Organisatie | Aalsmeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van Reclamebelasting 2014 |
Citeertitel | Verordening reclamebelasting 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlagen | Bijlage 1 Bijlage 2 |
Deze verordening vervangt de Verordening reclamebelasting 2013.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2015 | Artikel 2 | 23-01-2014 Gemeenteblad, 23-01-2014 | Onbekend. | |
25-12-2013 | 01-01-2014 | nieuwe regeling | 19-12-2013 De Nieuwe Meerbode, 23-12-2013 | Z-2013/049383 |
De raad van de gemeente Aalsmeer;
gelezen het raadsvoorstel van burgemeester en wethouders met registratienummer Z-2013/049383;
gelet op artikel 227 van de Gemeentewet;
vast te stellen de "Verordening op de heffing en invordering van Reclamebelasting 2014"
Artikel 2. Gebiedsomschrijving.
Deze verordening is van toepassing binnen de gebieden zoals aangegeven op de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende kaarten (bijlage 1 en 2).
Onder de naam "reclamebelasting" wordt; binnen het gebied als bedoeld in artikel 2, een belasting geheven ter zake van reclameobjecten, zichtbaar vanaf de openbare weg.
Artikel 5.Maatstaf van heffing en belastingtarief.
De reclamebelasting wordt geheven naar een vast bedrag per jaar voor één of meerdere reclameobjecten per vestiging.
Het tarief per jaar per belastingplichtige bedraagt: € 720,00.
De reclamebelasting wordt geheven bij wege van aanslag.
Belastingaanslagen met een totaalbedrag van minder dan € 10,- worden niet opgelegd. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen aangemerkt als één belastingaanslag.
De reclamebelasting wordt niet geheven voor reclameobjecten:
die korter dan 13 weken aanwezig zijn, tenzij deze openbare aankondigingen zijn geplaatst in een voorziening waarin, waaraan of waarop wisselende openbare aankondigingen worden geplaatst, die individueel korter dan 13 weken aanwezig zijn, maar waarbij de verschillende openbare aankondigingen gezamenlijk 13 weken of meer aanwezig zijn;
Ingevolge artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moet de aanslag worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de eerste maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt dat, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen meer is dan € 100 doch minder is dan € 3500 en zolang het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen door middel van automatische incasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kan worden afgeschreven, de aanslagen moeten worden betaald in 9 gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de eerste maand volgende op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt dat, ingeval het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen minder is dan € 100 doch meer is dan € 3500 en zolang het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen door middel van automatische incasso van de betaalrekening van de belastingschuldige kan worden afgeschreven, de aanslagen dienen te worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de eerste maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede één maand later.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in de voorgaande leden gestelde termijnen.
Artikel 12. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en invordering van de reclamebelasting.
Artikel 13. Inwerkingtreding en citeertitel.
De "Verordening reclamebelasting 2013" van 20 december 2012 wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan