Organisatie | Drenthe |
---|---|
Organisatietype | Provincie |
Officiële naam regeling | Mandaatbesluit milieutaken directeur Regionale Uitvoeringsdienst Drenthe |
Citeertitel | Mandaatbesluit milieutaken directeur RUD |
Vastgesteld door | gedeputeerde staten |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Deze wijziging van art. 6 van de regeling geldt van 14-9-2015 tot 14-9-2016.
Datum ondertekening inwerkingtredingsbesluit: 18-8-2015
Bron bekendmaking inwerkingtredingsbesluit: Provinciaal blad, 2015, 6026
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
14-09-2015 | art. 6 | 10-08-2015 Provinciaal blad, 2015, 6026 | 2015003613 | ||
01-01-2014 | 14-09-2015 | nieuwe regeling | 10-12-2013 Provinciaal blad, 2013, 58 | 2013008987 |
In dit besluit wordt verstaan onder:
a. mandaat: de bevoegdheid om in naam van een bestuursorgaan besluiten te nemen. Onder mandaat wordt ook begrepen volmacht voor het verrichten van privaatrechtelijke handelingen en machtiging voor verrichten van feitelijke handelingen die noch een besluit noch een privaatrechtelijke rechtshandeling zijn;
b. directeur: de directeur RUD Drenthe;
c. college: het college van Gedeputeerde Staten van Drenthe;
d. de Gemeenschappelijke regeling: de Gemeenschappelijke regeling Regionale Uitvoeringsdienst Drenthe;
e. dagelijks bestuur: het dagelijks bestuur van de Gemeenschappelijke regeling;
f. heffingsambtenaar: de door gedeputeerde staten aangewezen provincieambtenaar belast met de heffing van provinciale belastingen als bedoeld in artikel 227a, tweede lid, onderdeel b, van de Provinciewet;
g. invorderingsambtenaar: de door gedeputeerde staten aangewezen provincieambtenaar belast met de invordering van provinciale belastingen als bedoeld in artikel 227a, tweede lid, onderdeel c, van de Provinciewet;
Artikel 2, Mandaat en ondermandaat
1. De directeur heeft mandaat overeenkomstig de in dit besluit opgenomen mandaatlijst.
2. Het mandaat betreft alle besluiten, voorbereidings- en uitvoeringshandelingen. Daaronder valt ook het sluiten van privaatrechtelijke overeenkomsten voortvloeiend uit de gemandateerde bevoegdheden.
3. De directeur kan voor de in de mandaatlijst genoemde bevoegdheden schriftelijk rechtstreeks ondermandaat verlenen aan medewerkers van de RUD Drenthe, tenzij ten aanzien van een concreet mandaat in de mandaatlijst uitdrukkelijk is uitgesloten. Hierbij kunnen voorwaarden ten behoeve van de verlening aangeven worden.
4. De directeur kan aan de daartoe aangewezen toezichthouders ondermandaat verlenen voor het toepassen van bestuursdwang in spoedeisende gevallen als bedoeld in artikel 5:31 van de Algemene wet bestuursrecht.
5. De directeur draagt zorg voor de bekendmaking van verleende ondermandaten en informeert het college en het dagelijks bestuur hierover.
Artikel 3, Voorschriften bij gebruik mandaat: algemeen
Uitoefening van mandaat vindt plaats binnen:
b. beleid en regelgeving van de deelnemers;
c. afspraken in de dienstverleningsovereenkomsten;
d. binnen dit mandaatbesluit gestelde kaders;
e. het vastgestelde jaarprogramma voor uitvoeringstaken zoals bedoeld in artikel 22, eerste lid, onder n, van de Gemeenschappelijke regeling.
Artikel 4, Vooraf bespreken met bevoegd gezag bij uitoefening mandaat; couleur locale
1. In onderstaande gevallen bespreekt de directeur voorgenomen beslissingen met het college:
a. bij politiek-bestuurlijke en financiële risico's;
b. indien bestuurlijk is aangegeven dat een wijziging, aanvulling of afwijking van het tot dan gevoerde beleid gewenst is dan wel indien het voornemen bestaat tot aanvulling of afwijking van het tot dan gevoerde beleid over te gaan;
c. als de vereiste (interne en/of externe) adviezen niet op elkaar aansluiten;
d. als het voornemen of het ontwerpbesluit ter visie heeft gelegen en daartegen zienswijzen in de zin van artikel 3:15 of artikel 4:9 van de Algemene wet bestuursrecht kenbaar zijn gemaakt;
e. indien het college dit heeft aangegeven;
f. bij twijfel omtrent de reikwijdte/toepassing van het mandaatbesluit.
2. Het niet voldoen aan het bepaalde in het eerste lid leidt niet tot een onbevoegd genomen besluit.
Artikel 5, Wijze van ondertekening bij mandaat
1. Bij een in mandaat genomen besluit vindt ondertekening als volgt plaats.
'Namens het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Drenthe' Bij een privaatrechtelijke rechtshandeling: 'Namens de commissaris van de Koning van de Provincie Drenthe' |
2. Onder een handtekening in de zin van dit besluit wordt mede verstaan een bevoegdelijk geplaatste digitale kopie van de handtekening van de mandaathouder.
3. Indien een ondertekening niet van een handtekening wordt voorzien, wordt onder ondertekening het volgende onderschrift geplaatst: 'Deze brief is digitaal aangemaakt en daarom niet ondertekend'.
Het bevoegd gezag kan via de te sluiten dienstverleningsovereenkomst met de directeur RUD afspraken maken over de wijze van verslaglegging over verleende mandaten.
Artikel 8, Inwerkingtreding en citeertitel
1. Dit mandaatbesluit treedt in werking op 1 januari 2014.
2. Dit mandaatbesluit kan worden aangehaald als: Mandaatbesluit milieutaken directeur RUD Drenthe.
Instemming verleend door de directeur in de vergadering van 16 december 2013
Instemming verleend door het Dagelijks Bestuur in de vergadering van 16 december 2013