Organisatie | Wormerland |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand 2013 |
Citeertitel | Verordening langdurigheidstoeslag Wet werk en bijstand 2013 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
art. 5 hardheidsclausule
art. 7 lid 2, artikel 4, eerste lid treedt in werking met ingang van 1 januari 2014.
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2015 | 01-01-2015 | intrekking | 16-12-2014 Gemeenteblad, 22 December 2014 | - | |
13-12-2013 | 01-01-2012 | 01-01-2015 | nieuwe regeling | 26-11-2013 Zaankanter, 11 December 2013 | - |
Hoofdstuk 1. Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
Inkomen: Het inkomen als bedoeld in artikel 32 van de wet, met dien verstande dat voor onderdeel b 'een periode waarover een beroep op bijstand wordt gedaan’ moet worden gelezen ‘de referteperiode’; Een bijstandsuitkering wordt, in afwijking van artikel 32 van de wet, voor de beoordeling van het recht op langdurigheidstoeslag als inkomen gezien;
Personen, die op de peildatum of in de referteperiode een uitkering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 of de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten hebben genoten, worden wel geacht uitzicht op inkomensverbetering te hebben en komen niet voor een langdurigheidstoeslag in aanmerking.
Onder langdurig een laag inkomen wordt verstaan een gemiddeld inkomen per maand dat gedurende de referteperiode niet uitkomt boven 110% van de geldende bijstandsnorm.
Als één van de gehuwden op de peildatum is uitgesloten van het recht op langdurigheidstoeslag ingevolge artikel 11 of artikel 13, lid 1, van de wet komt het rechthebbende echtgenoot in aanmerking voor een langdurigheidstoeslag naar de hoogte die voor hem of haar als alleenstaande of alleenstaande ouder zou gelden.
Door of namens het college van burgemeester en wethouders kan in bijzondere gevallen ten gunste van de belanghebbende worden afgeweken van de bepalingen van deze verordening, indien toepassing hiervan tot onbillijkheden van overwegende aard leidt.