Organisatie | Oud-Beijerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014 |
Citeertitel | Verordening maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Maatschappelijke ondersteuning, verordening |
Geen
Wet maatschappelijke ondersteuning, artikel 5
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2015 | wijziging i.v.m. Wmo kanteling | 03-12-2013 Het Kompas, 27-12-2013 | z-13.13576 |
Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland2014
HOOFDSTUK 1. BEGRIPSOMSCHRIJVINGEN Blz.
Artikel 1. Begripsomschrijvingen 3
Lid 8. Psychosociaal probleem 4
Lid 10. Algemeen gebruikelijke voorziening 4
Lid 11. Collectieve voorziening 4
Lid 12. Voorliggende voorziening 4
Lid 13. Wettelijk voorliggende voorziening 4
Lid 14. Individuele voorziening 4
Lid 16. Voorziening in natura 5
Lid 17. Persoonsgebonden budget 5
Lid 18. Financiële tegemoetkoming 5
Lid 22. Gemeenschappelijke ruimte 5
Lid 24. Maatschappelijke participatie 5
HOOFDSTUK 2. RESULTAATGERICHTE COMPENSATIE 7
Artikel 2. De te bereiken resultaten 7
HOOFDSTUK 3. HOE TE KOMEN TOT DE TE BEREIKEN RESULTATEN 8
Artikel 3. Scheiding aanmelding en aanvraag 8
Artikel 4. Melding voor een gesprek 8
HOOFDSTUK 4. DE AANVRAAG VAN EEN INDIVIDUELE VOORZIENING 9
HOOFDSTUK 5. BEOORDELING VAN DE TE BEREIKEN RESULTATEN 10
PARAGRAAF 1. ALGEMENE REGELS 10
Artikel 8. Beoordeling van de te bereiken resultaten op het gebied van maatschappelijke participatie 10
PARAGRAAF 2. DE TE BEREIKEN RESULTATEN 12
Artikel 10. Een schoon en leefbaar huis 12
Artikel 11. Wonen in een geschikt huis 13
Artikel 12. Beschikken over zaken voor primaire levensbehoeften 14
Artikel 13. Beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding 15
Artikel 14. De dagelijkse gebruikelijke zorg voor in het huishouden aanwezige minderjarige kinderen 16
Artikel 15. Zich verplaatsen in en om de woning 17
Artikel 16. Zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel 17
Artikel 17. Medemensen ontmoeten en sociale verbanden aangaan 18
HOOFDSTUK 6. VERSTREKKING IN NATURA, ALS PERSOONSGEBONDEN BUDGET EN ALS FINANCIËLE TEGEMOETKOMING. EIGEN BIJDRAGEN EN EIGEN AANDEEL
PARAGRAAF 1. VERSTREKKING VAN VOORZIENINGEN 20
Artikel 18. Mogelijke verstrekkingwijzen 20
PARAGRAAF 2. VERSTREKKING IN NATURA 20
Artikel 19. Inhoud beschikking 20
PARAGRAAF 3. VERSTREKKING ALS PERSOONSGEBONDEN BUDGET 20
Artikel 20. Overwegende bezwaren 20
Artikel 22. Inhoud beschikking 21
PARAGRAAF 4. VERSTREKKING ALS FINANCIËLE TEGEMOETKOMING 21
Artikel 23. Inhoud beschikking 21
PARAGRAAF 5. EIGEN BIJDRAGE EN EIGEN AANDEEL 22
Artikel 24. Eigen bijdragen en eigen aandeel 22
HOOFDSTUK 7. PROCEDURELE BEPALINGEN ROND ONDERZOEK, ADVIES EN BESLUITVORMING, INTREKKING EN TERUGVORDERING 23
Artikel 27. Wijziging situatie 23
Artikel 28. Intrekking en beëindiging besluit verstrekking individuele
Artikel 29. Terugvordering en verrekening 24
HOOFDSTUK 8. SLOTBEPALINGEN 26
Artikel 30. Hardheidsclausule 26
Artikel 32. Inwerkingtreding 26
Artikel 33. Intrekking oude Verordening 26
De raad van de gemeente Oud-Beijerland;
gelezen het voorstel van Burgemeester en Wethouders d.d. /nr
gelet op artikel 5 van de Wet maatschappelijke ondersteuning;
vast te stellen de navolgende verordening:
Verordening maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland 2014
De plicht van het College aan personen met een beperking, een chronisch psychisch- of een psychosociaal probleem voorzieningen te bieden ter compensatie van hun beperkingen op het gebied van zelfredzaamheid en maatschappelijke participatie, teneinde hen in staat te stellen een huishouden te voeren, zich te verplaatsen in en om de woning, zich lokaal te verplaatsen per vervoermiddel en medemensen te ontmoeten en op basis daarvan sociale verbanden aan te gaan. Daarbij legt artikel 4 van de Wet het College de plicht op om een resultaat te bereiken dat als compensatie mag gelden en dat in het individuele geval maatwerk is.
Het eerste contact na een melding waarin met degene die maatschappelijke ondersteuning zoekt zijn gehele situatie wordt geïnventariseerd ten aanzien van de beperkingen en de gevolgen daarvan, de te bereiken resultaten, de te kiezen oplossingen via eigen mogelijkheden of via mogelijkheden van het netwerk dan wel via algemene-, algemeen gebruikelijke- collectieve-, (wettelijk) voorliggende- en individuele voorzieningen.
Een persoon met een beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem, die behoefte heeft aan compensatie ten behoeve van het bevorderen van zijn deelname aan het maatschappelijk verkeer en het zelfstandig functioneren, die voor zichzelf of, met behulp van een machtiging, door een ander of door de wettelijk vertegenwoordiger een melding of een aanvraag doet of laat doen.
Een voorliggende voorziening, die enerzijds niet bestemd is voor, noch te gebruiken is door alle personen als bedoeld in artikel 4 lid 1 van de Wet, maar die anderzijds door iedereen waarvoor de voorziening wel bedoeld is, op eenvoudige wijze te verkrijgen of te gebruiken is, zonder een ingewikkelde aanvraagprocedure.
De woonruimte, bestemd en geschikt voor permanente bewoning, waar de belanghebbende zijn vaste woon- en verblijfplaats heeft of zal hebben en op welk adres hij in de gemeentelijke basisadministratie ingeschreven staat of zal staan. Indien de belanghebbende met een briefadres in de gemeentelijke basisadministratie ingeschreven staat of zal staan, gaat het om het feitelijk woonadres.
Een woonruimte voor permanente bewoning bestemd en geschikt en waarbij geen wezenlijke woonfuncties, zoals woon- en slaapruimte, was- en kookgelegenheid en toilet met andere woningen worden gedeeld.
Lid 22. Gemeenschappelijke ruimte.
Gedeelte(n) van een woongebouw, niet behorende tot de onderscheiden woningen, bestemd en noodzakelijk om de woning van de belanghebbende of waar deze zijn hoofdverblijf heeft vanaf de toegang tot het woongebouw te bereiken.
Het lichamelijke-, verstandelijke-, geestelijke- en financiële vermogen om zelf voorzieningen te treffen die deelname aan het normale maatschappelijke verkeer mogelijk maken.
Lid 24. Maatschappelijke participatie.
Normale deelname aan het maatschappelijke verkeer, te weten het voeren van een huishouden, het normale gebruik van de woning, het zich in en om de woning verplaatsen, het ontmoeten van andere mensen en het aangaan en onderhouden van lokale sociale verbanden om op die manier deel te nemen aan het lokale maatschappelijke leven.
Kosten die uitgaan boven de kosten die als algemeen gebruikelijk zijn te beschouwen.
Hoofdstuk 3. Hoe te komen tot de te bereiken resultaten
Artikel 3. Scheiding melding en aanvraag
Aan een aanvraag voor een individuele voorziening ex artikel 1, lid 1 aanhef en onder g sub 6 van de Wet gaat een melding voor een gesprek vooraf indien:
a. De aanvraag afkomstig is van een belanghebbende die nog niet eerder een aanvraag in het kader van de Wet heeft gedaan;
b. De aanvraag afkomstig is van een belanghebbende die al eerder een
gesprek heeft gevoerd maar waarbij sprake is van gewijzigde omstandigheden of gewijzigde te bereiken resultaten;
Artikel 4. Melding voor een gesprek
Een melding voor een gesprek kan schriftelijk, elektronisch, mondeling of telefonisch worden gedaan bij ……………… door of namens een persoon met een beperking, een chronisch psychisch probleem of een psychosociaal probleem die behoefte heeft aan compensatie ten behoeve van het bevorderen van zijn deelname aan het maatschappelijk verkeer en het zelfstandig functioneren.
Na het voeren van een gesprek kan een belanghebbende, gebruik makend van het ondertekende verslag van het gesprek, dat in die situatie als aanvraagformulier dient, of door middel van een aanvraagformulier een aanvraag indienen voor een individuele voorziening ex artikel 1, lid 1 aanhef en onder g sub 6 van de Wet.
HOOFDSTUK 5. BEOORDELING VAN DE TE BEREIKEN RESULTATEN
Artikel 8. Beoordeling van de te bereiken resultaten op het gebied van maatschappelijke participatie
Een voorziening kan slechts worden toegekend voor zover:
2.Geen voorziening wordt toegekend:
Indien de voorziening voor de persoon van de belanghebbende algemeen gebruikelijk is;
Indien de belanghebbende niet woonachtig is in de gemeente Oud-Beijerland;
Voor zover de aanvraag betrekking heeft op kosten die de belanghebbende voorafgaand aan het moment van aanvragen of het moment van beschikken heeft gemaakt en niet meer is na te gaan of deze voorziening noodzakelijk was;
Voor zover een voorziening, als die waarop de aanvraag betrekking heeft, reeds eerder in het kader van enige wettelijke bepaling of regeling is verstrekt en de normale afschrijvingstermijn van de voorziening nog niet verstreken is, tenzij de eerder vergoede of verstrekte voorziening verloren is gegaan als gevolg van omstandigheden die niet aan belanghebbende zijn toe te rekenen, of tenzij belanghebbende geheel of gedeeltelijk tegemoetkomt in de veroorzaakte kosten;
Voor zover de aangevraagde voorzieningen betrekking hebben op een hoger niveau dan het uitrustingsniveau voor sociale woningbouw;
Voor zover er aan de zijde van de belanghebbende geen sprake is van aantoonbare meerkosten in vergelijking met de situatie voorafgaand aan het optreden van de beperkingen waarvoor de voorziening wordt aangevraagd.
Indien een voorziening niet noodzakelijk is vanwege redelijkerwijs te vergen medewerking van de belanghebbende, diens huisgenoten, zijn mantelzorger of hulpverlener of van anderen in diens omgeving, zoals familieleden aan het oplossen van de beperkingen in de maatschappelijke participatie.
Paragraaf 2. De te bereiken resultaten
Artikel 10. Een schoon en leefbaar huis
Indien en voor zover de belanghebbende gebruik kan maken van andere aanwezige en bruikbare voorliggende-, algemeen gebruikelijke-, algemene- of collectieve voorzieningen, die in de individuele situatie van de belanghebbende kunnen leiden tot het te bereiken resultaat, worden deze mogelijkheden eerst beoordeeld op hun geschiktheid om het in lid 1 genoemde resultaat te bereiken.
De bedragen die per tijdseenheid, zoals genoemd in lid 6, in de vorm van een Persoonsgebonden budget worden verstrekt, worden door het college vastgesteld en opgenomen in het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014 en kunnen jaarlijks worden bijgesteld. Het college maakt daarbij een onderscheid tussen:
Artikel 11. Wonen in een geschikt huis
Het tweede te bereiken resultaat ten aanzien van het voeren van een huishouden bestaat uit het normale gebruik van de woning waar de belanghebbende zijn hoofdverblijf heeft of zal hebben. Dit geldt ten aanzien van de woonkamer, slaapvertrek(ken), keuken, verkeersruimte(n) en sanitaire ruimte(n), berging, tuin of balkon.
In afwijking van artikel 9 lid 2:
In afwijking van de in artikel 11 lid 1 gestelde voorwaarde dat de belanghebbende zijn hoofdverblijf heeft of zal hebben in de woning, kan een voorziening getroffen worden voor het bezoekbaar maken van één woonruimte indien de belanghebbende zijn hoofdverblijf heeft in een op grond van artikel 5 van de Wet toelating zorginstellingen erkende instelling;
De (mede)eigenaar, die krachtens deze Verordening een woonvoorziening heeft ontvangen die leidt tot waardestijging van de woning, dient bij verkoop van deze woning binnen een periode van 10 jaar na gereedmelding van de voorziening, deze verkoop van de woning onverwijld aan het college te melden. De meerwaarde van de woning dient, conform de bepalingen in het Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland 2014, te worden terugbetaald aan de gemeente.
Artikel 12. Beschikken over zaken voor primaire levensbehoeften
Het derde te bereiken resultaat ten aanzien van het voeren van een huishouden bestaat uit het voorzien zijn van de dagelijks benodigde hoeveelheid voedsel voor maaltijden en andere momenten waarop iets genuttigd wordt, evenals toiletartikelen en schoonmaakartikelen. Ook de noodzakelijke bereiding van maaltijden kan hieronder vallen.
Indien de belanghebbende een of meer huisgenoten heeft die beschikbaar en in staat zijn werkzaamheden over te nemen in het kader van gebruikelijke zorg, of voor zover de belanghebbende gebruik kan maken van een aanwezige en bruikbare boodschappenservice of maaltijdvoorziening die in de individuele situatie kunnen leiden tot het te bereiken resultaat, worden deze mogelijkheden eerst beoordeeld.
Omvang persoonsgebonden budget
De bedragen die per tijdseenheid, zoals genoemd in lid 5, in de vorm van een Persoonsgebonden budget worden verstrekt, worden door het college vastgesteld en opgenomen in het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014 en kunnen jaarlijks worden bijgesteld. Het college maakt daarbij een onderscheid tussen:
Artikel 13. Beschikken over schone, draagbare en doelmatige kleding
Indien de belanghebbende een of meer huisgenoten heeft die beschikbaar en in staat zijn werkzaamheden over te nemen in het kader van gebruikelijke zorg, of voor zover de belanghebbende gebruik kan maken van een aanwezige en bruikbare was- en of strijkservice worden deze mogelijkheden eerst beoordeeld.
Omvang Persoonsgebonden budget. De bedragen die per tijdseenheid, zoals genoemd in lid 5, in de vorm van een Persoonsgebonden budget worden verstrekt, worden door het college vastgesteld en opgenomen in het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014 en kunnen jaarlijks worden bijgesteld.Het college maakt daarbij een onderscheid tussen:
Artikel 14. De dagelijkse gebruikelijke zorg voor in het huishouden aanwezige minderjarige kinderen
Met het oog op het thuis laten zorgen voor de dagelijkse gebruikelijke zorg voor in het huishouden aanwezige minderjarige kinderen die nog niet voor zich zelf kunnen zorgen kan (tijdelijk) een voorziening worden verleend, voor zover de ouder(s) of huisgenoten geen gebruikelijke zorg kan of kunnen leveren.
Omvang Persoonsgebonden budget
De bedragen die per tijdseenheid, zoals genoemd in lid 6, in de vorm van een persoonsgebonden budget worden verstrekt, worden door het college vastgesteld en opgenomen in het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014 en kunnen jaarlijks worden bijgesteld. Het college maakt daarbij een onderscheid tussen:
Artikel 15. Zich verplaatsen in en om de woning
Het te bereiken resultaat ten aanzien van het zich verplaatsen in en om de woning bestaat uit het in staat zijn de woonkamer, de keuken, het slaapvertrek en/of de slaapvertrekken, het toilet en de douche, de berging, de tuin of het balkon te kunnen bereiken en dat het normale gebruik van de woning mogelijk is.
Artikel 16. Zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel
Het te bereiken resultaat ten aanzien van het zich lokaal verplaatsen per vervoermiddel bestaat uit het kunnen doen van dagelijkse boodschappen, het kunnen onderhouden van sociale contacten en het deelnemen aan activiteiten, alles binnen de directe woon- en leefomgeving die onder de normale deelname aan het maatschappelijke verkeer van de belanghebbende valt.
Voor zover de belanghebbende gebruik kan maken van een aanwezige en bruikbare scootermobielpool, collectief vraagafhankelijk vervoer van deur tot deur of vervoer van deur tot deur door vrijwilligers die in de individuele situatie van de belanghebbende kunnen leiden tot het te bereiken resultaat worden deze mogelijkheden eerst beoordeeld.
Artikel 17. Medemensen ontmoeten en sociale verbanden aangaan
Met het oog op de mogelijkheid tot het ontmoeten van medemensen en sociale verbanden aangaan kan een individuele voorziening worden getroffen ten aanzien van het vervoer naar de bestemmingen die nodig zijn voor de maatschappelijke participatie als bedoeld in het hoofdstuk lokaal verplaatsen per vervoermiddel van deze Verordening.
Hoofdstuk 6. Verstrekking in natura, als persoonsgebonden budget en als financiële tegemoetkoming. Eigen bijdragen en eigen aandeel
Paragraaf 3. Verstrekking als persoonsgebonden budget
Artikel 20. Overwegende bezwaren
Het college legt in het Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland 2014 vast in welke situaties er in ieder geval sprake is van overwegende bezwaren zodat er geen Persoonsgebonden budget verstrekt wordt.
Op het Persoonsgebonden budget, zoals genoemd in artikelen 6 lid 1 en 6a van de Wet, zijn de volgende bepalingen van toepassing:
Paragraaf 5. Eigen bijdragen en eigen aandeel
Artikel 24. Eigen bijdragen en eigen aandeel
In afwijking van het eerste lid kan het college met inachtneming van het landelijk Besluit maatschappelijke ondersteuning in het Besluit maatschappelijke ondersteuning gemeente Oud-Beijerland 2014 vaststellen in welke gevallen een eigen bijdrage of een eigen aandeel wordt gevraagd en wat de omvang daar van is.
Hoofdstuk 7. Procedurele bepalingen rond onderzoek, advies en besluitvorming, intrekking en terugvordering
Artikel 27. Wijziging situatie
Indien het college van oordeel is dat feiten en omstandigheden gewijzigd zijn en van invloed zijn op het recht op een voorziening, de hoogte van een financiële tegemoetkoming, het verstrekken van voorzieningen in natura en/of de voorwaarden en verplichtingen die verbonden zijn aan het verlenen van een voorziening kan het college een voorziening opnieuw onderzoeken en op basis van de gegevens uit het onderzoek de voorziening aanpassen of in te trekken. Met omstandigheden worden in dit geval ook bedoeld wijzigingen of veranderingen in wet- en regelgeving, technologische ontwikkelingen, economische of marktontwikkelingen en ontwikkelingen in de samenleving in het algemeen.
Artikel 29. Terugvordering en verrekening
Ingeval het besluit tot toekenning van het recht op een in eigendom verstrekte voorziening is ingetrokken, kan deze voorziening worden teruggevorderd, indien de voorziening is toegekend op grond van zodanig onjuiste gegevens dat, waren de juiste gegevens bekend geweest, een andere beslissing zou zijn genomen.
Ingeval het besluit tot toekenning van het recht op een in natura verstrekte voorziening is ingetrokken, kan deze voorziening en het bedrag dat het college heeft betaald aan de leverancier(s) worden teruggevorderd, indien de voorziening is toegekend op grond van zodanig onjuiste gegevens dat, waren de juiste gegevens bekend geweest, een andere beslissing zou zijn genomen.
Het college kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende afwijken van de bepalingen van deze Verordening, indien toepassing van de Verordening tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.
Het college kan jaarlijks per 1 januari de in het kader van deze Verordening en het op deze Verordening berustende Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland 2014 geldende bedragen verhogen of verlagen met een index. De wijze van indexeren is opgenomen in het Besluit maatschappelijke ondersteuning Gemeente Oud-Beijerland 2014.