Organisatie | Borger-Odoorn |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening reinigingsheffingen 2014 |
Citeertitel | Verordening reinigingsheffingen 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 02-12-2014 | Vervanging bestaande regeling door een nieuwe | 28-11-2013 Week In Week Uit nr. 51 van 17-12-13 | 13.23320 |
De raad van de gemeente Borger-Odoorn;
gezien het voorstel van het college van burgemeester en wethouders van 06-11-2013 ;
gelet op de artikelen 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
vast te stellen de volgende verordening:
VERORDENING op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en de reinigingsrechten 2014
HOOFDSTUK II AFVALSTOFFENHEFFING
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het feitelijk gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 6 Maatstaf van heffing en tarief
De vaststelling van het totaal per belastingtijdvak ingezamelde gewicht van de periodiek ingezamelde afvalstoffen van een perceel, dat niet behoort tot een groep van percelen, vindt plaats door een optelling van de gewichten van het twee-wekelijks ingezamelde groente-, fruit- en tuinafval van dit perceel in het betreffende belastingtijdvak en een optelling van de gewichten van de twee-wekelijks ingezamelde overige afvalstoffen van dit perceel in het betreffende belastingtijdvak.
Het gewicht van de twee-wekelijks ingezamelde afvalstoffen per inzamelbeurt per perceel, dat niet behoort tot een groep van percelen, wordt vastgesteld als het verschil van het gewicht van de betreffende container vóór lediging en het gewicht na lediging.
Voor de berekening van het gedeelte van de belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.2, onderdelen 1.2.1 en 1.2.2 van de tarieventabel voor een perceel, dat niet behoort tot een groep van percelen, wordt uitgegaan van de gewichten die zijn vastgesteld met behulp van de weegapparatuur op de wegende inzamelauto.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van een belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel volle kalenderweken van de voor een volledig belastingtijdvak verschuldigde belasting als bedoeld in hoofdstuk 1.1 van de tarieventabel, als er in dat belastingtijdvak, na einde van de belastingplicht, nog volle kalenderweken overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 2,50.
HOOFDSTUK III REINIGINGSRECHTEN
Artikel 12 Belastbaar feit en belastingplicht
Belastingplichtig voor de reinigingsrechten is degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of degene die van bezittingen, werken of inrichtingen, bedoeld in artikel 11, gebruik maakt.
Artikel 13 Maatstaf van heffing
De vaststelling van het totaal per belastingtijdvak ingezamelde gewicht van de periodiek ingezamelde afvalstoffen van een bedrijfspand vindt plaats door een optelling van de gewichten van het twee-wekelijks ingezamelde groente-, fruit- en tuinafval van dit bedrijfspand in het betreffende belastingtijdvak en een optelling van de gewichten van de twee-wekelijks ingezamelde overige afvalstoffen van dit bedrijfspand in het betreffende belastingtijdvak.
Het gewicht van de twee-wekelijks ingezamelde afvalstoffen per inzamelbeurt per bedrijfspand wordt vastgesteld als het verschil van het gewicht van de betreffende container vóór lediging en het gewicht na lediging.
Artikel 16 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel volle kalenderweken van de voor een volledig belastingtijdvak verschuldigde rechten als bedoeld in hoofdstuk 2.1 van de tarieventabel, als er in dat belastingtijdvak, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalenderweken overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 2,50.
HOOFDSTUK IV AANVULLENDE BEPALINGEN
Artikel 19 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven voor de heffing en de invordering van de reinigingsheffingen.
De "Verordening reinigingsheffingen 2013", vastgesteld bij raadsbesluit van 29 november 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 21, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Borger-Odoorn van 28-11-2013.
de griffier
H.J. van Olst
de voorzitter
M.L.J. Out
TARIEVENTABEL REINIGINGSHEFFINGEN 2014-01
behorende bij de Verordening reinigingsheffingen 2014
De bedragen genoemd in deze tabel zijn inclusief omzetbelasting indien deze verschuldigd is.