Organisatie | Giessenlanden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Lokale arbeidsvoorwaardenregeling GLZ |
Citeertitel | Lokale arbeidsvoorwaardenregeling GLZ |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-06-2013 | 01-08-2012 | Onbekend | 27-11-2012 Het Kontakt, 20 juni 2013 | Onbekend |
HOOFDSTUK 3 SALARIS EN VERGOEDINGSREGELINGEN
Artikel 3:1:1:1 Nadere regeling bezoldiging
Voor de toepassing van deze regeling wordt verstaan onder:
Artikel 3.1.1.3 Berekening gebroken tijdvakken
Wanneer het salaris, een emolument of een toelage moet worden berekend over een gedeelte van een maand, wordt het bedrag per dag vastgesteld door het maandbedrag te delen door het aantal kalenderdagen van die maand.
Artikel 3.1.1.4 Vaststelling salaris
De salarissen van de ambtenaren, wier salaris niet bij of krachtens de wet is geregeld, wordt vastgesteld op de bedragen volgens de salarisschalen of, indien voor zijn betrekking een vast bedrag geldt, dit bedrag, opgenomen in de bij de collectieve arbeidsvoorwaardenregeling behorende bijlagen.
Artikel 3.1.1.8 Extra salarisverhoging
Artikel 3.1.1.10 Salaris bij overgang naarhogereschaal
Wanneer voor de ambtenaar een hogere salarisschaal gaat gelden, wordt het salaris in de nieuwe salarisschaal vastgesteld op de periodiek die volgt na het naasthogere bedrag in de nieuwe salarisschaal ten opzichte van het salaris dat geldt voorafgaand aan de bevordering.
Artikel 3.1.1.11 Salaris naar rato
Het salaris van de ambtenaar met een onvolledige betrekking wordt vastgesteld op een evenredig deel van het salaris dat voor hem zou gelden bij een volledige betrekking.
Artikel 3.1.1.12 Toekenning gratificatie op basis van jaarlijkse beoordeling
De medewerker aan wie een uitlooprang of een persoonlijke toelage is toegekend, komen niet in aanmerking voor de eenmalige gratificatie. Een uitzondering geldt indien die uitlooprang of persoonlijke toelage een lagere waarde heeft dan bruto € 1200,= op fulltimebasis. In dat geval leidt een beoordeling die recht geeft en op een gratificatie tot een eenmalige aanvulling van de uitlooprang of persoonlijke toelage tot de hoogte van de gratificatie.
Artikel 3.1.1.15 Vergoeding Bedrijfshulpverieners
Bij het niet of niet-succesvol doorlopen van de verplichte herhalingsexamens Bedrijfshulpverlening vervalt het officiële diploma en vervalt de aanwijzing als BHV-er met ingang van de 1e van dedaaropvolgende maand. Per dezelfde datum wordt de SHV-vergoeding beëindigd. Hierop is geen afbouwregeling van toepassing.
Artikel 3.3.1.1 Toelage onregelmatige dienst
Artikel 3.3.1.5 Regeling piketdienst crisisbeheersing
In een andere regeling wordt de piketdienst crisisbeheersing vastgesteld. Zie nadere regeling.
Artikel 3.5.1.1 Ambtsjubileumgratificatie
Aan de ambtenaar die gedurende 12,5 jaar een betrekking bij de overheid heeft vervuld, wordt een bruto gratificatie toegekend overeenkomende met een kwart van de bezoldiging en van de vakantietoelage waarop de ambtenaar in de maand van zijn jubileum aanspraak heeft.
HOOFDSTUK 4 ARBEIDSDUUR EN WERKTIJDEN
Als de temperaturen in de zomer daar aanleiding toe geven kunnen de werktijden voor de gehele organisatie vervroegd warden, met inachtneming van de openingstijden van het gemeentehuis. Beslissingen worden door de gemeentesecretaris genomen.
Artikel 4.2.1.3 Variabele werktijden
Ambtenaren van de buitendienst hebben min of meer vastgestelde werktijden. Voor alle ambtenaren van de binnendienst gelden variabele werktijden. In principe geldt dit ook voor de bodes, receptionisten en baliemedewerkers, echter wel rekening houdende met de openingstijden.
Artikel 4.2.1.7 Privé zaken buiten werktijd
Indien gewerkt wordt met variabele werktijden moeten privé zaken, behalve medische waarvoor dat niet mogelijk is, buiten de gekozen werktijden worden verricht.
Artikel 4.2.L8 Aanpassen variabele werktijden
Indien wordt gewerkt met variabele werktijden moet de ambtenaar zijn werktijden zo regelen dat de dienstverlening op een goede manier kan worden gewaarborgd. Wanneer nodig dient de ambtenaar in voorkomende gevallen beschikbaar te zijn voor vergadering e.d.. Dat geldt voor zowel fulltimers en parttimers.
HOOFDSTUK 4a UITWISSELEN ARBEIDSVOORWAARDEN
Artikel 4a.1.1.1 Vakantie uren uitwisselen tegen geld
De ambtenaar pleegt overleg met zijn leidinggevende over het uitwisselen van vakantie uren tegen geld.
Artikel 4a.2.1.1 Geld uitwisselen tegen vakantie uren
De ambtenaar pleegt overleg met zijn leidinggevende over het uitwisselen van geld tegen vakantie uren.
Artikel 4a.3.1.1 Inhouding op bezoldiging, eindejaarsuitkering, vakantietoelage of urenvergoeding
De door het college vastgestelde bestedingsdoelen in het cafetariamodel zijn:
n.b. de komende weken gaan wij bij de belastingdienst na of de aanschaf van een fiets wordt toegestaan in combinatie met de nieuwe reiskostenregeling voor woon-werk-verkeer. Als dat mag dan voegen we deze optie voor de ondertekening van de regeling nog toe.
HOOFDSTUK 6 VAKANTIE, VAKANTIETOELAGE EN (ZWANGERSCHAPS- EN BEVALLINGSVERLOF
Artikel 6.4.1.1. Buitengewoon verlof
In de onderstaande situaties wordt aan de ambtenaar op basis van artikel 6.4 lid 2 car-uwo verlof met doorbetaling van zijn bezoldiging toegekend:
(*) Meer of minder uren verlof is afhankelijk van de bijzondere omstandigheden.
De werkgeversdelegatie in het BGO, vertegenwoordigd door de heer Molkenboer, voorzitter, en
De vakorganisaties AbvaKabo FNV en CNV Publieke Zaak, vertegenwoordigd door respectievelijk en de heer I.A. de Vlieger en de heer A. A. van Voorden,
verklaren de voorgaande tekst "Lokale arbeidsvoorwaardenregeling GLZ 2011" te zijn overeengekomen op 17 maart 2011.
Voor de overige veranderingen geldt het reguliere overgangsrecht: ingeval de ambtenaar in de maand voorafgaande aan de datum waarop de geharmoniseerde arbeidsvoorwaarden GLZ van toepassing worden structureel een hogere vergoeding/toelage ontvangt op basis van de lokale arbeidsvoorwaardenregeling of afspraken wordt deze vanaf 1-1-2011 in 4 jaar als volgt verlaagd naar 0%: het eerste jaar 100%; het tweede jaar 75%, het derde jaar 50% en het vierde jaar 25%. Na vier jaar is de vergoeding/toelage volledig afgebouwd.
Het vakantieverlof bedraagt voor ambtenaren met een volledige betrekking 196 uren. Het vakantieverlof bestaat uit 158,4 uur aan basisverlof op basis van artikel 6.2.1 van de CAR/UWO vermeerderd met 37,6 uur in verband met het vervallen van: (extra) leeftijdsverlof, extra verlof, schaalverlof, oudejaarsverlof en verjaardagsverlof,
De medewerker die in 2010 meer aanspraken op vakantieverlof heeft dan 196 uur per jaar op fulltime basis behoudt deze hogere aanspraak tot een maximum van 203,2 uur per jaar tot einde dienstverband. Voor de optelsom moet dan rekening gehouden worden met de hierboven genoemde verlofvormen. De opbouw van ADV die in Giessenlanden als mogelijkheid bestaat, valt hier buiten.
Goede Vrijdag en Bevrijdingsdag (als die op een werkdag vallen) zijn verplichte vrije dagen die van het basisverlof afgaan.
Aanspraken die boven de 203,2 uur uitkomen, komen per ingangsdatum van de geharmoniseerde arbeidsvoorwaarden GLZ te vervallen.
Vergoeding bedrijfshulpverleners
Binnen de GLZ-gemeenten ontvangen de aangewezen BHV-ers een vaste vergoeding. Deze vergoeding ligt bij de 3 gemeenten verschillend. In Giessenlanden wordt een netto-vergoeding toegekend van C 8,00 per maand; in Leerdam wordt een bruto-vergoeding toegekend van € 17,75 per maand en in Zederik een jaarlijkse vergoeding van € 100,00.
Voorgesteld wordt om voor de GLZ-gemeenten de BHV-vergoeding vast te stellen op € 17,75 bruto per maand conform de regeling van de gemeente Leerdam. Deze vergoeding stijgt mee met de algemene salarisverhogingen op grond van de CAO Gemeenten (per 1 januari 2011 wordt deze vergoeding met 0,5% verhoogd).
Het overgangsrecht is hier niet aan de orde gezien het feit dat de BHV-ers er in Giessenlanden en Zederik op vooruitgaan.
Een medewerker heeft recht op een overwerkvergoeding. Binnen de gemeente Giessenlanden heeft iedere medewerker recht op een overwerkvergoeding; in Leerdam wordt tijd voor tijd toegekend en hebben medewerkers recht op een overwerktoeslag tot en met salarisschaal 8 en in Zederik ontvangen de medewerkers een overwerkvergoeding tot en met salarisschaal 10.
In het kader van de harmonisatie is er voor gekozen om een compensatie voor overwerk toe te kennen in uren voor alle medewerkers binnen de GLZ-gemeenten, maar de overwerktoeslag wordt uitbetaald alleen voor alle medewerkers tot en met salarisschaal 10. De leidinggevende dient toestemming te verlenen voor het verrichten van overwerk. Extra reistijd wordt niet vergoed en een lunch of diner wordt vergoed conform de Reisregeling Binnenland (rijksregeling).
Vergoeding ambtenaar rampenbestrijding
Op termijn zal er voor de betreffende medewerkers binnen de GLZ-gemeenten een piketregeling wordenvoorbereid. Tot die tijd behouden deze medewerkers hun huidige piketvergoeding.
Medewerkers die nog geen vergoeding voor reiskosten woon-werk ontvangen kunnen nog eenmaal een fiets volgens de regeling in Giessenlanden ontvangen, zolang de fiscus deze regeling op deze wijze toestaat. Indien men hiervan gebruik maakt, vervalt het recht op een vergoeding voor woon-werkverkeer voor drie jaar (fiscale regel).
Ambtsjubileumgratificatie: In de gemeente Zederik ontvangen de medewerkers bij een 25-jarig ambtsjubileum (in overheidsdienst) een gratificatie van 70% van het bruto maandsalaris verhoogd met 8% vakantietoelage. In de gemeenten Giessenlanden en Leerdam bedraagt het percentage 50%. Het wordt nu voor de GLZ-gemeenten conform de CAR/UWO. Voor de gemeente Zederik zal een overgangsrecht gelden tot 1 januari 2015. Voor de medewerkers die voor 2015 in aanmerking komen voor een 25-jarig ambtsjubileumgratificatie blijft het percentage van 70% gehandhaafd.
Periodieke salarisverhoging: Voor de GLZ-gemeenten gaat gelden dat een periodieke salarisverhoging (wanneer een medewerker nog niet op het maximum-salaris zit in zijn geldende salarisschaal) plaatsvindt op 1 januari van het eerstvolgende jaar na aanstelling en nadien telkens na één jaar. Alleen voor de medewerkers binnen de gemeente Zederik heeft dit gevolgen omdat hier de regel wordt gehanteerd dat de eerstvolgende jaarlijkse periodieke verhoging plaatsvindt met ingang van de datum van indiensttreding. Bijvoorbeeld een medewerker komt in dienst per 1 november 2010 en komt met ingang van 1 november 2011 in aanmerking -bij goed functioneren- in aanmerking voor een periodieke verhoging. In dit voorbeeld wordt in het vervolg op 1 januari 2011 de periodieke verhoging toegekend. Bij de vaststelling van de harmonisatie arbeidsvoorwaarden zal de ingangsdatum bekend worden gemaakt. Voor Zederik geldt hier geen overgangsrecht.
De uitloopschaal komt voor hen die deze nog niet bezitten, te vervallen. Alleen medewerkers die in 2011 voldoen aan de criteria zoals die daarvoor thans in Leerdam gelden, komen alsnog in aanmerking voor bevordering naar de uitloopschaal. Aan hen kan de uitloopschaal structureel worden toegekend, vindt bevordering naar de uitloopschaal plaats in twee stappen.
Toelage speciale functie-eisen wordt via een uitsterfconstructie afgebouwd. Dit betekent dat andere medewerkers dan degenen die deze toelage thans ontvangen hiervoor niet meer in aanmerking komen. Medewerker die de toelage nu hebben behouden die. Bij de invoering van het nieuwe functiewaarderingssysteem (mogelijk van de VNG, wordt nog besproken in BOR/BGO) wordt nagegaan of deze speciale eisen normaal opgenomen kunnen worden in de beloning.
De pensioengratificatie, waarbij de ambtenaar de dienst met pensioen verlaat een gratificatie gelijk aan de bruto bezoldiging over anderhalve maand ontvangt, komt te vervallen. In plaats van deze Leerdamse regeling wordt een pensioengratificatie toegekend aan die medewerker van Gieessenlanden, Leerdam en Zederik die tot zijn 65e jaar of langer doorwerkt. De gratificatie is gelijk aan de bruto bezoldiging van één maand. Voor Leerdam geldt voor die medewerkers die op 1-1-2011 60 jaar of ouder zijn een overgangsregeling. Voor de medewerkers die op 1 januari 2011 jonger zijn dan 60 jaar geldt geen overgangsrecht.
Samenwerkende gemeenten Giessenlanden, Leerdam en Zederik
De colleges van Giessenlanden, Leerdam en Zederik;
gelet op de bepalingen in hoofdstuk 18 (artikel 18:1:8) van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst;
REGELING REISKOSTENVERGOEDING GEMEENTEN Giessenlanden, Leerdam en Zederik
Deze regeling is van toepassing op medewerkers in dienst van de gemeenten Giessenlanden, Leerdam en Zederik met een aanstelling vallende onder de bepalingen van de Collectieve Arbeidsvoorwaardenregeling en Uitwerkingsovereenkomst GLZ.
Medewerkers die de afstand woon-werkverkeer afleggen met openbaar vervoer, kunnen indien de werkelijke kosten hoger zijn dan de vergoeding die zij op basis van lid 2 van dit artikel ontvangen- tegen inlevering van de vervoersbewijzen (o.a. een maandkaart, uitgaande van een 5-daagse werkweek) in aanmerking komen voor vergoeding van de volledige kosten voor openbaar vervoer 2e klasse. Bij de berekening ervan wordt uitgegaan van de meest efficiënte (kortste of snelste) route. Vergoeding van deze kosten is onbelast.
De "Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer gemeente Zederik", zoals vastgesteld op 7 oktober 2008 wordt, tegelijkertijd met de inwerkingtreding van de ''Regeling reiskosten woon-werkverkeer. voor de GLZ-gemeenten", ingetrokken.
De "Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer gemeente Giessenlanden", zoals vastgesteld op 10 juni 2008 wordt, tegelijkertijd met de inwerkingtreding van de "Regeling reiskosten woon-werkverkeer voor de GLZ-gemeenten", ingetrokken.
De "Regeling vergoeding reiskosten woon-werkverkeer gemeente Leerdam", zoals vastgesteld op 20 mei 2008 wordt, tegelijkertijd met de inwerkingtreding van de "Regeling reiskosten woon-werkverkeer voor de GLZ-gemeenten", ingetrokken.
Voor de meeste medewerkers geldt dat zij hun werkzaamheden uitoefenen op een vaste locatie. Bij die medewerkers die in het kader van hun functie volgens een vast rooster op meerdere locaties werkzaam zijn dan de locatie van de gemeente waarin zijn dienst zijn, worden de reiskosten woon-werk per locatie berekend.
Voor de berekening van de reisroute wordt uitgegaan van de kortste route. Aanpassingen van het rooster, wijziging in het woonadres en wijziging in de locatie waar men geregeld werkt, dienen bijtijds te worden doorgegeven en leiden tot aanpassing van de reiskostenvergoeding woon-werk.
Het onbelast vergoeden van reiskosten woon-werk vindt plaats op basis van de richtlijnen van de Belastingdienst. De fiscus gaat uit van 214 werkdagen per jaar. De maximale maandelijkse reisvergoeding bedraagt per 1-4-2011: 214 x 50 km x 0,19 :12 = € 169,42 bij een rooster van 5 dagen per week.
Het vergoeden van verblijfskosten en dienstreizen vindt plaats op basis van de vergoedingsnomen van het Rijk. Wijzigingen daarin worden automatisch gevolgd en staan vermeld op het reisdeclaratieformulier. Als geen bewijsstukken van gemaakte verblijfskosten, van reizen gemaakt met het openbaar vervoer of van parkeerkosten kunnen worden overlegd, worden die kosten niet vergoed. Parkeerkosten gemaakt in de gemeenten Giessenlanden, Leerdam en Zederik worden niet vergoed, omdat er voldoende vrije/niet betaalde parkeerplaatsen voorhanden zijn. Parkeerkosten gemaakt tijdens dienstreizen buiten de GLZ gemeenten komen voor vergoeding in aanmerking, na overlegging van een betalingsbewijs of bonnetje.
In deze regeling wordt verstaan onder:
De ambtenaar die conform artikel 2 is aangewezen om deel te nemen aan deze piketdienst.
Het buiten de normale werktijden bereikbaar en beschikbaar zijn voor werkzaamheden in het kader van de crisisbeheersing, zowel op lokaal, interlokaal, regionaal als interregionaal niveau overeenkomstig het Rampenplan van de gemeenten GLZ en de Gecodrdineerde Regionale Incidentenbestrijdingsprocedure (GRIP) Zuid-Holland Zuid. Binnen de piketdienst wordt onderscheid gemaakt tussen 3 verschillende diensten, te weten:
Een aaneengesloten periode van 7 dagen waarin de functionaris buiten de normale werktijd verplicht is bereikbaar en beschikbaar te zijn binnen de daarvoor afgesproken termijnen om zijn werkzaamheden te verrichten. De piketdienstperiode loopt van maandag 09.00 uur tot de volgende maandag 09.00 uur.
Het rooster welke jaarlijks in onderling overleg wordt opgesteld door de piketfunctionarissen die deelnemen aan de piketdienst, welke loopt van januari tot januari.
Er worden 2 piketclusters onderscheiden:
Het te allen tijde bereikbaar zijn door middel van pageralarmering middels de GMC en het telefonisch bereikbaar zijn middels een mobiele telefoon met een responstijd van maximaal 10 minuten.