Organisatie | Waalwijk |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Gemeenschappelijke Regeling Regio Hart van Brabant |
Citeertitel | Gemeenschappelijke Regeling Regio Hart van Brabant |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp |
Geen.
Wet op de gemeenschappelijke regelingen
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 12-09-2013 Gemeenteblad, 26-09-2013 | 2013/036 |
De colleges van burgemeester en wethouders van de gemeenten Dongen, Gilze en Rijen,Goirle, Heusden, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburg en Waalwijk, ieder voorzover hun bevoegdheid betreft;
1) zij op verschillende terreinen gemeenschappelijke belangen hebben en dat zij terbehartiging van deze belangen wensen samen te werken, in het besef dat:
·aard, schaal en mate van samenwerking per taak en/of beleidsterrein
·deze regeling onverlet laat de bevoegdheid en verantwoordelijkheid van elkeafzonderlijke gemeente om ook buiten deze regeling samenwerking te zoeken enregelingen te treffen;
2) zij (met uitzondering van de gemeente Heusden die op dat moment nog geendeelnemer was in de gemeenschappelijke regeling) op 11 november 2009 eenintentieverklaring hebben ondertekend waarin zij uitspraken nadere afspraken te willenmaken over verdere samenwerking, zowel inhoudelijk als organisatorisch;
3) deze intentieverklaring o.a. heeft geleid tot de vaststelling van een agenda voor deregio door vertegenwoordigers uit bedrijfsleven, kennisinstellingen en de gemeentenenerzijds en tot een agenda die gaat over publieke samenwerkingsopgaven en hetoverheidsdeel van de triple helix samenwerking (onderwijs, ondernemers en overheid)anderzijds;
4) de samenwerkende gemeenten Dongen, Gilze en Rijen, Goirle, Hilvarenbeek, Loon opZand, Oisterwijk, Tilburg en Waalwijk, handelend ter uitvoering van een besluit van hetalgemeen bestuur van 24 september 2012, op 13 december 2012 eensamenwerkingsovereenkomst tekenden met de gemeente Heusden om de samenwerkingmet deze gemeente via een groeimodel gedurende het jaar 2013 op beide onder 3)
genoemde agenda’s nadrukkelijk te versterken;
5) het Algemeen Bestuur op 7 februari 2013 besloot de voorstellen voor verbetering vande governance structuur van de publieke samenwerking binnen onderhavigegemeenschappelijke regeling te willen doorvoeren, zoals opgetekend in de notitie‘Governance Hart van Brabant & Midpoint Brabant’;
6) als gevolg van deze veranderingen de gemeenschappelijke regeling Regionaal OverlegMidden-Brabant dient te worden vervangen door een nieuwe gemeenschappelijkeregeling;
7) de gemeenteraden van de gemeenten die deze nieuwe gemeenschappelijke regelingaangaan, hun colleges van burgemeester en wethouders toestemming hebben verleendtot het aangaan ervan;
gelet op de Wet gemeenschappelijke regelingen;
de gemeenschappelijke regeling Regio Hart van Brabant aan te gaan, onder gelijktijdigeintrekking van de gemeenschappelijke regeling Regionaal Overleg Midden-Brabant eneerstgenoemde regeling komt te luiden als volgt:
De regeling heeft als doel om vanuit het beginsel van autonomie van het lokale bestuur:
samen te werken om regionale opgaven te identificeren en op basis daarvan gezamenlijk beleid op te stellen en gezamenlijke projecten te definiëren, te initiëren en uit te voeren, dan wel projecten ter uitvoering op te dragen, aan te bieden of aan te besteden aan gelieerde- en derde partijen, waaronder Midpoint Brabant.
Hoofdstuk 2. Openbaar lichaam, taken en bevoegdheden
De Regio Hart van Brabant heeft als taak:
dat naast informatie-uitwisseling ook is gericht op de afstemming, bijvoorbeeld strekkend tot aanbeveling van beleid dat gemeenten gemeenschappelijk zouden kunnen voeren, of aanbeveling van maatregelen waarvan vastgesteld wordt dat het in het belang van de regio wenselijk is als de individuele gemeenten die nemen;
de door andere overheden, met het oog op de uitvoering van in het kader van deze regeling overeengekomen samenwerkingstaken van twee of meer deelnemende gemeenten toegekende subsidiegelden te besteden en over die besteding overeenkomstig artikel 25 van deze regeling verantwoording af te leggen aan de subsidieverlener.
De taken als bedoeld in het eerste lid worden vermeld in de strategische agenda die een maal per vier jaar, in het jaar na de gemeenteraadsverkiezingen, wordt vastgesteld. Het algemeen bestuur stelt de strategische agenda op en legt deze voor het verkrijgen van zienswijzen voor aan de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten. Vervolgens wordt jaarlijks door het algemeen bestuur een werkplan met bijbehorende begroting opgesteld en voorgelegd aan colleges en raden van de deelnemende gemeenten, om hun zienswijzen te verkrijgen. Ten behoeve van het opstellen van de strategische agenda en het jaarlijkse werkplan raadpleegt het algemeen bestuur de portefeuillehoudersoverleggen.
Hoofdstuk 3. Algemeen bestuur, dagelijks bestuur en voorzitter, samenstelling en werkwijze
Artikel 6. Samenstelling algemeen bestuur en voorzitterschap
Het lidmaatschap van het algemeen bestuur is onverenigbaar met de betrekking van ambtenaar of arbeidscontractant in dienst van het openbaar lichaam dan wel van een van de aan de regeling deelnemende gemeenten, met uitzondering van de bijzondere ambtenaren van de burgerlijke stand en onderwijzend personeel.
Hoofdstuk 4. Bevoegdheden van de bestuursorganen
Artikel 11. Verdeling van de bevoegdheden
Ten aanzien van de bevoegdheden van het bestuur van het openbaar lichaam zijn van overeenkomstige toepassing de regels welke bij of krachtens de Gemeentewet zijn gesteld voor de verdeling van de bevoegdheden van de gemeentebesturen over de gemeentelijke bestuursorganen en voor de uitoefening van die bevoegdheden, evenals voor het toezicht daarop, tenzij daarvan bij of krachtens de Wgr is afgeweken.
Het algemeen bestuur is verantwoordelijk voor het opstellen van een strategische agenda voor de regio. Dit gebeurt elke vier jaar, in het jaar na de gemeenteraadsverkiezingen. Het algemeen bestuur raadpleegt voor het opstellen van die kader stellende agenda de portefeuillehouders en gemeenteraden en biedt de agenda vervolgens voor het verkrijgen van zienswijzen aan die gemeenteraden aan.
Het algemeen bestuur is verantwoordelijk voor de jaarlijkse oplevering van een begroting met actuele uitvoeringsagenda. Het algemeen bestuur bepaalt hierin de besteding van het budget. Het algemeen bestuur vraagt voor het opstellen van de begroting de portefeuillehoudersoverleggen voorstellen te doen voor actualisatie van de uitvoeringsagenda. Het algemeen bestuur haalt voor het vaststellen van de begroting de zienswijzen op van de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten.
Het algemeen bestuur is bevoegd om per project in de strategische agenda een projectopdracht vast te stellen. Dit gebeurt op basis van projectvoorstellen die door de portefeuillehoudersoverleggen worden gedaan. Tevens wordt per project, bij vaststelling van deze opdracht, een regionaal bestuurlijk en ambtelijk opdrachtgever van het project benoemd, evenals een ambtelijk projectleider.
De gemeentelijke overheden participeren via deze gemeenschappelijke regeling voor éénderde deel in het triple helix samenwerkingsverband van de stichting Midpoint Brabant. Het algemeen bestuur integreert de Midpoint Brabant agenda, voor zover het de overheidsinbreng betreft, in de strategische agenda en in de jaarlijkse begroting met uitvoeringsagenda van Regio Hart van Brabant en bepaalt daarmee ook de hoogte van de financiële bijdrage van de overheid aan Midpoint Brabant. Het algemeen bestuur bepaalt welke vertegenwoordigers namens de overheid zitting nemen in het bestuur van Midpoint Brabant.
Art. 12. Verordeningen, dienstverlenings- en/of samenwerkingsovereenkomsten
Het algemeen bestuur is bevoegd verordeningen, dienstverlenings- en/of
samenwerkingsovereenkomsten vast te stellen die noodzakelijk zijn voor de realiseringvan de in artikel 2 aangehaalde doelstellingen en de uitvoering van de in artikel 4genoemde taken.
Hoofdstuk 5. Informatie en verantwoording
Artikel 14. algemeen en dagelijks bestuur ten opzichte van de raden
Het algemeen en dagelijks bestuur geven aan de colleges van burgemeester en wethouders en de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten, gevraagd of ongevraagd, alle inlichtingen die voor een beoordeling van het door het bestuur tevoeren beleid nodig zijn, indien het verstrekken daarvan niet in strijd is met het openbaar belang. Onder ongevraagde aanlevering wordt tenminste de actieve verstrekking verstaan van een:
Het algemeen en dagelijks bestuur geven aan de colleges van burgemeester en wethouders en de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten, gevraagd of ongevraagd, alle inlichtingen die voor een beoordeling van het door het bestuur gevoerde beleid nodig zijn, indien het verstrekken daarvan niet in strijd is met het openbaar belang. Onder ongevraagde aanlevering wordt tenminste de actieve verstrekking of openbaarmaking verstaan van:
Het algemeen en dagelijks bestuur organiseren ten behoeve van informatieuitwisseling twee maal per jaar, eenmaal in het voorjaar en eenmaal in het najaar, een radendag waarop alle gemeenteraadsleden van de deelnemende gemeenten worden uitgenodigd. De radendag is primair bedoeld voor raadsleden, maar collegeleden en gemeentesecretarissen van de deelnemende gemeenten kunnen eveneens aanwezig zijn. Op de radendag in het voorjaar wordt informatie uitgewisseld met betrekking tot de op te stellen begroting met uitvoeringsagenda voor het daaropvolgende kalenderjaar.
Artikel 16. Dagelijks bestuur en voorzitter ten opzichte van het algemeen bestuur
1. De leden van het dagelijks bestuur zijn, tezamen en ieder afzonderlijk, aan het algemeen bestuur verantwoording verschuldigd voor het door hen gevoerde bestuur.
2. Zij geven ongevraagd aan het algemeen bestuur alle informatie die voor een juiste beoordeling van het door het dagelijks bestuur te voeren en gevoerde bestuur nodig is.
Artikel 18. Verenigde Vergadering
Indien tenminste drie raden van de deelnemende gemeenten besluiten dat het, in het kader van de informatie- en verantwoordingsplicht van het algemeen bestuur, noodzakelijk is dat er een vergadering van alle raden van de deelnemende gemeenten bijeenkomt, dan is het algemeen bestuur gehouden deze zogenaamde Verenigde Vergadering bijeen te roepen.
Het verzoek om het bijeenroepen van de Verenigde Vergadering door drie of meer raden van deelnemende gemeenten dient schriftelijk te worden ingediend bij de voorzitter van het algemeen bestuur. De voorzitter is ervoor verantwoordelijk dat de oproeping voor de Verenigde Vergadering binnen acht weken na ontvangst van het verzoek neer is gelegd bij de griffie van elke deelnemende gemeente.
Hoofdstuk 6. Portefeuillehoudersoverleggen
Artikel 19. Portefeuillehoudersoverleggen
1.Het portefeuillehoudersoverleg voorziet in een inhoudelijk overlegplatform tussen de deelnemende gemeenten, per regionaal gedefinieerde beleidsportefeuille. Het overleg is gericht op:
Het algemeen bestuur stelt portefeuillehoudersoverleggen op onderscheiden
Het portefeuillehoudersoverleg kan besluiten bestuurders, vertegenwoordigers of personen werkzaam bij of voor niet aan de regeling deelnemende gemeenten of andere publiek- of privaatrechtelijke rechtspersonen, in daarvoor in aanmerking komende overleggen toe te laten ten behoeve van advies en toelichting.
Het portefeuillehoudersoverleg is verantwoordelijk voor het doen van projectvoorstellen aan het algemeen bestuur en wijst uit haar midden een portefeuillehouder aan die als bestuurlijk opdrachtgever zal fungeren voor het betreffende project. Het projectvoorstel dat ter vaststelling wordt aangeboden aan het algemeen bestuur omvat daarnaast een voorstel voor een ambtelijk opdrachtgever en een ambtelijk projectleider. Het portefeuillehoudersoverleg treedt voor afstemming van de projectopdracht en de bemensing in overleg met de programmamanager, die ten behoeve daarvan in overleg kan treden met de kring gemeentesecretarissen.
Portefeuillehouders vervullen, op voordracht van het algemeen bestuur, de rol van overheidsvertegenwoordiger in de stuurgroepen die Midpoint Brabant per programma opricht en kunnen vanuit die hoedanigheid, samen met stuurgroepleden die onderwijs en bedrijfsleven vertegenwoordigen, opdrachtgever zijn van Midpoint Brabant-projecten. Betreffende portefeuillehouders zijn daarmee verantwoordelijk voor terugkoppeling aan de collega-portefeuillehouders in elk portefeuillehoudersoverleg over de voortgang van Midpoint Brabant-projecten en de afstemming met Regio Hart van Brabant-projecten.
Ten behoeve van informatievoorziening zijn portefeuillehouders verantwoordelijk voor het verzorgen van rapportage over de overlegresultaten uit het portefeuillehoudersoverleg en over de voortgang van regionale projecten uit de portefeuille aan de eigen gemeenteraad, danwel de van toepassing zijnde raadscommissie.
Voor de resultaten van het portefeuillehoudersoverleg is, voor zover het regionale project- en beleidsvoorstellen betreft en voor zover het overlegresultaten betreft die financiële consequenties hebben, besluitvorming door het algemeen bestuur nodig voor het maken van een integrale programmatische afweging. Indien en voor zover betreffende besluitvorming de met de gemeenteraden van de deelnemende gemeenten in het strategisch werkprogramma en de jaarbegroting afgestemde kaders te buiten gaat, is tevens besluitvorming nodig door de organen van de deelnemende gemeenten wier bevoegdheden het betreft. Zonder een zodanige besluitvorming worden de deelnemende gemeenten niet door het overlegresultaat gebonden.
Hoofdstuk 7. Ambtelijke ondersteuning
Het algemeen bestuur draagt de programmamanager op de rol van eerste beleidsadviseur aan het algemeen bestuur te vervullen en verstaat daaronder:
de coördinatie van de jaarlijkse organisatie van vier Hart van Brabantdagen en twee radendagen en daartoe vier voorbereidende overleggen van de kring gemeentesecretarissen en vier voorbereidende overleggen van de ambtelijke coördinatoren voor te bereiden en te organiseren, respectievelijk twee voorbereidende overleggen met de griffiers van de deelnemende gemeenten voor te bereiden en te organiseren;
De gemeente waar de programmamanager in dienst is draagt zorg voor alle reguliere werkgeverslasten betreffende de programmamanager en voor vervanging bij diens afwezigheid vanwege ziekte of om andere redenen. Tevens draagt betreffende gemeente, op basis van een dienstverleningsovereenkomst met Midpoint Brabant, zorg voor een adequate werkplek met alle bijbehorende randvoorwaarden (inclusief automatisering, telefonie, postverwerking, repro, beheer lopend archief) op locatie bij Midpoint Brabant en voor de inhuur van een management assistent die in dienst is bij Midpoint Brabant.
De werkzaamheden ten behoeve van het voeren van de financiële administratie, advies bij het opstellen van de ontwerpbegroting en jaarrekening, controle van de jaarrekening, evenals het beheer van de vermogenswaarden, worden door de programmamanager, op basis van een door hem te sluiten dienstverleningsovereenkomst, opgedragen aan een deelnemende gemeente of aan een derde.
Artikel 21. Kring gemeentesecretarissen
De kring gemeentesecretarissen komt tenminste acht maal per jaar bijeen, en voorts zo dikwijls de voorzitter dit nodig oordeelt dan wel minimaal twee leden daartoe schriftelijk onder opgave van redenen verzoeken. Vier maal per jaar dient de vergadering ter voorbereiding op de vergadering van het algemeen bestuur tijdens de Hart van Brabantdag.
De kring gemeentesecretarissen richt zich in de sturing op advies over voorstellen met organisatorische en personele consequenties voor de gemeentelijke organisatie, hetzij met betrekking tot Regio Hart van Brabant, hetzij Midpoint Brabant. Zulks ongeacht of het beleids- of projectvoorstellen betreft, of uitvoering. De leden van de kring gemeentesecretarissen bewaken tevens de naleving van de in deze gemeenschappelijke regeling vastgelegde afspraken over governance, zowel binnen de eigen gemeentelijke organisatie als binnen het samenwerkingsverband Regio Hart van Brabant.
Hoofdstuk 8. Financiële bepalingen
De deelnemende gemeenten dragen de kosten van de Regio Hart van Brabant, voor zover die niet uit andere middelen wordt gedekt. De kosten van de Regio Hart van Brabant worden door de deelnemende gemeenten gedragen naar rato van het inwonertal. Voor de berekening van het aandeel van iedere gemeente wordt uitgegaan van het inwonertal volgens de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers per 1 januari van het jaar, voorafgaande aan dat, waarvoor de bijdrage verschuldigd is.
De deelnemende gemeenten dragen de kosten verbonden aan het overheidsaandeel in Midpoint Brabant voor zover die niet uit andere middelen worden gedekt. De kosten van Midpoint Brabant worden door de deelnemende gemeenten gedragen naar rato van het inwonertal. Voor de berekening van het aandeel van iedere gemeente wordt uitgegaan van het inwonertal volgens de door het Centraal Bureau voor de Statistiek openbaar gemaakte bevolkingscijfers per 1 januari van het jaar, voorafgaande aan dat, waarvoor de bijdrage verschuldigd is
Van de kosten van de Regio Hart van Brabant maken in ieder geval deel uit de salariskosten en overige uit de rechtspositie voortvloeiende kosten ter zake van de functionarissen als bedoeld in artikel 20 van deze regeling. Evenals het aan hen toe te rekenen aandeel in de vaste organisatie- en huisvestingskosten van de organisatie door wie zij zijn aangesteld of gecontracteerd. Tevens maken hiervan deel uit de directe kosten, uitgezonderd de vaste organisatie- en huisvestingskosten, verband houdende met het opstellen van de ontwerpbegroting en –rekening, het voeren van het financieel beheer van Regio Hart van Brabant en het bewaren van archiefbescheiden.
Wanneer het algemeen bestuur vaststelt dat een gemeenteraad van een deelnemende gemeente niet bereid is het aandeel als bedoeld in artikel 23, eerste en tweede lid van deze regeling op te nemen in de begroting van die gemeente, kan het algemeen bestuur aan Gedeputeerde Staten verzoeken over te gaan tot toepassing van artikel 194 van de Gemeentewet.
Het algemeen bestuur stelt jaarlijks, uiterlijk op 1 juli van het jaar volgend op het jaar waarop deze betrekking heeft, nadat de raden van de deelnemende gemeenten overeenkomstig artikel 35 van de Wet gemeenschappelijke regelingen hun zienswijze naar voren hebben kunnen brengen, het jaarrapport vast.
In afwijking van het gestelde in het zesde lid kan een batig saldo worden bestemd voor dekking van de kosten van het uitvoeringsprogramma van het daarop volgende kalenderjaar, danwel voor de vorming van of toevoeging aan een algemene reserve. Tevens kan een nadelig saldo geheel of gedeeltelijk ten laste worden gebracht van de algemene reserve. Deze reserve mag ten hoogste omvatten 10 procent van de begroting van het jaar, volgend op het jaar waarop de rekening betrekking heeft.
Toelichting op de gemeenschappelijke regeling Regio Hart van Brabant
Regio Hart van Brabant is het publieke samenwerkingsverband van de gemeentenDongen, Gilze en Rijen, Goirle, Heusden, Hilvarenbeek, Loon op Zand, Oisterwijk, Tilburgen Waalwijk.
In november 2009 kreeg de regionale samenwerking een stevige impuls. De
samenwerking tussen de gemeenten onderling, binnen wat destijds Regionaal OverlegMidden-Brabant (ROM) heette, werd geconcretiseerd middels een strategische agenda.
Deze werd in 2011 definitief vastgesteld. Daarnaast werd de (triple-helix) samenwerkingtussen overheid, bedrijfsleven en onderwijs doorontwikkeld en geïnstitutionaliseerd in de(privaatrechtelijke) stichting Midpoint Brabant.
De agenda van de samenwerkende gemeenten omvat enerzijds algemene publiekesamenwerkingsopgaven en anderzijds het gemeentelijke aandeel in de triple helixagenda van Midpoint Brabant.
De focus binnen het platform voor overleg en informatie-uitwisseling dat ROM was kwamsindsdien meer te liggen bij het gezamenlijk formuleren van beleid en het ontwikkelen enopzetten van initiatieven in de vorm van projecten om dat beleid te realiseren.
De verschoven focus van het samenwerkingsverband geeft aanleiding tot actualisatie vande gemeenschappelijke regeling. Met de nieuwe regeling wordt meer ruimte geschapenom regionale opgaven te identificeren en op basis daarvan gezamenlijke projecten tedefiniëren, te initiëren en richting uitvoering te brengen. Met de voorgestelde gewijzigderegeling wordt tevens de naam van het Regionaal Overleg Midden-Brabant (ROM)aangepast naar Regio Hart van Brabant.
In de nieuwe regeling is, rekening houdend met de geldende Wet gemeenschappelijkeregelingen waaronder dit samenwerkingsverband opereert, tevens zeer nadrukkelijkaandacht besteed aan het doorvoeren van noodzakelijke voorstellen ter verbetering vande governance en de democratische legitimatie richting gemeenteraden van de
Midpoint Brabant is het (privaatrechtelijk) samenwerkingsverband van onderwijs,ondernemers en overheid. Via de economische ontwikkelingsprogramma’s van MidpointBrabant onderscheidt de regio zich als dé regio van ‘Social Innovation’.
De overheid is één van de drie participanten in voormeld samenwerkingsverband enorganiseert deze rol via Regio Hart van Brabant. Midpoint Brabant fungeert hiermee alsuitvoeringsorganisatie voor de deelnemende gemeenten in dit samenwerkingsverband.
‘Social Innovation’ werkt het beste als de samenwerkende partners ook zichzelf hebbengeorganiseerd en hun agenda op orde hebben. De ‘O’ van overheid heeft dit geregeld inde gemeenschappelijke regeling Regio Hart van Brabant.
Relatie Regio Hart van Brabant – Midpoint Brabant
Min of meer vergelijkbaar met hoe dat diverse andere regio’s is geregeld, zijnintergemeentelijke samenwerking enerzijds en triple-helix samenwerking anderzijds, innauwe samenhang met elkaar, maar in separate rechtspersonen georganiseerd. Voor alleprojecten die Regio Hart van Brabant ter hand neemt geldt dat het opdrachtgeverschap
bij de overheid ligt. Voor alle projecten van Midpoint Brabant geldt dat het projecten zijnwaarbij het opdrachtgeverschap bij de triple helix ligt; bij onderwijs, ondernemers énoverheid.
Ongeveer de helft van de projecten van Regio Hart van Brabant betreft projecten die deoverheidsbijdrage aan de triple helix programma’s van Midpoint Brabant vormen. DeMidpoint Brabant programma’s zijn hiermee verzekerd van eenduidige ondersteuningdoor de regiogemeenten. De andere helft betreft projecten op het vlak van algemene
publieke samenwerkingsopgaven, zoals de regionale sociale agenda.
Deze wijze van organiseren veronderstelt overigens niet dat de samenwerkendegemeenten geen triple-helix contact aangaan bij de projecten waarvan zij enigopdrachtgever zijn. Integendeel, bedrijfsleven en onderwijs zijn in veel gevallennatuurlijke samenwerkingspartners. Het betekent wel dat tussen Regio Hart van Brabanten Midpoint Brabant goede en regelmatige afstemming nodig is. Niet voor niets zijn de
bureaus van beide rechtspersonen op dezelfde locatie ondergebracht. Het betekent ookdat er projecten zijn waarvan de overheid opdrachtgever is, die voor de uitvoer het besteondergebracht kunnen worden bij Midpoint Brabant. Dit geldt met name voor projectendie expliciet gericht zijn op het stimuleren van de regionale economie en waarbij triplehelix samenwerking een noodzakelijke voorwaarde is. Deze projecten zullen, onder
opdrachtgeverschap van de overheid, gereed gemaakt moeten worden voor uitvoer,alvorens ze ondergebracht kunnen worden bij Midpoint Brabant.
In het voorjaar van 1998 heeft een aantal gemeenten in Midden-Brabant, na het besluittot opheffing van de gemeenschappelijke regeling Samenwerkingsverband Midden-Brabant, besloten tot het aangaan van een nieuwe regeling.
Deze gemeenschappelijke regeling Regionaal overleg Midden-Brabant (ROM) werdaangegaan door de colleges van burgemeester en wethouders en was op de eerste plaatsbedoeld om te fungeren als overlegplatform voor de deelnemende gemeenten. Eind 2000is de regeling gewijzigd en per 1 februari 2001 trad de wijziging in werking.
Deze gemeenschappelijke regeling kende aanvankelijk alleen een ‘lichte’ constructie(zonder openbaar lichaam). Er was uitsluitend een gemeenschappelijk orgaan datverantwoordelijk was voor het creëren en in stand houden van een overlegstructuur(portefeuillehoudersoverleggen). In 2000 bleek deze beperkte setting niet meerhoudbaar. Vanwege het beheer van budgetten en de besteding van subsidiegelden en deverantwoording daarover, was het noodzakelijk dat de regeling (tevens)
rechtspersoonlijkheid zou verkrijgen. Dit werd per 1 februari 2001 gerealiseerd door eenwijziging van de regeling waarbij een openbaar lichaam werd ingesteld.
In 2003 vond de laatste wijziging plaats. Daarbij werd artikel 4, eerste lid sub c.geschrapt. I.v.m. de invoering van het BTW-compensatiefonds was er geen noodzaakmeer tot uitvoering van de regionale Milieuwet.
In 2013 wordt vanwege genoemde veranderde omstandigheden en een noodzaak totdoorvoer van verbeteringen in de governance en democratische legitimatie van hetsamenwerkingsverband een verzoek gedaan door het algemeen bestuur aan de raden tothet verlenen van toestemming voor het aangaan van een nieuwe gemeenschappelijke
regeling, onder intrekking van de oude.
De uitgangspunten van Regio Hart van Brabant zijn:
Het algemeen bestuur heeft primair een coördinerende en initiërende taak. Het algemeenbestuur schept de voorwaarden voor de totstandkoming en het in stand houden van eengoed functionerende overlegstructuur. Het algemeen bestuur bewaakt de continuïteit vanhet overleg, is verantwoordelijk voor de externe communicatie en fungeert als algemeen
aanspreekpunt voor derden over zaken die de intergemeentelijke samenwerkingbetreffen. Het algemeen bestuur maakt daarnaast afspraken voorportefeuilleoverstijgende zaken.
Daarnaast heeft het algemeen bestuur tot taak om verantwoording af te leggen over debesteding van subsidiegelden waarbij verantwoording door een regionale overheid metrechtspersoonlijkheid als eis wordt gesteld.
Binnen de portefeuillehoudersoverleggen vindt vakinhoudelijk overleg plaats. In deregeling is bepaald dat dit overleg de inhoudelijke voorbereiding vormt die kan leiden totbesluitvorming door het algemeen bestuur en/ of tot besluiten van de bevoegdebestuursorganen van de deelnemende gemeenten waardoor deze gemeenten kunnen
Programmamanagement en vakinhoudelijke inbreng
Het bestuur en de portefeuillehoudersoverleggen worden ondersteund door hetprogrammamanagement. De beleidsinhoudelijke voorbereiding en ondersteuning van deportefeuillehoudersoverleggen wordt verzorgd door beleidsambtenaren van dedeelnemende gemeenten zelf.
De Regio Hart van Brabant is een platform voor informatie-uitwisseling en afstemming,en een basis van waaruit concrete projecten kunnen worden opgestart.
In die gevallen waarin een subsidie wordt toegekend voor een samenwerkingstaak alsbedoeld in artikel 4 eerste lid onder b, zal het algemeen bestuur van de Regio Hart vanBrabant verantwoording afleggen over de besteding van de subsidiegelden.
Artikel 3 Openbaar lichaam en bestuursorganen
Met dit artikel wordt het openbaar lichaam ingesteld, in casu feitelijk bestendigdwaardoor er sprake is van een overheidslichaam met rechtspersoonlijkheid.
De taak tot het besteden van subsidiegelden en de verantwoording daarover wordtuitgeoefend in die gevallen waarin een subsidieverlener ten behoeve van een concretesamenwerkingstaak slechts subsidie wenst te verlenen aan een krachtens publiekrechtingestelde regionale rechtspersoon.
Met andere woorden: indien een subsidieverlener (bijvoorbeeld Rijk of provincie) bereidis om een samenwerkingstaak van twee of meer deelnemende gemeenten te subsidiërendoor verstrekking van die subsidie aan die gemeenten zelf, dan is er geen taak voor het
algemeen bestuur op grond van artikel 4 eerste lid onder b van deze regeling.
Tweede lid: de verwijzing naar de artikelen 19 en 20 van de Gemeentewet betreft deoproeping voor de vergadering en het vergaderquorum: de vergadering wordt nietgeopend voordat meer dan de helft van het aantal zitting hebbende leden aanwezig is.
Derde lid: in tegenstelling tot de vergaderingen van het gemeenschappelijk orgaan, eistart. 22, derde lid van de Wet gemeenschappelijke regelingen dat de vergaderingen vanhet algemeen bestuur in beginsel openbaar van karakter zijn.
In het derde lid wordt verwezen naar artikelen van de Gemeentewet: deze artikelenhebben betrekking op oproeping, vergaderquorum, immuniteit voor datgene wat in devergadering wordt gezegd, ordehandhaving, stemming en stemquorum.
Uitgangspunt is dat besluiten genomen worden op basis van absolute meerderheid. Bijeen even aantal stemgerechtigde leden betekent dit dat wordt uitgegaan van de helftplus 1. Bij een oneven aantal stemgerechtigde leden geldt dat de helft plus ½ deabsolute meerderheid vormt.
Aan het dagelijks bestuur zijn in deze gemeenschappelijke regeling geen specifieke takenof bevoegdheden toegedacht, behoudens het bepaalde in artikel 9, lid 3 en artikel 11, lid2.
Artikel 12 Verordeningen, dienstverlenings- en/of
Uit artikel 5 volgt dat verordeningen, dienstverlenings- en/of
samenwerkingsovereenkomsten alleen vastgesteld kunnen worden voor taken die inartikel 4 aan het algemeen bestuur zijn opgedragen.
Ter uitvoering van gesubsidieerde taken als bedoeld in artikel 4 eerste lid onder b kanhet bijvoorbeeld nodig zijn om in een verordening regels te stellen voor de toekenningvan subsidies, het stellen van voorwaarden daarbij en het afleggen van verantwoordingdaarover. Artikel 11 legt hiervoor de basis.
Indien een verordening, dienstverlenings- en/of samenwerkingsovereenkomst gaat overeen uitvoeringstaak waarin niet door alle aan het Hart van Brabant deelnemendegemeenten wordt geparticipeerd, dient deze zodanig te worden geredigeerd dat deze
alleen geldt voor de gemeenten die wel in de betreffende taak deelnemen.
Dit artikel biedt de mogelijkheid om eventueel overeenkomsten aan te gaan metgemeenten die niet aan de regeling deelnemen, maar die wel wensen aan te sluiten bijeen uitvoeringsproject van deelnemende gemeenten. Besluitvorming hierover vindtuiteraard plaats in overeenstemming met het gestelde in artikel 8.
Artikelen 14 t/m 16 informatie en verantwoording
Deze artikelen regelen de informatie- en verantwoordingsplicht die uit een oogpunt vandemocratische legitimatie aan het functioneren van het bestuur worden gesteld en dieverplicht is op grond van de Wet gemeenschappelijke regelingen.
Artikel 18. Verenigde Vergadering
Besluiten die worden genomen in de Verenigde Vergadering hebben uitsluitend, maar welgrote, bestuurlijk-politieke betekenis. Er gaat een belangrijke signaalwerking vanuit naarde bestuursorganen die gerekend worden tot deze gemeenschappelijke regeling(algemeen bestuur en dagelijks bestuur) en naar de portefeuillehoudersoverleggen.
Uitgangspunt is dat besluiten genomen worden op basis van absolute meerderheid. Bijeen even aantal stemgerechtigde leden betekent dit dat wordt uitgegaan van de helftplus 1. Bij een oneven aantal stemgerechtigde leden geldt dat de helft plus ½ deabsolute meerderheid vormt.
Artikel 19 Portefeuillehoudersoverleggen
Het tweede lid bepaalt dat in beginsel één lid van het college van burgemeester enwethouders, te weten de betreffende portefeuillehouder, aan het overleg deelneemt.
Tegen ad hoc deelname aan het overleg door meerdere leden uit een college bestaatgeen bezwaar.
De portefeuillehoudersoverleggen analyseren zelf welke kansen en bedreigingen op hunterrein zich voordoen. En zo ja, welke intergemeentelijke aanpak daarbij past. Deoverleggen worden vakinhoudelijk gesteund door inbreng van de gemeenten zelf.
Artikelen 20 en 21 Ambtelijke ondersteuning
Deze artikelen regelen de ambtelijke ondersteuning. Nadere bepalingen zijn/wordenopgenomen in een dienstverleningsovereenkomst.
In aanvulling op hetgeen gesteld is in artikel 21 hebben gemeentesecretarissen deinspanningsverplichting om twee interne coördinatoren aan te stellen om decommunicatie tussen Regio Hart van Brabant en Midpoint Brabant enerzijds en dedeelnemende gemeenten anderzijds goed te doen verlopen.
Gemeentesecretarissen dragen ten eerste zorg voor de benoeming van een interne Hartvan Brabant coördinator binnen de eigen organisatie. De Hart van Brabant coördinatorverzorgt, in opdracht van de gemeentesecretaris, ambtelijke ondersteuning aan hetcollege van burgemeester en wethouders voor aangelegenheden die de regionalesamenwerking betreffen zoals bedoeld in deze gemeenschappelijke regeling. De interneHart van Brabant coördinator vormt daarnaast een praktisch aanspreekpunt voor de
programmamanager en ziet, in opdracht van de gemeentesecretaris, mee toe op depraktische ambtelijke invulling van de taken en bevoegdheden die volgen uit dezegemeenschappelijke regeling en de strategische agenda, de jaarlijkse begroting metuitvoeringsprogramma en projectopdrachten die eruit voortvloeien.
Gemeentesecretarissen dragen ten tweede zorg voor de benoeming van een interneMidpoint Brabant coördinator binnen de eigen organisatie. De Midpoint Brabantcoördinator verzorgt, in opdracht van de gemeentesecretaris, ambtelijke ondersteuningaan het college van burgemeester en wethouders voor aangelegenheden die de regionale
samenwerking in triple helix verband betreffen zoals belegd bij de stichting MidpointBrabant en vastgelegd in de stichtingsstatuten. De interne Midpoint Brabant coördinatorvormt daarnaast een praktisch aanspreekpunt voor de programmadirecteur van MidpointBrabant en ziet, in opdracht van de gemeentesecretaris, mee toe op de praktischeambtelijke invulling van de taken en bevoegdheden die volgen uit de stichtingsstatutenen het strategische programma, de jaarlijkse begroting met uitvoeringsprogramma enprojecten die eruit voortvloeien.
Deze artikelen regelen de vaststelling van de begroting, de kostentoerekening naar ratovan het inwonertal, de voorschotbetaling en de vaststelling van de rekening. Er is tevenseen inspraakregeling opgenomen voor de raden van de deelnemende gemeenten bij devaststelling van de begroting en de jaarrekening. Deze regeling waarbij de
gemeenteraden – verplicht – in de gelegenheid moeten worden gesteld om eenzienswijze kenbaar te maken is ontleend aan artikel 35 derde lid van de Wgr.
Alle deelnemende gemeenten worden geacht deel te nemen aan de uitvoering van alle inartikel 4 genoemde taken, tenzij hierover in de strategische werkagenda of de jaarlijksebegroting expliciet andere afspraken zijn gemaakt. Zo kan het voorkomen dat met
betrekking tot de samenwerkingstaken als genoemd in artikel 4 in wisselendesamenstelling van gemeenten wordt samengewerkt.
Een eventueel nadelig financieel resultaat van de uitvoering van de taken als genoemd inartikel 4 komt voor rekening van de aan de betreffende taak deelnemende gemeenten enkan niet leiden tot een financiële verplichting voor gemeenten die niet aan de betreffendetaak deelnemen. Zo een nadelig financieel resultaat behoort dan ook niet tot de ‘kosten
van de Regio Hart van Brabant’ als bedoeld in het eerste en tweede lid van dit artikel.
Het bepaalde in artikel 23 laat onverlet dat door Regio Hart van Brabant ook met niet deelnemende gemeenten kan worden samengewerkt en dat daarvoor door het algemeenbestuur op maatwerkbasis afspraken gemaakt worden over kostentoedeling. Dezeafspraken worden vastgelegd in een overeenkomst zoals bedoeld in artikel 13, lid 2.
Artikel 30 Toezending aan Gedeputeerde Staten en aan de gemeenten;
Artikel 26 Wet gemeenschappelijke regelingen verlangt dat in de gemeenschappelijkeregeling een deelnemende gemeente wordt aangewezen – als ‘penvoerende gemeente’ -om (onder andere) de regeling naar het provinciebestuur te zenden.