Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Voorschoten

Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Voorschoten

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieVoorschoten
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening commissie bezwaarschriften gemeente Voorschoten
CiteertitelVerordening commissie bezwaarschriften gemeente Voorschoten
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpbestuur en recht
Eigen onderwerpregels omtrent de behandeling van bezwaarschrriften

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De verordening is vervangen door de Verordening commissie bezwaarschriften

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Algemene wet bestuursrecht
  2. Gemeentewet

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

31-05-201331-05-2013intrekking

31-01-2013

Groot Voorschoten, 30-05-2013

2635
25-09-200231-05-2013nieuwe regeling

11-07-2002

Voorschotense Courant, 13-08-2005

55

Tekst van de regeling

Intitulé

Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Voorschoten

Nr. 55

 

De raad, het college en de burgemeester van de gemeente Voorschoten;

ieder voor zoveel het hun bevoegdheden betreft;

 

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders dd. 12 juni 2002, nr. 55;

 

gelet op de bepalingen van de Algemene wet bestuursrecht en de Gemeentewet;

 

b e s l u i t e n :

 

Vast te stellen de navolgende Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Voorschoten.

Artikel 1 Begripsbepaling

In deze verordening wordt verstaan onder:

  • a.

    verwerend orgaan: bestuursorgaan dat het bestreden besluit heeft genomen;

  • b.

    commissie: vaste commissie voor de bezwaarschriften.

Artikel 2 Inleidende bepaling commissie

  • 1.

    Er is een commissie ter voorbereiding van de beslissing op bezwaren tegen besluiten van de raad, het college en de burgemeester.

  • 2.

    De commissie is niet bevoegd ten aanzien van bezwaarschriften die zijn ingediend tegen besluiten op grond van:

    • a.

      een wettelijk voorschrift inzake belastingen of de Wet waardering onroerende zaken;

    • b.

      rechtspositie- en andere regelingen voor het gemeentelijk personeel.

Artikel 3 Samenstelling van de commissie

  • 1.

    De commissie bestaat uit twee kamers, te weten:

    • -

      kamer I, belast met de behandeling van bezwaarschriften "algemeen";

    • -

      kamer II, belast met de behandeling van bezwaarschriften op het gebied van sociale zaken, zorg e.d.

  • 2.

    Elke kamer bestaat uit een externe voorzitter en twee externe leden.

  • 3.

    De voorzitters en de leden worden door het college benoemd, geschorst en ontslagen.

  • 4.

    Het college benoemt een genoegzaam aantal plaatsvervangende leden.

  • 5.

    Elke kamer regelt de vervanging van haar voorzitter.

Artikel 4 Secretaris

  • 1.

    De secretaris van de commissie is een door het college aangewezen ambtenaar.

  • 2.

    Het college wijst tevens een of meer plaatsvervangers van de secretaris aan.

Artikel 5 Zittingsduur

  • 1.

    De voorzitters en de leden van de commissie treden af op de dag van het aftreden van de raad.

  • 2.

    De voorzitters en de leden van de commissie kunnen op elk moment ontslag nemen.

  • 3.

    De aftredende voorzitters en de aftredende leden van de commissie blijven hun functie vervullen totdat in de opvolging is voorzien.

Artikel 6 Ingediend bezwaarschrift

  • 1.

    Op het ingediende bezwaarschrift wordt de datum van ontvangst aangetekend.

  • 2.

    Het bezwaarschrift met de daarbij overgelegde stukken wordt zo spoedig mogelijk in handen van de commissie gesteld.

Artikel 7 Uitoefening bevoegdheden

De bevoegdheden ingevolge de hierna genoemde artikelen van de Algemene wet bestuursrecht worden

voor de toepassing van deze verordening uitgeoefend door de voorzitter van elke kamer:

  • -

    artikel 2:1, tweede lid;

  • -

    artikel 6:6, wat betreft het de indiener stellen van een termijn;

  • -

    artikel 6:17, voorzover het de verzending van stukken betreft tijdens de behandeling door de commissie;

  • -

    artikel 7:4, tweede lid;

  • -

    artikel 7:6, vierde lid.

Artikel 8 Vooronderzoek

  • 1.

    De voorzitter van elke kamer is bevoegd rechtstreeks alle gewenste inlichtingen in te winnen of te laten inwinnen.

  • 2.

    De voorzitter van elke kamer kan uit eigen beweging of op verlangen van elke kamer bij deskundigen advies of inlichtingen inwinnen en hen zo nodig uitnodigen daartoe op de hoorzitting te verschijnen. Indien daaraan kosten zijn verbonden is vooraf machtiging van het college vereist.

Artikel 9 Hoorzitting

  • 1.

    De voorzitter van elke kamer bepaalt plaats en tijdstip van de zitting waarin de belanghebbenden en het verwerend orgaan in de gelegenheid worden gesteld zich door de commissie te laten horen.

     

  • 2.

    De voorzitter van elke kamer beslist over de toepassing van artikel 7:3 van de Algemene wet bestuursrecht.

     

  • 3.

    Indien de voorzitter van elke kamer op grond van het tweede lid besluit af te zien van het horen, doet hij daarvan mededeling aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan.

Artikel 10 Uitnodiging zitting

  • 1.

    De voorzitter van elke kamer nodigt de belanghebbenden en het verwerend orgaan ten minste twee weken voor de zitting schriftelijk uit.

  • 2.

    Binnen drie dagen na de uitnodiging kunnen de belanghebbenden of het verwerend orgaan onder opgaaf van redenen de voorzitter van elke kamer verzoeken het tijdstip van de zitting te wijzigen.

  • 3.

    De beslissing van de voorzitter van elke kamer op dit verzoek wordt uiterlijk één week voor het tijdstip van de zitting aan de belanghebbenden en het verwerend orgaan medegedeeld.

  • 4.

    De voorzitter van elke kamer is bevoegd in bijzondere omstandigheden af te wijken of afwijking toe te staan van de termijnen die genoemd zijn in het eerste tot en met het derde lid.

Artikel 11 Quorum

Voor het houden van een zitting van elke kamer is vereist dat de meerderheid van het aantal leden, onder wie in elk geval de voorzitter, of zijn plaatsvervanger, aanwezig is.

Artikel 12 Niet-deelneming aan de behandeling

De voorzitters en de leden van de commissie nemen niet deel aan de behandeling van een bezwaarschrift indien daarbij hun onpartijdigheid in het geding kan zijn.

Artikel 13 Openbaarheid zitting

  • 1.

    De zitting van kamer I is openbaar.

  • 2.

    De deuren kunnen worden gesloten indien de voorzitter van kamer I of een van de aanwezige leden het nodig oordeelt of indien een belanghebbende daartoe een verzoek doet.

  • 3.

    Indien kamer I vervolgens beslist dat gewichtige redenen aanwezig zijn die zich tegen openbaarheid van de zitting verzetten, vindt de zitting plaats met gesloten deuren.

  • 4.

    De zitting van kamer II is niet openbaar.

Artikel 14 Schriftelijke verslaglegging

  • 1.

    Het verslag als bedoeld in artikel 7:7 van de Algemene wet bestuursrecht vermeldt de namen van de anwezigen en hun hoedanigheid.

  • 2.

    Het verslag houdt een zakelijke vermelding in van wat over en weer is gezegd en wat verder ter zitting is voorgevallen.

  • 3.

    Indien de zitting geheel of gedeeltelijk met gesloten deuren plaatsvond, of indien belanghebbenden, respectievelijk hun gemachtigden niet in elkaars tegenwoordigheid zijn gehoord, maakt het verslag hiervan melding.

  • 4.

    Het verslag verwijst naar de op de zitting overgelegde bescheiden, die aan het verslag kunnen worden gehecht.

  • 5.

    Het verslag wordt ondertekend door de voorzitter van elke kamer en de secretaris van de commissie.

Artikel 15 Nader onderzoek

  • 1.

    Indien na afloop van de zitting maar voordat het advies wordt opgesteld, nader onderzoek wenselijk blijkt te zijn, kan de voorzitter van elke kamer uit eigen beweging of op verlangen van de andere leden dit onderzoek houden.

  • 2.

    De uit het nader onderzoek verkregen informatie wordt in afschrift aan de leden van de betreffende kamer, het verwerend orgaan en de belanghebbenden toegezonden.

  • 3.

    De leden van de betreffende kamer, het verwerend orgaan en de belanghebbenden kunnen binnen een week na verzending van de nadere informatie aan de voorzitter een verzoek richten tot het beleggen van een nieuwe hoorzitting. De voorzitter van elke kamer beslist op zo'n verzoek.

  • 4.

    Op een nieuwe hoorzitting zijn de bepalingen in deze verordening die

    betrekking hebben op de hoorzitting, zo veel mogelijk van overeenkomstige toepassing.

Artikel 16 Raadkamer en advies

  • 1.

    Elke kamer beraadslaagt en beslist achter gesloten deuren over het door haar uit te brengen advies.

  • 2.

    a. Elke kamer beslist bij meerderheid van stemmen over het uit te brengen advies.

    b. Indien bij een stemming de stemmen staken, beslist de stem van de voorzitter van elke kamer.

    c. Van een minderheidsstandpunt wordt bij het advies melding gemaakt indien die minderheid dat verlangt.

  • 3.

    In geval van kennelijk niet-ontvankelijkheid, kennelijk ongegrondheid en/of kennelijk gegrondheid van een bezwaarschrift kan de voorzitter van elke kamer zelfstandig advies uitbrengen.

  • 4.

    Het advies is gemotiveerd en omvat een voorstel voor de te nemen beslissing op het bezwaarschrift.

  • 5.

    Het advies wordt door de voorzitter van elke kamer en de secretaris van de commissie ondertekend.

Artikel 17 Uitbrengen advies en verdaging

  • 1.

    1.Het advies wordt, onder meezending van het verslag als bedoeld in artikel 14 en eventueel door elke kamer ontvangen nadere informatie en nader verslag, tijdig uitgebracht aan het bestuursorgaan dat op het bezwaarschrift dient te beslissen.

  • 2.

    Indien naar het oordeel van de voorzitter van elke kamer de termijn van 10 weken, als bedoeld in artikel 7:10, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht, ontoereikend is voor achtereenvolgens het uitbrengen van een advies en het nemen van een beslissing, verzoekt hij het verwerend orgaan tijdig de beslissing te verdagen.

  • 3.

    Van een besluit tot verdaging ontvangen de betreffende kamer en de belanghebbenden een afschrift.

Artikel 18 Intrekking oude regelingen

De Verordening behandeling bezwaar- en beroepschriften gemeente Voorschoten, vastgesteld 6 juli 1995 en Hoofdstuk III van de Verordening behandeling aanvragen om bijstand en bezwaarschriften tegen

beschikkingen op grond van de ABW, WVG, RWW en WBO, vastgesteld 30 juni 1994, inclusief de daarop betrekking hebbende wijzigingsverordeningen, worden ingetrokken.

Artikel 19 Inwerkingtreding

Deze verordening treedt in werking op de eerste dag na het verstrijken van een termijn van zes weken na de datum van haar bekendmaking.

Artikel 20 Citeertitel

Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening commissie bezwaarschriften gemeente Voorschoten.

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad der gemeente Voorschoten, gehouden op 11 juli 2002.

de secretaris, de voorzitter,

burgemeester en wethouders van de gemeente Voorschoten,

de secretaris, de burgemeester,

de burgemeester van de gemeente Voorschoten,