Organisatie | Strijen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke regeling ICT-samenwerking Hoeksche Waard (ISHW) |
Citeertitel | Gemeenschappelijke regeling ISHW |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2021 | art. 5, 6, 14, 21, 22, 29 | 03-12-2013 Staatscourant 2015, 48938 | Onbekend | |
01-01-2014 | 01-01-2016 | nieuwe regeling | 03-12-2013 Het Kompas, 13-12-2013 | Onbekend |
Vastgesteld door de colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Binnenmaas, Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland en Strijen op 3 december 2013
De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Binnenmaas, Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland en Strijen na verkregen toestemming door de raden van die gemeenten als bedoeld in artikel 1, lid 2 van de Wet gemeenschappelijke regelingen;
Gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen, de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet
tot het treffen van de navolgende gemeenschappelijke regeling ICT-samenwerking Hoeksche Waard (ISHW)
Hoofdstuk I Algemene bepalingen
In deze gemeenschappelijke regeling wordt verstaan onder: a. deelnemende gemeente: de gemeenten Binnenmaas, Cromstrijen, Korendijk, Oud-Beijerland en Strijen; b. Dienst: het openbaar lichaam, bedoeld in artikel 2; c. gedeputeerde staten: gedeputeerde staten van de provincie Zuid-Holland; d. Gemeentewet: de Gemeentewet, met inachtneming van artikel VIIIa Wet dualisering gemeentebestuur; e. ICT: informatie- en communicatietechnologie; f. personeel: het personeel dat op basis van een ambtelijke aanstelling dan wel een arbeidsovereenkomst naar burgerlijk recht werkzaam is bij ISHW; g. regeling: de gemeenschappelijke regeling ISHW; h. regioMT ISHW: regionaal managementteam ICT-samenwerking Hoeksche Waard, waarin de gemeentesecretarissen van de deelnemende gemeenten zitten; i. Wet: Wet gemeenschappelijke regelingen.
Hoofdstuk II Doelstelling, taken en bevoegdheden
De Dienst verzorgt voor de deelnemende gemeenten in brede zin de ondersteuning op het terrein van de ICT en creëert de voorwaarden voor een efficiënte bedrijfsvoering en een efficiënte en klantgerichte dienstverlening.
Artikel 4 Taken en bevoegdheden
De dienst voert op ICT-gebied de volgende basistaken uit voor de deelnemende gemeenten: a. systeem- en netwerkbeheer; b. beheer werkplekken; c. beheer mobiele telefoons; d. beheer overige apparatuur; e. servicedesk en storingsdienst; f. inkoop; g. projectleiding; h. gegevensbeheer; i. applicatiebeheer; j. informatiemanagement; k. technisch en functioneel beheer website; l. beleid en beheer GIS (Geografische Informatie Systemen) m. het ontwikkelen van beleid op ICT-gebied
De basistaken worden vastgelegd in een dienstverleningsovereenkomst en worden jaarlijks door het dagelijks bestuur in een bij de begroting behorend jaarwerkplan nader uitgewerkt en vastgesteld. In de dienstverleningsovereenkomst wordt voorts uitgewerkt hoe de relatie tussen het ISHW en haar klanten is (strategisch, tactisch en operationeel), welk niveau van de dienstverlening door het ISHW wordt geleverd en op welke manier het ISHW invulling geeft aan de uniforme (voor iedere klant geldende) toepassing van ICT.
Naast het uitvoeren van de basistaken kan de Dienst ook aanvullende dienstverlening voor één of meer van de deelnemende gemeenten verzorgen, zolang deze verband houden met het doel zoals geformuleerd in artikel 3 van deze regeling. Deze aanvullende dienstverlening wordt apart in rekening gebracht. Ook deze aanvullende dienstverlening wordt jaarlijks, voor zover voorzienbaar, door het dagelijks bestuur in een bij de begroting behorend jaarwerkplan vastgelegd. Tevens zal daarbij door het dagelijks bestuur het overeengekomen tarief voor de aanvullende dienstverlening worden vastgesteld. De Dienst sluit hiertoe een aparte dienstverleningsovereenkomst met de betreffende gemeente of gemeenten waarin tevens de gevolgen worden geregeld voor de beëindiging van de dienstverlening.
Naast de in het eerste, tweede en derde lid genoemde taakuitoefening voor de deelnemende gemeenten kan de Dienst basistaken of aanvullende dienstverlening verrichten voor andere organisaties die zijn ingesteld ter uitvoering van aan de deelnemende gemeenten opgedragen wettelijke taken. Deze dienstverlening wordt apart in rekening gebracht tegen een door het dagelijks bestuur vastgesteld tarief en deze wordt in het jaarwerkplan vastgelegd.
Artikel 5 Overdracht bevoegdheden
De colleges van burgemeester en wethouders van de deelnemende gemeenten dragen hun taken en bevoegdheden die bij of krachtens de Gemeentewet, waaronder artikel 160 lid 1 sub a aan hen zijn opgedragen, over aan de ISHW voor zover deze nodig zijn om het doel zoals genoemd in artikel 3 en de taken genoemd in artikel 4 te verwezenlijken.
Hoofdstuk III Het algemeen bestuur
Tot de taken en bevoegdheden van het algemeen bestuur behoren in ieder geval: a. Het aanwijzen en zo nodig ontslaan van de leden van het dagelijks bestuur; b. Het aanwijzen van de voorzitter; c. Het instellen van een commissie; d. Het geven van inlichtingen aan de raden van de deelnemende gemeenten; e. Het vaststellen van de begroting; f. Het vaststellen van de rekening; g. Het regelen van de toetreding van andere gemeenten h. Het regelen van de uittreding van gemeenten, en i. Het opstellen van een liquidatieplan bij opheffing.
Hoofdstuk IV Het dagelijks bestuur
Het dagelijks bestuur kan de uitoefening van een of meer van zijn bevoegdheden in mandaat opdragen aan een of meer leden van dat bestuur en aan de (roulerend) voorzitter van het regioMT ISHW zoals bedoeld in artikel 15. Deze voorzitter is op zijn beurt bevoegd om de gemandateerde bevoegdheden door te mandateren aan de manager van de dienst. De manager is vervolgens bevoegd om, na verkregen toestemming van de voorzitter van het regioMT ISHW, deze bevoegdheden door te mandateren aan een medewerker.
Het dagelijks bestuur is belast met de dagelijkse leiding van de Dienst, inclusief het nemen van rechtspositionele besluiten, behoudens de rechtspositionele besluiten die krachtens deze regeling bij het algemeen bestuur berusten. Tot de dagelijkse leiding van de dienst behoort in elk geval:
Het algemeen bestuur stelt op voorstel van het dagelijks bestuur, in ieder geval een adviescommissie, genaamd Gebruikerscommissie, in ten behoeve van het dagelijks bestuur, bestaande uit ambtelijke functionarissen die door de deelnemende gemeenten zijn aangewezen. Elke deelnemende gemeente vaardigt één functionaris af. Naast het geven van advies aan het dagelijks bestuur zal deze commissie ook advies geven aan de manager en fungeren als klankbord voor deze functionaris.
Hoofdstuk VIII Regionaal Managementteam ISHW
Artikel 15 Regionaal Managementteam ISHW
Het regioMT ISHW adviseert de voorzitter op basis van consensus ten aanzien van de bevoegdheden benoemd in het tweede lid. Indien niet tot een eensluidend advies kan worden gekomen en er dus geen consensus is, maakt de voorzitter geen gebruik van het mandaat en beslist de oorspronkelijke mandaatgever.
Hoofdstuk IX Inlichtingen en verantwoording
Een lid van het algemeen bestuur verschaft het college van burgemeester en wethouders dat hem heeft aangewezen alle inlichtingen die door het college, of een of meer leden daarvan, worden verlangd. Het verschaffen van die inlichtingen geschiedt volgens de door de betrokken deelnemende gemeente geregelde wijze.
Een lid van het algemeen bestuur is aan het college van burgemeester en wethouders dat hem heeft aangewezen, of een of meer leden daarvan, verantwoording schuldig voor het door hem in het bestuur gevoerde beleid. Het afleggen van verantwoording geschiedt volgens de door de betrokken deelnemende gemeente geregelde wijze.
Hoofdstuk XII Begroting en rekening
Met betrekking tot de organisatie van de financiële administratie, het kasbeheer en de controle zijn de artikelen 212 tot en met 215 van de Gemeentewet van overeenkomstige toepassing.
Het dagelijks bestuur stelt jaarlijks een ontwerpbegroting op voor het volgende kalenderjaar en zendt deze, voorzien van een toelichting, voor 15 april toe aan de raden van de deelnemende gemeenten. Tegelijkertijd zendt het dagelijks bestuur voor de looptijd van de begroting een meerjarenbeleidsvisietoe aan de raden van de deelnemende gemeenten. Deze visie beslaat een looptijd gelijk aan de looptijd van de meerjarenbegroting.
In de begroting wordt aangegeven de naar raming door elke deelnemende gemeente voor dat jaar, waarop de begroting betrekking heeft, verschuldigde bijdrage in de kosten voor de basistaken als bedoeld in artikel 4 lid 1, voortvloeiende uit de regeling. Deze bijdrage wordt voor alle deelnemende gemeenten bepaald naar het aantal inwoners.
Voor de berekening van de in het vorige lid bedoelde bijdrage naar inwonersaantal wordt uitgegaan van het inwonersaantal op 1 januari van het jaar voorafgaande aan dat, waarvoor de bijdrage verschuldigd is. Voor de vaststelling van het inwonersaantal wordt aangehouden de door het Centraal Bureau voor de Statistiek per 1 januari van het lopende jaar openbaar gemaakte cijfers.
Het dagelijks bestuur biedt de rekening, na toevoeging van een verslag van het onderzoek naar de deugdelijkheid van de rekening, ingesteld door de overeenkomstig artikel 213 van de Gemeentewet aangewezen deskundige en van hetgeen het dagelijks bestuur te zijner verantwoording dienstig acht, met alle bijbehorende bescheiden ter vaststelling aan het algemeen bestuur aan en zendt deze vóór 15 april ter kennisname aan de raden van de deelnemende gemeenten.
Hoofdstuk XIII Toetreding, uittreding, wijziging en opheffing
Aan een besluit bedoeld in lid 1, eerste zin, van dit artikel gaat de volgende procedure vooraf: a. het verzoek tot toetreding wordt ingediend bij het algemeen bestuur, dat zo spoedig mogelijk dit verzoek behandelt in een vergadering; b. in deze vergadering stelt het algemeen bestuur een advies op, gericht aan de colleges van burgemeesters en wethouders en de raden der deelnemende gemeenten, betreffende de gevraagde toetreding; c. het verzoek om toetreding wordt, vergezeld van het onder b. bedoelde advies, doorgezonden aan de colleges van burgemeesters en wethouders en de raden der deelnemende gemeenten, die beslissen respectievelijk verzocht worden te beslissen over de in het eerste lid bedoelde toestemming; d. het dagelijks bestuur stelt de verzoekende gemeente in kennis van de genomen besluiten, als bedoeld onder c.
De toetreding treedt in werking met ingang van de eerste dag van de maand, volgende op die, waarin het gemeentebestuur dat daartoe bij deze regeling is aangewezen de wijziging van de regeling aan gedeputeerde staten heeft toegezonden, tenzij het besluit een latere datum van ingang heeft en overigens de toetreding op de gebruikelijke wijze is bekend gemaakt.
De uittredende gemeente dient een door het algemeen bestuur vast te stellen uittredingssom te betalen. Over de hoogte van deze uittredingssom wordt geadviseerd door een in overleg met de uittredende deelnemer aan te wijzen onafhankelijke registeraccountant die een plan opstelt dat ten minste inzicht geeft in alle kosten, die direct en indirect samenhangen met de uittreding. De kosten van het plan komen voor rekening van de uittredende deelnemer. Het algemeen bestuur betrekt dit plan, dat dus ook een advies bevat over de hoogte van de uittredingssom, bij het vaststellen van de uittredingssom.
De wijziging gaat in op de eerste dag van de maand, volgend op die waarin de wijziging openbaar is bekendgemaakt op de wijze zoals bedoeld in artikel 26 van de wet, tenzij het besluit tot wijziging een latere datum van ingang heeft. Het gemeentebestuur dat daartoe bij deze regeling is aangewezen zend de wijziging van de regeling aan gedeputeerde staten toe.
Hoofdstuk XV Extern klachtrecht
De externe beoordeling van verzoekschriften als bedoeld in titel 9:2 van de Algemene wet bestuursrecht is opgedragen aan de Ombudscommissie Hoeksche Waard. De werkwijze zoals vastgelegd in de gemeenschappelijke regeling Ombudscommissie Hoeksche Waard is op de behandeling van deze verzoekschriften van toepassing.