Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Utrecht (Utr)

Beleidsregel stimuleringssubsidie kinderopvang

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieUtrecht (Utr)
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingBeleidsregel stimuleringssubsidie kinderopvang
CiteertitelBeleidsregel stimuleringssubsidie kinderopvang
Vastgesteld doorcollege van burgemeester en wethouders
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpsubsidie

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Geen.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

-

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

1.Algemene Subsidieverordening 2008 (ASV 2008).

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

02-04-200917-03-200921-07-2016nieuwe regeling

17-03-2009

Gemeenteblad van Utrecht 2009, nr. 18

Besluit college van B&W van 17 maart 2009

Tekst van de regeling

Intitulé

Beleidsregel stimuleringssubsidie kinderopvang

Beleidsregel stimuleringssubsidie kinderopvang(b. en w.-besluit van 17 maart 2009)

Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht;

gelet op de bevoegdheid in artikel 3 van de Algemene Subsidieverordening 2008 (ASV 2008) om

het subsidiebeleid uit te voeren binnen de beleidskaders, die de gemeenteraad vaststelt;

BESLUIT:

vast te stellen de volgende

BELEIDSREGEL stimuleringssubsidie kinderopvang

HOOFDSTUK 1 ALGEMEEN

Artikel 1 Doel van de subsidie

Het doel van subsidieverlening is om op basis van deze beleidsregel initiatieven te stimuleren die

bijdragen aan de uitbreiding van de kinderopvangcapaciteit in de gemeente Utrecht. Uitgangspunt bij subsidiëring is het wegnemen van onoverkomelijke financiële knelpunten die realisatie in de weg staan.

Artikel 2 Doelgroep

Op de subsidie voor stimulering van kinderopvang in de gemeente Utrecht kan uitsluitend een beroep gedaan worden door rechtspersonen die een initiatief willen ontplooien dat voldoet aan de wet kinderopvang en dat bijdraagt aan de uitbreiding van geregistreerde kinderopvang in de gemeente Utrecht

Artikel 3 Subsidietermijn en -grondslag

  • 1.

    De subsidie wordt éénmalig verleend.

  • 2.

    De subsidie wordt verleend voor een project of projectonderdeel.

  • 3.

    De subsidie wordt verleend voor een bijdrage in de investeringskosten voor het realiseren van kinderopvang, niet voor een bijdrage in de exploitatiekosten.

Artikel 4 Vaststelling en reservering van het budget

Onverminderd het bepaalde in artikel 5 van de Algemene subsidieverordening 2008 (ASV 2008) wordt op grond van artikel 4 van de ASV 2008 jaarlijks het subsidieplafond vastgesteld voor de stimuleringssubsidie kinderopvang.

HOOFDSTUK 2 REGELINGEN

Artikel 5 Hoogte van de subsidie

  • 1.

    De stimuleringssubsidie bedraagt maximaal EUR 15.000,00 per gerealiseerde groep kinderdagverblijf (12 kindplaatsen) of buitenschoolse opvang (twintig kindplaatsen).

  • 2.

    Bij toewijzing van subsidies zal de beoordeling van de aanvragen aan de hand van de verplichtingen en de toetsingscriteria als uitgangspunt dienen.

  • 3.

    Voor het bepalen van de hoogte van een subsidie wordt de aanvraag getoetst op volledigheid (verplichtingen aanvraag en aanvrager, conform artikelen 1, 7 en 8 van deze beleidsregel) en doelmatigheid (de mate waarin uitvoering wordt gegeven aan het gemeentelijk beleid en de beleidsprioriteiten zoals aangegeven in de artikelen 2, 3 en 10 van deze beleidsregel). Hierbij dient rekening te worden gehouden met het feit dat de beleidsregel een uitwerking vormt van de ASV 2008. Bepalingen in deze ASV 2008 zijn dus eveneens van kracht.

  • 4.

    Hierbij behouden burgemeester en wethouders zich het recht voor om op basis van de beoordeling van de aanvraag slechts een deel van het gevraagde subsidiebedrag toe te kennen.

HOOFDSTUK 3 PROCEDURES

Artikel 6 Indienen van aanvragen

  • 1.

    De subsidieaanvraag dient schriftelijk te worden ingediend bij burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht, p/a Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling, afdeling Welzijnszaken, t.a.v. beleidsadviseur kinderopvang, Postbus 2158, 3500 GD Utrecht.

  • 2.

    Projecten in het kader van kinderopvang worden aangemerkt als bijzondere gevallen, zoals bedoeld is in artikel 7, achtste lid van de ASV 2008. Subsidieaanvragen dienen minimaal dertien weken voor aanvang van een project te worden ingediend.

  • 3.

    De subsidieaanvraag zal worden getoetst op ontvankelijkheid (voldoet de aanvraag aan de gestelde verplichtingen.

  • 4.

    De ontvangst van de subsidieaanvraag wordt per brief bevestigd.

Artikel 7 Verplichtingen ten aanzien van de aanvraag en de aanvrager

Om voor subsidie in aanmerking te komen dienen:

  • a.

    het kinderdagverblijf en/of buitenschoolse op het moment van exploitatie te zijn geregistreerd;

  • b.

    de kosten in eerste instantie met eigen en/of gefinancierde middelen gedekt te worden. Dit moet in de begroting duidelijk worden gemaakt;

  • c.

    De subsidie geheel of gedeeltelijk te worden terugbetaald, als er zonder deze subsidie geen verlies wordt geleden op dit betreffende onderdeel;

  • d.

    de uitbreiding van de capaciteit minimaal drie jaar te bestaan, ingaande beschikkingsdatum;

  • e.

    de vastgestelde of verleende subsidie te worden terugbetaald bij liquidatie van de kinderopvang binnen drie jaar en

  • f.

    bij de aanvraag en de verantwoording een begroting te worden ingediend waaruit het tekort blijkt.

Artikel 8 Verlenen van subsidies

  • 1.

    Burgemeester en wethouders kunnen, indien zij dit nodig achten voor de beoordeling van een subsidieaanvraag, de subsidieaanvrager verplichten tot het verstrekken van nadere informatie.

  • 2.

    Op basis van de beoordeling van de aanvraag bepalen burgemeester en wethouders of en in welke mate een subsidieaanvraag gehonoreerd wordt.

  • 3.

    Burgemeester en wethouders kunnen in de beschikking tot subsidieverlening aanvullende verplichtingen stellen waaraan voldaan moet worden voor vaststelling van de subsidie.

Artikel 9 Toetsingsgronden

In de besluitvorming over de subsidievaststelling wordt beoordeeld:

  • a.

    in hoeverre het project bijdraagt aan het subsidiedoel en

  • b.

    of er op het moment van aanvraag daadwerkelijk een financieel knelpunt is met betrekking tot de investeringskosten.

Artikel 10 Vaststelling en intrekking van subsidie

  • 1.

    Een schriftelijk verzoek tot vaststelling van de subsidie dient vóór 1 juni volgend op het kalenderjaar van investering ingediend te worden bij burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht.

  • 2.

    Voor de inhoud van de verantwoording en het geldende accountantsprotocol wordt verwezen naar artikel 25 van de ASV 2008.

HOOFDSTUK 4 SLOTBEPALINGEN

Artikel 11 Inwerkingtreding en overgangsbepaling

  • 1.

    De beleidsregel treedt in werking met ingang van 17 maart 2009. Subsidieaanvragen worden vanaf deze datum beoordeeld beschikt op basis deze beleidsregel.

  • 2.

    Met ingang van het in artikel 11, eerste lid genoemd tijdstip wordt de beleidsregel Stimuleringssubsidie kinderopvang Leidsche Rijn ingetrokken.

Artikel 12 Looptijd

Deze regeling is van kracht t/m 31 december 2015 of zoveel eerder als het betreffende budget is uitgeput of indien de beleidsregel door het college wordt ingetrokken.

Artikel 13 Citeertitel

Deze beleidsregel wordt aangehaald als: Beleidsregel stimuleringssubsidie kinderopvang.

Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders van de gemeente Utrecht op 17 maart 2009.

De secretaris, De burgemeester,

Drs. J. Schuilenburg Mr. A. Wolfsen

Bekendmaking is geschied op 1 april 2009.

Deze beleidsregel is in werking getreden op 2 april 2009, en werkt terug tot 17 maart 2009.