Organisatie | Beverwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van de toeristenbelasting 2014 |
Citeertitel | Verordening toeristenbelasting 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | belasting |
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-12-2013 | 01-01-2015 | Onbekend | 19-12-2013 De Kennemer, 27-12-2013 | INT-13-04969 |
De raad van de gemeente Beverwijk;
gezien het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 5 november 2013, nummer INT-13-04969;
gelet op artikel 224 van de Gemeentewet;
vast te stellen de navolgende verordening:
Verordening op de heffing en de invordering van de toeristenbelasting 2014 (Verordening toeristenbelasting 2014).
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
vakantieonderkomens: woningen en andere verblijven, niet zijnde moebiele kampeeronderkomens of stacaravans, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden;
mobiele kampeeronderkomens: tenten, vouwwagens, kampeerauto's, toercaravans en soortgelijke onderkomens dan wel soortgelijke voertuigen welke bestemd zijn en gebezigd worden als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden;
verhuurde ruimten: woningen en andere verblijven, of gedeelten daarvan, niet zijnde mobiele kampeeronderkomens of stacaravans, welke niet in hoofdzaak bestemd zijn als verblijf voor vakantie en andere recreatieve doeleinden, doch wel in bepaalde perioden van het jaar voor die doeleinden worden verhuurd dan wel te huur aangeboden;
vaste jaarplaats: een terrein of terreingedeelte op een kampeerterrein, dat is gehuurd van de exploitant van het kampeerterrein, bestemd voor het gedurende een jaar hebben van een zelfde mobiel kampeeronderkomen, stacaravan, of vakantieonderkomen, dat doorgaans na afloop van het seizoen niet wordt verwijderd, voor gebruik door de huurders voor toeristische en recreatieve doeleinden gedurende de totale huurperiode;
vaste seizoensplaats; een terrein of terrein gedeelte op een kampeerterrein, dat is gehuurd van de exploitant van het kampeerterrein, bestemd voor het gedurende een seizoen hebben van een zelfde mobiel kampeeronderkomen, stacaravan of vakantieonderkomen, dat doorgaans na afloop van het seizoen niet wordt verwijderd en waarin het gedurende de winterperiode niet toegestaan is om te overnachten, voor het gebruik door de huurders voor toeristische of recreatieve doeleinden gedurende de totale huurperiode;
seizoensplaats: een terrein of terreingedeelte op een kampeerterrein, dat is gehuurd van de exploitant van het kampeerterrein, bestemd voor het gedurende een seizoen hebben van een zelfde mobiel kampeeronderkomen, stacaravan of vakantieonderkomen, dat doorgaans na afloop van het seizoen wordt verwijderd, voor het gebruik door de huurders voor toeristische of recreatieve doeleinden gedurende de totale huurperiode;
Vaste of seizoensplaats niet-recreatief gebruik: een terrein of terreingedeelte op een kampeerterrein, dat is gehuurd van de exploitant van het kampeerterrein bestemd voor het gedurende een jaar of het seizoen hebben van een zelfde mobiel kampeeronderkomen, stacaravans die wordt ingezet ter huisvesting van arbeidsmigranten, woningzoekenden etc, waarbij geen sprake is van een recreatief gebruik.
toeristische plaats: een terrein of terreingedeelte dat bestemd is voor het gedurende een jaar of seizoen plaatsen van steeds wisselende mobiele kampeeronderkomens;
verhuureenheden: vakantieonderkomens, mobiele kampeeronderkomens of verhuurde ruimten die door de eigenaar of exploitant worden verhuurd voor perioden korter dan een maand aan steeds wisselende personen;
kampeerterrein: een terrein dat bestemd is om te worden gebruikt voor verblijfsrecreatie;
stacaravans: caravans die op een seizoens-, vaste seizoens- of jaarplaats op een kampeerterrein zijn neergezet om voor langere tijd als verblijfplaats te dienen en die bestemd zijn voor en gebezigd worden als verblijf voor vakantie- en andere recreatieve doeleinden;
strandshuisjes: bouwwerken op het Noordzeestrand, niet zijnde commercieel geëxploiteerde ruimten, in hoofdzaak bestemd voor en gebezigd als verblijf voor vakantie- en recreatieve doeleinden.
hotels, hostels en pensions: gebouwen of gedeelten van gebouwen waarin ruimten voor het houden van verblijf met overnachting worden aangeboden tegen een vergoeding in welke vorm dan ook.
Voor het houden van verblijf met overnachting binnen de gemeente tegen een vergoeding in welke vorm dan ook door personen die niet als ingezetene met een adres in de gemeente in de basisregistratie personen zijn ingeschreven, wordt onder de naam 'toeristenbelasting' een directe belasting geheven.
De belasting wordt niet geheven voor het verblijf:
van een vreemdeling als bedoeld in artikel 29, eerste lid, van de Vreemdelingenwet 2000, die rechtmatig in Nederland verblijft in de zin van artikel 8, letters c, d, f, g, h, van voornoemde wet, en voorzover deze persoon verblijf houdt in een gelegenheid als bedoeld in artikel 2 van de Verordening, onder verantwoordelijkheid van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers.
Artikel 5 Maatstaf van heffing
De belasting wordt geheven naar het aantal overnachtingen in het belastingjaar. Het aantal overnachtingen wordt gesteld op het aantal overnachtende personen vermenigvuldigd met het aantal nachten.
Artikel 6 Forfaitaire berekeningswijze van de maatstaf van de heffing
In afwijking van de eerste twee leden wordt het forfait niet toegepast op verblijf in verhuureenheden, vakantieonderkomens en mobiele kampeeronderkomens, die niet door dezelfde persoon of personen worden gehuurd voor de gehele jaar- of seizoensperiode, doch steeds worden gehuurd door verschillende verblijfoudenden voor een korte periode.
Artikel 7 Opteren voor niet-forfaitaire maatstaf van heffing
In afijking van het bepaalde in artikel 6 wordt op een door de belastingplichtige bij de aangifte gedane aanvraag de maatstaf van heffing vastgesteld op het werkelijke aantal overnachtingen, indien blijkt dat dit aantal lager is dan het op grond van artikel 6 berekende aantal.
Artikel 11 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid en in afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 is een voorlopige aanslag welke is opgelegd voor de elfde maand van het belastingjaar, invorderbaar zoveel gelijke termijnen als er na de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld, nog maanden van het belastingjaar overblijven. De eerste termijn vervalt een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 14 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college kan nadere regels geven vooor de heffing en invordering van de toeristenbelasting.