Organisatie | Lelystad |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van parkeerbelastingen 2014 |
Citeertitel | Verordening parkeerbelastingen Lelystad 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze verordening vervangt de Verordening parkeerbelastingen 2013 van 4 december 2012 en de 1e wijziging van de tarieventabel behorende bij de Verordening parkeerbelastingen Lelystad 2013 van 5 november 2013.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 17-12-2013 Flevopost 23-12-2013 | 131063752 |
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
het gedurende een aaneengesloten periode doen of laten staan van een voertuig anders dan gedurende de tijd die nodig is voor en gebruikt wordt tot het onmiddellijk in- of uitstappen van personen dan wel het onmiddellijk laden of lossen van zaken, op de binnen de gemeente gelegen voor het openbaar verkeer openstaande terreinen of weggedeelten, waarop dit doen of laten staan niet ingevolge een wettelijk voorschrift is verboden;
degene die naar de omstandigheden als houder van een voertuig moet worden beschouwd, met dien verstande dat voor een motorrijtuig dat is ingeschreven in het krachtens de Wegenverkeerswet 1994 aan te houden register van opgegeven kentekens als houder wordt aangemerkt degene op wiens naam het voor het motorrijtuig opgegeven kenteken ten tijde van het parkeren in het register was ingeschreven;
parkeermeters, parkeerautomaten, met inbegrip van verzamelparkeermeters, en hetgeen naar maatschappelijke opvatting overigens onder parkeerapparatuur wordt verstaan.
Als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt mede aangemerkt:
zolang geen voldoening van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, heeft plaatsgevonden: de houder van het voertuig met dien verstande dat:
de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, niet wordt geheven van degene die op grond van het tweede lid, onderdeel b, als degene die het voertuig heeft geparkeerd wordt aangemerkt, indien deze aannemelijk maakt dat ten tijde van het parkeren een ander tegen zijn wil van het voertuig gebruik heeft gemaakt en dat hij dit gebruik redelijkerwijs niet heeft kunnen voorkomen.
Artikel 4. Maatstaf van heffing, belastingtarief en belastingtijdvak
De maatstaf van heffing, het belastingtarief en het belastingtijdvak zijn vermeld in de bij deze verordening behorende en daarvan deel uitmakende Tarieventabel.
De belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, wordt geheven bij wege van voldoening op aangiftedan wel door middel van parkeerapparatuur. Op de bij de Tarieventabel behorende kaarten isvermeld in welk deel van de gemeente welke wijze van heffing van toepassing is. Alsvoldoeningop aangiftewordt aangemerkt het bij de aanvang van het parkeren in werking stellen van deparkeerapparatuur op de daartoe bestemde wijze en met inachtneming van de door het college
Artikel 8 Bevoegdheid tot aanwijzing parkeerplaatsen
De aanwijzing van de plaats waar, het tijdstip en de wijze waarop tegen betaling van de belasting als bedoeld in artikel 2, onderdeel a, mag worden geparkeerd geschiedt in alle gevallen door het college bij openbaar te maken besluit.
De kosten van de naheffingsaanslag ter zake van de belasting bedoeld in artikel 2, onderdeel a, bedragen € 58,00.
Artikel 11 Nadere regels door het college van de gemeente Lelystad
Het college kan nadere regels stellen met betrekking tot de heffing en de invordering van de parkeerbelasting.
Artikel 12 Inwerkingtreding en citeertitel
De “Verordening parkeerbelastingen Lelystad 2013” van 4 december 2012 en de “1e wijziging van de tarieventabel behorende bij de Verordening parkeerbelastingen Lelystad 2013” zoals laatstelijk vastgesteld, worden ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
behorende bij en aangeduid in artikel 4 van de Verordening parkeerbelastingen Lelystad 2014.
Artikel 1. Begripsomschrijvingen
In deze tabel wordt verstaan onder:
a. dag: periode van 00.00 uur tot 24.00 uur
c. kwartaal: drie kalendermaanden
d. jaar: de periode van 1 januari tot en met 31 december.
Met betrekking tot het parkeren als bedoeld in artikel 2, onderdelen a en b, van de Verordening parkeerbelastingen Lelystad 2014 bestaat er binnen de gemeente Lelystad een gedifferentieerd belastingtarief voor verschillende locaties.
Deze locaties zijn gelegen in het Stadshart, in het winkelcentrum Lelycentre en aan de Kust (Bataviahaven).
De parkeerlocaties in het Stadshart en het Lelycentre zijn voor het heffen van parkeerbelasting aangeduid met de kleuren groen, paars, bruin en geel. De parkeerlocatie aan de Kust is voor het heffen van parkeerbelasting aangeduid met de kleur roze.
Alle locaties zijn aangeduid op de aan deze Tarieventabel gehechte en daarvan deel uitmakende kaarten “Gebiedsindeling betaald parkeren Stadshart”, “Gebiedsindeling betaald parkeren Lelycentre” en “Gebiedsindeling betaald parkeren Kust”.
1. Kleurgebied Groen (straatparkeren Stadshart, vooraf betaald parkeren):
de Middenweg, Waagdek, Waagstraat, Parkwijk, Hanzepark, Zuigerplasdreef, Lindelaan, Dukaatweg, Neringweg, Agoraweg, Agorawagenplein, Stationsweg.
2. Kleurgebied Paars (garage / terreinparkeren Stadshart, achteraf betaald parkeren):
Parkeergarage Zilverpark, Parkeergarage Neringweg, Parkeergarage De Waag, Parkeerterrein ziekenhuis.
Noorderwagenplein, het Snijdershof en Maerlant.
Langparkeerterrein Bataviahaven, P6.
Artikel 3. Tarieven voor parkeerautomaten
Uitgezonderd het kleurgebied roze is op zon- en feestdagen geen parkeergeld verschuldigd. Als feestdagen worden aangemerkt: nieuwjaarsdag, koninginnedag, hemelvaartsdag, Pasen, Pinksteren en kerstmis.
Het tarief voor een verloren parkeerticket bedraagt € 10,00. Tussen 00.00 uur en 07.00 uur wordt, aanvullend op het tarief van een dagkaartje, voor het openen van de garage de kosten van het voorrijden/openen garage door het beveiligingsbedrijf in rekening gebracht, zijnde € 75,00 per keer. Deze kosten dienen contant te worden voldaan.
Artikel 4. Tarieven voor parkeervergunningen/parkeerabonnementen
De tariefsstructuur volgt de indeling in categorieën van de vigerende Parkeerverordening.
De tarieven per categorie bedragen dan: