Organisatie | Opmeer |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2014 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | milieu |
Eigen onderwerp |
Geen
Wet milieubeheer, artikel 15.33
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 19-12-2013 De Koggenlander, 26-12-2013 | RVS 8.65 d.d. 9-12-2013 |
De raad van de gemeente Opmeer;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 30 oktober 2013
gelet op het advies van de commissie en Verantwoording van 28 november 2013;
gelet op artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
vast te stellen de Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2014.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder ‘gebruik maken’: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer.
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt. De grondslag hiervoor ligt in de gemeentelijke basis administratie.
De belasting bedraagt per perceel per belastingjaar indien het perceel op 1 januari van het belastingjaar of, indien de belastingplicht later aanvangt, bij aanvang van de belastingplicht, wordt gebruikt door:
In afwijking van het eerste lid geldt, zo lang de verschuldigde bedragen door middel van automatische betalingsincasso kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in ten hoogste negen gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt één maand na dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Burgemeester en wethouders kunnen nadere regels geven met betrekking tot de heffing en invordering van de afvalstoffenheffing.
Bij de invordering van de afvalstoffenheffing wordt kwijtschelding overeenkomstig de “Kwijtscheldings-verordening 2007” verleend.