Overheidsorganisatie | Gemeente Zeewolde |
---|---|
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2014 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
De Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2013, vastgesteld bij raadsbesluit van 1 november 2013, wordt ingetrokken met ingang van 01-01-2014.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
Geen.
Datum inwerking- treding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerking- treding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-12-2013 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 31-10-2013 Zeewolde Actueel, 17-12-2013 | V113 |
De raad van de gemeente Zeewolde,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 24 september 2013;
gelet op artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer;
gehoord het Beraad d.d. 8 oktober 2013 ;
Besluit
vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing 2014.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder ‘gebruik maken’: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer
1. Onder de naam 'afvalstoffenheffing' wordt een directe belasting geheven als bedoeld in artikel 15.33 van de Wet Milieubeheer.
2. De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
1. De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
2. Voor de toepassing van het eerste lid wordt als gebruiker aangemerkt:
degene die naar de omstandigheden beoordeelt al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van het perceel;
ingeval een gedeelte van een perceel ten gebruike is afgestaan: degene die dat gedeelte ten gebruike heeft afgestaan.
Artikel 4. Maatstaf van heffing en belastingtarief
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen de bij deze verordening behorende tarieventabel.
Artikel 5. Belastingjaar
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
1. De belasting bedoeld in hoofdstuk 1, artikel 1, 2, 3 en 4 van de tarieventabel wordt geheven bij wege van aanslag.
2. De belasting bedoeld in hoofdstuk 1, artikel 5 van de tarieventabel wordt geheven door middel van een mondelinge dan wel een schriftelijke gedagtekende kennisgeving. Het gevorderde bedrag wordt mondeling, dan wel door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
1. De belasting is verschuldigd bij het begin van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht.
2. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar aanvangt, is de belasting verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
3. Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
4. Het tweede en derde lid zijn niet van toepassing indien de belastingplichtige binnen de gemeente verhuist en aldaar van een ander perceel gebruik maakt.
1. De aanslagen moeten worden betaald uiterlijk twee maanden na de dagtekening van het aanslagbiljet.
2. In afwijking van het eerste lid geldt, dat zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kunnen worden afgeschreven, het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of wanneer het aanslagbiljet slechts één aanslag bevat, moeten worden betaald in tien gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
3. De op grond van hoofdstuk 1, artikel 5 verschuldigde belasting moet worden betaald op het tijdstip van de uitreiking van de kennisgeving.
4. De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste, tweede en derde lid genoemde termijnen.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing.
Kwijtschelding, als bedoeld in artikel 26 van de Invorderingswet 1990, wordt uitsluitend verleend voor de rechten als bedoeld in hoofdstuk 1, lid 1, lid 2 en lid 3 van de bij deze verordening behorende tarieventabel.
1. De Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2013, vastgesteld bij raadsbesluit van 1 november 2013, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
2. Deze verordening treedt in werking met ingang van de achtste dag na die van de bekendmaking.
3. De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
4. Deze verordening wordt aangehaald als 'Verordening afvalstoffenheffing 2014.
Aldus besloten door de raad van de gemeente Zeewolde in zijn openbare vergadering van 31 oktober 2013
de griffier, de voorzitter,
B.J. Schouten G.J. Gorter
Algemeen;
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.
Hoofdstuk1.Maatstaven en jaarlijkse tarieven afvalstoffenheffing
De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar:
1. | Indien dat perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht aanvangt in de loop van het belastingjaar bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door één persoon | € | 191,00 | |
2. | Indien dat perceel op 1 januari van het belastingjaar, of indien de belastingplicht aanvangt in de loop van het belastingjaar bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door meer dan één persoon | € | 248,00 | |
3. | Het tarief van de belasting zoals genoemd in lid 1 of lid 2, wordt bij gebruik van één alternerend te ledigen restafvalcontainer van 240 liter verhoogd met | € | 47,00 | |
4. | Het tarief van de belasting, zoals genoemd in lid 1 of lid 2, wordt bij het gebruik van twee alternerend te ledigen restafvalcontainers van 240 liter, hetgeen uitsluitend mogelijk is buiten de bebouwde kom van de gemeente, verhoogd met | € | 347,00 | |
5. | Indien grove huishoudelijke afvalstoffen van gemeentewege wordt opgehaald, bedraagt de belasting per aanbieding van één kubieke meter; | € | 21,50 |
Behoort bij het raadsbesluit van 31 oktober 2013
de griffier,
B.J. Schouten