DE RAAD VAN DE GEMEENTE RUCPHEN;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van 17 september
2013
gelet op artikel 151c Gemeentewet;
BESLUIT:
de Verordening cameratoezicht gemeente Rucphen vast te stellen.
Artikel 1 Bevoegdheid plaatsen camera's
De burgemeester heeft de bevoegdheid om, indien en voor zover dat in het
belang van de handhaving van de openbare orde en de in artikel 2 van deze
verordening genoemde voorwaarden, noodzakelijk is, te besluiten tot
plaatsing van camera’s voor een periode van maximaal drie jaren ten behoeve
van toezicht op een openbare plaats (Art. 2 Wom). Het cameratoezicht kan
vervolgens telkens met de periode van maximaal drie jaren worden
verlengd.
Artikel 2 Voorwaarden toepassing cameratoezicht
1.Cameratoezicht mag slechts worden toegepast als aan alle, in lid 2 van dit
artikel genoemde voorwaarden, is voldaan.
2.
- a.
De burgemeester wijst de openbare plaats of plaatsen aan waar het
toezicht zal plaatsvinden;
- b.
cameratoezicht mag slechts worden toegepast op openbare plaatsen die
voldoen aan de in artikel 3 lid 2 genoemde gronden;
- c.
de doelstellingen als genoemd in artikel 4 dienen ten grondslag te
liggen aan de toepassing van het cameratoezicht;
- d.
de burgemeester stelt, na overleg met de Officier van Justitie in
het overleg, en bedoeld in artikel 13 van de Politiewet 2012, de
periode vast waarin in het belang van de handhaving van de openbare
orde daadwerkelijk gebruik van de camera’s plaatsvindt en de met de
camera’s gemaakte beelden in elk geval rechtstreeks worden
bekeken;
- e.
de burgemeester bedient zich bij de uitvoering van het in het eerste
artikel bedoelde besluit van de onder zijn gezag staande
politie;
- f.
de aanwezigheid van camera’s als bedoeld in het eerste lid van dit
artikel is op duidelijke wijze kenbaar voor een ieder die de
desbetreffende openbare plaats betreedt;
- g.
met de camera’s worden uitsluitend beelden gemaakt van een openbare
plaats;
- h.
de met de camera’s gemaakt beelden mogen in het belang van de
handhaving van de openbare orde worden vastgelegd en gedurende ten
hoogste vier weken worden bewaard;
- i.
de burgemeester informeert terstond na het nemen van het besluit als
bedoeld in lid 2 sub a van dit artikel, de raad over de inhoud van
het besluit alsmede de redenen welke tot dat besluit hebben
geleid.
Artikel 3 Openbare plaats waar cameratoezicht toegepast mag
worden
- 1.
Cameratoezicht mag slechts worden toegepast in gebieden die voldoen
aan de in lid 2 van dit artikel genoemde criteria.
- 2.
Op de aan te wijzen openbare plaats dient regelmatig een groep
mensen aanwezig te zijn en/of meerdere delicten plaats te hebben
gevonden.
Artikel 4 Doelstellingen cameratoezicht
- 1.
De in lid 2 van dit artikel genoemde doelstellingen dienen ten
grondslag te liggen aan een besluit als genoemd in artikel 2 lid 2
sub a van deze verordening.
- 2.
De doelstellingen in verband met cameratoezicht zijn:
- a.
Afname aantal geweldsdelicten en/of openbare orde
verstoringen;
- b.
verbetering oplossing strafbare feiten;
- c.
voorkomen belemmeringen hulpverlening en verbetering van de
hulpverlening aan slachtoffers, vroegtijdig kunnen ingrijpen
om verdere escalatie te voorkomen;
- d.
terugdringen van het onveiligheidsgevoel.
Artikel 5 Opsporing
De vastgelegde beelden, bedoeld in artikel 2 lid 2 sub h, kunnen met
inachtneming van de Wet politiegegevens worden verstrekt ten behoeve van de
opsporing van een gepleegd strafbaar feit.
Artikel 6 Evaluatie
- 1.
De burgemeester zendt na afloop van ieder jaar een beknopt
verantwoordingsverslag aan de raad over het gevoerde
cameratoezicht.
- 2.
Naast het verslag als bedoeld in lid 1 van dit artikel, verricht de
burgemeester een evaluatie een half jaar voor het aflopen van een
eventuele termijnverlenging zoals bedoeld in artikel 1.
- 3.
Indien de in lid 1 van dit artikel genoemde evaluatie uitwijst dat
voortzetten van het cameratoezicht op de betreffende openbare
plaats(en) als bedoeld in artikel 2 lid 2 sub a, niet langer
noodzakelijk is ter handhaving van de openbare orde, besluit de
burgemeester dat het cameratoezicht op de openbare plaats(en) wordt
beëindigd.
Artikel 7 Inwerkingtreding en citeertitel
- 1.
Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na de datum van
bekendmaking.
- 2.
Deze verordening kan worden aangehaald als: Verordening
cameratoezicht gemeente Rucphen.