Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Echt-Susteren

Verordening op de heffing en invordering van staangeld 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OrganisatieEcht-Susteren
OrganisatietypeGemeente
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van staangeld 2014
CiteertitelVerordening staangeld 2014
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

Deze verordening is vervangen door de Verordening op de heffing en invordering van staangeld 2015. (CVDR://349851_1)

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

  1. Gemeentewet, art. 156, lid 1
  2. Gemeentewet, art. 156, lid 2
  3. Gemeentewet, art. 229, lid 1
Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerkingtreding

Terugwerkende kracht tot en met

Datum uitwerkingtreding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201501-01-2015intrekking

17-12-2014

Elektronisch gemeenteblad, 24-12-2014

353919
19-12-201301-01-2015nieuwe regeling

12-12-2013

't Waekblaad, 18-12-2013 

292131

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Echt-Susteren,

gezien het voorstel van burgemeester en wethouders van Echt-Susteren d.d. 15 oktober 2013 en BBV nummer 285850;

gelet op het bepaalde in artikel 156, eerste en tweede lid, onderdeel h, en artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdeel a en b van de Gemeentewet;… ;

 

Besluit:

 

vast te stellen:

 

de verordening op de heffing en invordering van staangeld 2014.

Artikel 1. Begripsomschrijvingen

Deze verordening verstaat onder:

  • a.

    standplaats: een standplaats als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel e, van de Huisvestingswet;

  • b.

    woonwagen: een woonwagen als bedoeld in artikel 1, eerste lid, onderdeel f, van de Huisvestingswet;

  • c.

    huurovereenkomst: de overeenkomst tussen de huurder en de verhuurder van de standplaats met toebehoren, waarin de huurbepalingen voor de standplaats zijn geregeld.

Artikel 2. Belastbaar feit

Onder de naam ‘staangeld’ wordt een recht geheven voor het hebben van een standplaats voor een woonwagen, daaronder begrepen de diensten die met de standplaats verband houden.

Artikel 3 Belastingplicht

Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt geheven van degene die de standplaats heeft. Als degene die de standplaats heeft wordt aangemerkt de hoofdbewoner van de woonwagen. Wie als hoofdbewoner wordt aangemerkt wordt naar de omstandigheden beoordeeld.

Artikel 4 Vrijstelling

Het recht als bedoeld in artikel 2 wordt niet geheven zolang voor de standplaats een huurovereenkomst geldt.

Artikel 5 Belastingtarieven

Het recht als bedoeld in artikel 2 bedraagt per standplaats per jaar:

  • 1.

    Oude Baan € 1.405,05;

  • 2.

    Groensebos € 1.405,05

Artikel 6 Belastingtijdvak

Het belastingtijdvak loopt van 1 januari tot en met 31 december.

Artikel 7 Wijze van heffing

Het recht wordt bij wege van aanslag geheven.

Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang

  • 1.

    Het recht als bedoeld in artikel 2 is verschuldigd bij het begin van het belastingtijdvak of, zo dit later is, bij aanvang van de belastingplicht.

  • 2.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt, dan wel de vrijstelling genoemd in artikel 4 vervalt, is het recht verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat tijdvak verschuldigde recht als er in dat belastingtijdvak, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

  • 3.

    Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, dan wel de vrijstelling genoemd in artikel 4 van toepassing wordt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van het voor dat belastingtijdvak verschuldigde recht als er in dat belastingtijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.

Artikel 9. Termijnen van betaling

  • 1.

    De aanslagen moeten worden betaald in zoveel gelijke termijnen als er, met inbegrip van de maand van dagtekening van het aanslagbiljet, nog maanden in het belastingtijdvak overblijven. De eerste termijn vervalt één maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 2.

    In afwijking in zoverre van het eerste lid geldt ingeval van dagtekening van het aanslagbiljet na het einde van het belastingtijdvak dat de aanslagen moeten worden betaald uiterlijk op de laatste dag van de eerste maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld,.

Artikel 10 Kwijtschelding

Bij de invordering van staangeld wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11. Machtiging tot overdracht van bevoegdheden

Het college van burgemeester en wethouders is bevoegd tot het wijzigen van de tarieven die zijn opgenomen in de bij deze verordening behorende tarieventabel.

Artikel 12 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

.Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffingen de invordering van staangeld.

Artikel 13 Inwerkingtreding en citeerartikel

  • 1.

    De “Verordening staangeld 2013, vastgesteld bij raadsbesluit van 12 december 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

  • 2.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

  • 4.

    Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening staangeld 2014”.

Aldus besloten in de openbare vergadering van de raad d.d. .12 december 2013.

De raad voornoemd,

mr. M.M.W.H.Y. Hermans CMC drs. J.W.M.M.J. Hessels

griffier burgemeester

Tarieventabel 2014behorende bij de “Verordening op de heffing en invordering van staangeld in de gemeente Echt-Susteren 2014” behorende bij de “Verordening op de heffing en invordering van staangeld in de gemeente Echt-Susteren 2014”

Naam centrum

Bouwjaar c.q. jaar verbetering

Staangeld per standplaats per jaar

 

 

 

Oude Baan

1988

€ 1.405,05

 

 

 

Groensebos

1978

€ 1.405,05

 

 

 

 

  

Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van 12 december 2013

 

De raad voornoemd,

 

Mr. M.M.W.H.Y Hermans Drs. J.W.M.M.J. Hessels

Griffier burgemeester