bepaalde in artikel 26, derde lid van de Provinciewet - hem gedurende de vergadering, waarin zulks plaats heeft, over het aanhangige onderwerp het woord ontzeggen.
HOOFDSTUK IV. DE STATENVERGADERING
Wanneer Provinciale Staten een onderwerp onvoldoende voor openbare beraadslaging voorbereid achten, kunnen zij het onderwerp terug verwijzen naar de statencommissie of aan het college van Gedeputeerde Staten nadere inlichtingen of advies vragen. Het Presidium bevordert de eventuele nieuwe agendering.
Paragraaf 3. Orde van de vergadering
Ieder ter vergadering komend lid zet zijn handtekening op de presentielijst. Indien een statenlid de vergadering vóór het einde daarvan verlaat, meldt hij dit aan de griffier. Aan het einde van elke vergadering wordt die lijst door de voorzitter gesloten en door hem en de griffier door ondertekening vastgesteld.
Artikel 26. Plaatsvervangend voorzitter Provinciale Staten
Indien Provinciale Staten overeenkomstig het bepaalde in artikel 75 van de Provinciewet gebruik hebben gemaakt van de mogelijkheid een ander dan het langstzittende lid van provinciale staten te belasten met de waarneming van het voorzitterschap bij verhindering of ontstentenis van de voorzitter van provinciale staten kunnen zij te allen tijde het ter zake genomen besluit herroepen.
Artikel 28. Opening vergadering
De voorzitter opent de vergadering zodra de medegedeelde aanvangstijd is bereikt en volgens de presentielijst meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden tegenwoordig is.
Wanneer een half uur na het tijdstip, waarop de opening van de vergadering is vastgesteld, nog niet meer dan de helft der zitting hebbende leden aanwezig is, laat de voorzitter de namen der afwezige leden voorlezen. De vergadering wordt daarna door de voorzitter tot een nader tijdstip uitgesteld.
Bij Provinciale Staten ingekomen stukken, waaronder schriftelijke mededelingen van Gedeputeerde Staten aan Provinciale Staten, worden op een lijst geplaatst. Deze lijst wordt aan de statenleden toegezonden, ter inzage gelegd en geplaatst op de provinciale website. De statenleden worden verzocht gemotiveerd aan te geven welke stukken besproken moeten worden in één van de statencommissies. Het Presidium besluit aan de hand van de ontvangen verzoeken welke stukken doorgaan als stuk naar één van de commissies. Het Presidium kan beslissen bij provinciale staten ingekomen stukken niet op de Lijst van Ingekomen Stukken (LIS) te plaatsen. Dit geldt voor stukken waarvan duidelijk is dat deze ter kennisneming zijn gezonden en waarvan de leden reeds kennis hebben kunnen nemen en voor stukken die onbegrijpelijk en/of beledigend zijn.
De leden spreken van hun plaats of van het spreekgestoelte (bij bespreekstukken, moties en amendementen) en richten zich tot de voorzitter.
Artikel 34. Spreektijd(regeling)
In voorkomende gevallen kan het Presidium besluiten in afwijking van de voorgaande lid de spreektijd fractiegewijs toe te delen hetgeen in de agendering zichtbaar wordt. Een dergelijke afwijkende spreektijdenregeling geldt in elk geval bij de behandeling van de jaarstukken, de Perspectiefnota en de Programmabegroting en vraagt om afstemming met het seniorenoverleg.
Op voorstel van één der leden, van een gedeputeerde of van hemzelf kan de voorzitter, na raadpleging der vergadering, de beraadslagingen voor een door hem te bepalen tijd schorsen teneinde gedeputeerde staten of de leden de gelegenheid tot onderling nader beraad te geven. De beraadslagingen worden hervat nadat de schorsingsperiode verstreken is.
De voorzitter kondigt een te houden stemming duidelijk aan. De leden stemmen vanaf de hen toegewezen zitplaats.
Artikel 44 Vergissing uitbrengen stem
Heeft een lid zich bij het uitbrengen van zijn stem vergist, dan kan hij deze vergissing herstellen voordat het volgende lid gestemd heeft, of ingeval van elektronisch stemmen voordat de voorzitter de uitslag van de stemming bekend maakt. Bemerkt het lid zijn vergissing eerst later, dan kan hij na afloop van de stemming wel aantekening vragen dat hij zich vergist heeft; in de uitslag van de stemming brengt dit echter geen verandering.
Artikel 45. Stemming over personen
Wanneer er verschil is tussen het aantal ingeleverde stembriefjes en het aantal van de leden, als bedoeld in het tweede lid, wordt de stemming door de voorzitter ongeldig verklaard en worden de nog gesloten stembriefjes door de zorg van de griffier onmiddellijk vernietigd, waarna er een nieuwe stemming wordt gehouden.
Artikel 46. Inhoud stembriefje
Bij twijfel over het al dan niet behoorlijk ingevuld zijn van een stembriefje beslissen provinciale staten.
Artikel 48. Aantal herstemmingen
Wanneer ook bij deze tweede stemming door niemand de volstrekte meerderheid is verkregen, heeft een derde stemming plaats tussen de twee personen, die bij de tweede stemming de meeste stemmen op zich hebben verenigd. Zijn bij de tweede stemming de meeste stemmen over meer dan twee personen verdeeld, dan wordt bij een tussenstemming uitgemaakt over welke twee personen de derde stemming zal lopen.
Artikel 50. Vernietiging stembriefjes
Door de zorg van de griffier worden de stembriefjes onmiddellijk na af loop van de vergadering vernietigd.
Paragraaf 6. Indienen van voorstellen
Veranderingen in de volgnummers of in de aanhaling van artikelen, zomede redactieverbeteringen, nodig geworden omdat provinciale staten in afwijking van een voorstel hebben beslist, kunnen door gedeputeerde staten worden aangebracht.
Artikel 56. Motie vreemd aan de orde van de dag
De behandeling van het voorstel vindt plaats voordat alle op de agenda voorkomende onderwerpen of voorstellen worden behandeld, tenzij Provinciale Staten oordelen, dat het voorstel met het oog op de orde van de vergadering tezamen met een ander geagendeerd onderwerp of voorstel wordt behandeld of eerst wordt behandeld in de statencommissie of voor advies naar Gedeputeerde Staten wordt gezonden, in welk geval Provinciale Staten bepalen in welke vergadering het voorstel opnieuw geagendeerd wordt.
Paragraaf 7: Vragen en interpellaties
Het lid dat vragen wil stellen maakt dit uiterlijk 4 uur, voorafgaande aan de vergadering aan de voorzitter kenbaar, geeft hierbij aan op welk onderwerp de vragen betrekking hebben en - tenzij de vragen betrekking hebben op de taken en bevoegdheden van de commissaris van de Koning - welk lid of welke leden van het college van Gedeputeerde Staten ter beantwoording van de vragen voor het bijwonen van de vergadering dient of dienen te worden uitgenodigd.
Artikel 60. Schriftelijke vragen
Schriftelijke vragen moeten kort en duidelijk worden geformuleerd en bij de voorzitter worden ingediend. Deze draagt er zorg voor dat de vragen, tenzij tegen de vorm of inhoud daarvan overwegend bezwaar bestaat, zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige leden van Provinciale Staten, de commissaris van de Koning en het college van Gedeputeerde Staten worden gebracht.
De commissaris van de Koning en/of Gedeputeerde Staten beantwoorden de vragen binnen dertig dagen nadat zij zijn ingekomen. Indien beantwoording niet binnen deze termijn kan plaatsvinden, geven de commissaris van de Koning en/of het college van Gedeputeerde Staten de vragensteller en Provinciale Staten daarvan tijdig en gemotiveerd bericht. De vragen en antwoorden worden gelijktijdig met de lijst van ingekomen stukken, bedoeld in artikel 31, aan de statenleden toegezonden.
Het verzoek tot het houden van een interpellatie wordt, behoudens in naar het oordeel van de voorzitter spoedeisende gevallen, ten minste 48 uur voor de aanvang van de vergadering schriftelijk bij de voorzitter ingediend. Het verzoek bevat een duidelijke omschrijving van het onderwerp waarover inlichtingen worden verlangd alsmede de te stellen vragen.
De voorzitter brengt de inhoud van het verzoek zo spoedig mogelijk ter kennis van de overige statenleden, de commissaris van de Koning en het college van Gedeputeerde Staten. Provinciale Staten beslissen bij de vaststelling van de agenda op welk tijdstip tijdens de vergadering de interpellatie zal worden gehouden.
Artikel 62. Recht van onderzoek
Het onderzoek wordt uitgevoerd door een door Provinciale Staten bij verordening in te stellen onderzoekscommissie. Dat kan een commissie ex artikel 80 Provinciewet zijn of een (enquête)commissie ex artikel 151a Provinciewet. De commissie heeft ten minste drie leden en bestaat uitsluitend uit leden van Provinciale Staten.
Ingeval van twijfel omtrent de toepassing of de uitleg van enige bepaling van dit reglement, alsmede in gevallen waarin dit reglement niet voorziet, raadpleegt de voorzitter Provinciale Staten die een beslissing nemen.