Organisatie | Kaag en Braassem |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Regeling vervangt Verordening afvalstoffen en reinigingsrechten 2013; ingangsdatum heffing is 01-01-2014. Bijlage Tarieventabel
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
25-12-2013 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 16-12-2013 Witte Weekblad, 24-12-2013 | 13.112 |
De raad van de gemeente Kaag en Braassem;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 3 december 2013;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet en artikel 15.33 van de Wet milieubeheer;
VERORDENING OP DE HEFFING EN DE INVORDERING VAN AFVALSTOFFEN-HEFFING EN REINIGINGSRECHTEN 2014 (Verordening afvalstoffenheffing en reinigingsrechten 2014)
Hoofdstuk 2 Afvalstoffenheffing
Artikel 3 Aard van de belasting en belastbaar feit
De afvalstoffenheffing bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 8 Ontstaan van de belastingschuld en heffing naar tijdsgelang
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde belasting als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 10,00.
Artikel 9 Termijnen van betaling
In afwijking van het eerste lid kan de belastingschuldige er ook voor kiezen het op het aanslagbiljet vermelde verschuldigde bedrag of de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso van zijn betaalrekening af te laten schrijven. De aanslagen worden dan betaald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van de dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het kalenderjaar waarin de aanslag is opgelegd overblijven, met dien verstande, dat het aantal termijnen ten minste drie en ten hoogste tien bedraagt. De eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgend op die welke in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Onder de naam 'reinigingsrechten' worden rechten geheven zowel voor het genot van door het gemeentebestuur verstrekte diensten als voor het gebruik van voor de openbare dienst bestemde gemeentebezittingen, werken of inrichtingen die bij de gemeente in beheer of in onderhoud zijn.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.
Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalenderjaar.
De rechten bedoeld in hoofdstuk 4 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Artikel 15 Ontstaan van de belastingschuld en de heffing naar tijdsgelang voor de jaarlijks verschuldigde rechten
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingjaar eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan euro € 10,00.
Artikel 16 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
De rechten bedoeld in hoofdstuk 2 en 4 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij aanvang van de dienstverlening of bij aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
Hoofdstuk 4 Aanvullende bepalingen
Indien strikte toepassing van deze verordening zou leiden tot onvoorziene onbillijkheden van overwegende aard kan het college van burgemeester en wethouders afwijken van het bepaalde in deze verordening.
Artikel 19 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de afvalstoffenheffing en/of reinigingsrechten.
Artikel 20 Inwerkingtreding en citeertitel
De “Verordening op de heffing en invordering van Afvalstoffenheffing en Reinigingsrechten 2013”, vastgesteld bij raadsbesluit 17 december 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in het derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Aldus vastgesteld in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Kaag en Braassem, gehouden op 16 december 2013.
de griffier, de voorzitter,
drs. B.S.M. Sepers
de voorzitter,
mr. K.M. van der Velde-Menting