Organisatie | Reimerswaal |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening zoutwaterafvoerrecht 2014 |
Citeertitel | Verordening zoutwaterafvoerrecht 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | Verordening zoutwaterafvoerrecht 2014 |
Geen.
artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a van de Gemeentewet
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 26-11-2013 | 13.015221 |
De raad van de gemeente Reimerswaal;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 november 2013, nummer 13.015221; gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a van de Gemeentewet;
vast te stellen de Verordening op de heffing en de invordering van een recht voor de lozing van afvalwater op de afvoerleiding van het
zoutwaterdistributiesysteem zoals aanwezig op een deel van het bedrijventerrein “Olzendepolder” in Yerseke en zoals weergegeven
Artikel 1 Belastbaar feit en belastingplicht
Onder de naam "zoutwaterafvoerrecht" wordt geheven een recht van een eigenaar of erfpachter van grond op het bedrijventerrein Olzendepolder in Yerseke vanwaar direct of indirect afvalwater wordt geloosd op de afvoerleiding van het zoutwaterdistributiesysteem.
Artikel 2 Maatstaf van heffing
Het recht als bedoeld in artikel 1 wordt geheven naar het aantal vierkante meters in eigendom of erfpacht zijnde grond, voor zover gelegen binnen het gebied zoals weergegeven op de bij deze verordening behorende tekening.
De rechten als genoemd in artikel 1 worden geheven door middel van aanslag of andere gedagtekende schriftelijke kennisgevingen.
Artikel 6 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht met betrekking tot het eigendom of de erfpacht voor het recht als bedoeld in artikel 1, in de loop van het belastingjaar aanvangt, is het recht verschuldigd over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht als er in dat jaar na het tijdstip van de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht met betrekking tot het eigendom of de erfpacht voor het recht als bedoeld in artikel 1 in de loop van het belastingjaar eindigt, wordt ontheffing verleend over zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat jaar verschuldigde recht, als er
in dat jaar, na het tijdstip van de beëindiging van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Artikel 7 Termijnen van betaling
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald binnen drie maanden en wel in twee gelijke termijnen, waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand, volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
Met betrekking tot een ingevolge artikel 2, tweede lid, onderdeel c, van de Invorderingswet 1990, met een belastingaanslag gelijkstellende beschikking inzake een bestuurlijke boete is het eerste lid van overeenkomstige toepassing, voor zover deze
gelijktijdig wordt opgelegd met de vaststelling van de aanslag.
Artikel 8 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van het zoutwaterafvoerrecht.