Organisatie | Utrecht (Utr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels persoonlijk inburgeringsbudget |
Citeertitel | Beleidsregels persoonlijk inburgeringsbudget |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | welzijn |
Geen.
Onbekend
Verordening Wet inburgering gemeente Utrecht 2009 (Gemeenteblad van Utrecht 2009, nr. 51)
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
06-05-2010 | nieuwe regeling | 13-04-2010 Gemeenteblad van Utrecht 2010, nr. 36 | Besluit college van B&W van 13 april 2010 |
Artikel 0 Dit artikel moet nog worden gesplitst
Beleidsregels persoonlijk inburgeringsbudget
(b. en w.-besluit van 13 april 2010)
Het college van burgemeester en wethouders van Utrecht;
BELEIDSREGELS persoonlijk inburgeringsbudget, bijlage bij de Verordening Wet inburgering gemeente Utrecht 2009 (Gemeenteblad van Utrecht 2009, nr. 51)
Het inzetten van een persoonlijk inburgeringsbudget (PIB) geeft klanten de mogelijkheid eigen verantwoordelijkheid te nemen voor hun inburgering. Dit sluit aan bij zowel de gedachte achter de Wet Inburgering als bij het doel van de gemeente Utrecht om klantgericht en vraaggestuurd te werken.
De PIB klant is regisseur van de eigen inburgering en de trajectbegeleider van Bureau Inburgering coacht. Inburgering wordt door de klant primair ervaren als beloning voor de eigen inspanning en minder als noodzakelijk kwaad.
Gemeenten zijn vrij in hun keuze van de doelgroepen die in aanmerking komen voor een persoonlijk
inburgeringsbudget (PIB). Het is de bedoeling dat de inburgeraar met een PIB zelf op zoek gaat naar een inburgeringsbedrijf dat een programma kan bieden dat past bij zijn voorkeur en ambities. De gemeente beoordeelt het uiteindelijke plan omdat dit geschikt moet zijn om voor te bereiden op en toe te leiden naar het inburgeringsexamen of het staatsexamen I/II c.q. geschikt moet zijn als een taalkennisvoorziening ondersteunend aan een mbo-opleiding 1 of 2. Het voorstel van de inburgeraar moet dus goedgekeurd worden door de gemeente.
Voordat er een PIB-plan geschreven kan worden beoordeelt de gemeente of de cliënt in aanmerking komt voor een PIB. Dit is het geval als:
De gemeente kan de inburgeraar behulpzaam zijn bij het opstellen van een plan. Ook de in te schakelen taalaanbieder kan hierbij behulpzaam zijn. Van belang is echter dat het het eigen plan van de cliënt is.
Voorwaarden waar het plan aan moet voldoen
Het PIB-plan moet aan de volgende eisen voldoen:
het plan leidt in redelijkheid tot het inburgeringsexamen of het staatsexamen I/II c.q. is geschikt als een taalkennisvoorziening ondersteunend aan een mbo-opleiding 1 of 2;
het plan valt binnen beschikbare budget;
het plan dient reëel en concreet te zijn;
het plan bevat afspraken over rapportage door de taalaanbieder aan de gemeente;
de beoogde einddatum van het traject mag niet buiten de wettelijke termijn vallen waarbinnen de inburgeringsplichtige aan zijn verplichtingen in het kader van de Wet Inburgering moet voldoen;
aan het einde van de cursus dient een taaltoets te worden afgenomen die op de vier deelvaardigheden lezen, schrijven, spreken en luisteren het taalniveau meet. Indien de taalaanbieder zelf een dergelijke toets niet kan afnemen kan gebruik gemaakt worden van de door Bureau Inburgering gecontracteerde partij voor taaltoetsen.
Omdat in de aanbesteding van inburgeringstrajecten al flexibiliteit en maatwerk gevraagd wordt van de gecontracteerde taalaanbieders, zijn deze taalaanbieders in principe uitgesloten van deelname in een PIB. Dit geldt alleen voor PIB's ten behoeve van de doelgroepen waarvoor zij een contract met de gemeente Utrecht hebben. Zo zou bijvoorbeeld een taalaanbieder die contractpartij is voor inburgeringstrajecten voor hoogopgeleiden in principe wel de uitvoerende partij in een PIB voor een laagopgeleide of een analfabeet kunnen zijn.
Als de inburgeraar in aanmerking komt voor PIB en het plan wordt goedgekeurd, dan wordt het PIB toegekend via een beschikking (voor inburgeringsplichtigen) of een overeenkomst (voor inburgeringsbehoeftigen).
Ook tekent de gemeente een overeenkomst met de taalaanbieder ter uitvoering van het PIB-plan.
Er wordt geen geld aan de inburgeraar zelf ter beschikking gesteld. De gemeente betaalt op basis van facturen aan de organisatie die de inburgeraar inschakelt voor zijn traject, al dan niet afhankelijk van rapportages en/of afrekenmomenten zoals vastgelegd in het PIB-plan tussen gemeente en taalaanbieder.
De klant mag alleen starten met het traject na beoordeling en goedkeuring van het PIB-plan.
Het idee van het persoonlijk inburgeringsbudget is dat de regie bij de klant ligt. In dit verband is trajectbegeleiding door de gemeente niet vanzelfsprekend. Dit wordt dan ook minimaal ingevuld en beperkt zich in principe tot:
Indien intensievere trajectbegeleiding door de gemeente gewenst wordt, dient dit ook uit het PIB te worden gefinancierd en dus in het plan te worden opgenomen.
6. Afronding van het traject en afrekening
Als het traject is afgerond (met het afleggen van het inburgeringsexamen) wordt het traject administratief verwerkt door Bureau Inburgering, d.w.z. dat de resultaten van de eindtoets, de beëindiging van het scholingstraject en de examenuitslag verwerkt worden in het cliëntvolgsysteem. Ook wordt er door Bureau Inburgering een certificaat aangemaakt.
De registratie van de examenuitslag in het informatiesysteem ISI wordt door DUO (voormalig: InformatieBeheergroep) uitgevoerd.
De betaling van het in het PIB-plan vermelde cursusbedrag vindt plaats op basis van facturen volgens de afrekensystematiek die Bureau Inburgering ook hanteert voor de via aanbesteding voor educatieve trajecten inburgering gecontracteerde taalaanbieders. Deze systematiek werkt als volgt:
Voor de factuur gelden de volgende bewijsstukken. De met een * gemarkeerde bewijsstukken dienen bij de factuur te worden geleverd:
Alle onderdelen van het examen staan in ISI geregistreerd als geslaagd. Opdrachtgever controleert bij factuur |
Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders op 13 april 2010.
De secretaris, De burgemeester,