Onderwerp: Verordening forensenbelasting 2014
Samenvatting
Deze verordening bevat de voorwaarden en tarieven van heffing en invordering van natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente een hoofdverblijf hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zichzelf of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.
De gemeenteraad van Haaksbergen;
voorstel van het college van: 26 november 2013
wettelijke basis: bepalingen van de Gemeentewet (artikel 223) en de Algemene wet bestuursrecht
besluit:
vast te stellen de
Verordening forensenbelasting 201
4
Artikel 1
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder woning: eengemeubileerde woning als bedoeld in artikel 223 van de Gemeentewet
Belastbaar feit en belastingplicht
Artikel 2
- 1.
Onder de naam 'forensenbelasting' wordt een directe belasting geheven van de natuurlijke personen, die, zonder in de gemeente hoofdverblijf te hebben, er op meer dan 90 dagen van het belastingjaar voor zich of hun gezin een gemeubileerde woning beschikbaar houden.
- 2.
Of iemand in de gemeente hoofdverblijf heeft, wordt naar de omstandigheden beoordeeld.
Artikel 3
Niet belastingplichtig is degene die ter tijdelijke waarneming van een openbare betrekking of ter bijwoning van de vergaderingen van een vertegenwoordigend openbaar lichaam, waarvan hij het lidmaatschap bekleedt, dan wel ingevolge last of bevel van de overheid, buiten de gemeente van zijn hoofdverblijf verblijft.
Maatstaf van heffing en belastingtarief
Artikel 4
- 1.
De belasting wordt geheven naar de heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen zoals die voor het belastingobject waarvan de woning deel uitmaakt voor het belastingjaar is vastgesteld.
- 2.
In geval geen heffingsmaatstaf voor de onroerende-zaakbelastingen is vastgesteld, wordt de belasting geheven naar de waarde.
- 3.
De vaststelling van de waarde bedoeld in het tweede lid geschiedt overeenkomstig de artikelen 220 tot en met 220d van de Gemeentewet, met dien verstande dat daarbij artikel 16, onderdeel e, van de Wet waardering onroerende zaken niet wordt toegepast.
- 4.
De forensenbelasting bedraagt per jaar voor een in artikel 1 bedoelde gemeubileerde woning en
- a.
die deel uitmaakt van een belastingobject waarvan de waarde in het economisch verkeer is vastgesteld met toepassing van artikel 16, onderdeel e, van de Wet waardering onroerende zaken € 165
- b.
waarvan de waarde in het economisch verkeer niet is vastgesteld met toepassing van artikel 16, onderdeel e, van de Wet waardering onroerende zaken met een waarde in het economisch verkeer en waarvan de waarde in het economisch verkeer:
1
|
minder is dan
|
|
€ 61.000
|
|
€ 325
|
2
|
€ 61.000
|
of meer
|
maar minder dan
|
€ 168.000
|
|
€ 495
|
3
|
€ 168.000
|
of meer
|
maar minder dan
|
€ 209.000
|
|
€ 733
|
4
|
€ 209.000
|
of meer
|
maar minder dan
|
€ 271.000
|
|
€ 1.106
|
5
|
€ 271.000
|
of meer
|
maar minder dan
|
€ 333.000
|
|
€ 1.670
|
6
|
€ 333.000
|
of meer
|
maar minder dan
|
€ 394.000
|
|
€ 2.234
|
7
|
€ 394.000
|
of meer
|
maar minder dan
|
€ 456.000
|
|
€ 2.798
|
8
|
€ 456.000
|
of meer
|
|
|
|
€ 3.362
|
Artikel 5
Het belastingjaar is gelijk aan het kalenderjaar.
Artikel 6
De forensenbelasting wordt bij wege van aanslag geheven.
Ontstaan van de belastingschuld
Artikel 7
De belasting is verschuldigd op het moment dat de gemeubileerde woning meer dan 90 dagen in het belastingjaar beschikbaar is gehouden als bedoeld in artikel 2.
Artikel 8
- 1.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen worden betaald in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgend op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de tweede twee maanden later.
- 2.
De Algemene termijnenwet is niet van toepassing op de in het eerste lid gestelde termijnen.
Nadere regels door het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente.
Artikel 9
Het dagelijks bestuur van het Gemeentelijk Belastingkantoor Twente kan nadere regels geven over de heffing en invordering van de forensenbelasting.
Artikel 10
- 1.
De Verordening forensenbelasting 2013 van 19 december 2012 wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
- 2.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 11, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.
Artikel 11
- 1.
Deze verordening treedt in werking op 1 januari 2014.
- 2.
De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.
Artikel 12
Deze verordening wordt aangehaald als: Verordening forensenbelasting 2014.
Aldus besloten in de openbare raadsvergadering van 18 december 2013
mr. G. Raaben dr. J.C. Gerritsen
griffier voorzitter