Organisatie | Saba |
---|---|
Organisatietype | Caribisch openbaar lichaam |
Officiële naam regeling | Eilandsverordening regelende de heffing en invordering van een belasting op de verhuur van motorrijtuigen (Verhuurmotorrijtuigenbelastingverordening Saba 1992) |
Citeertitel | Verhuurmotorrijtuigenbelastingverordening Saba 1992 |
Vastgesteld door | Eilandsraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Deze regeling is vastgesteld en in werking getreden vóór 10-10-2010, maar op grond van artikel 7 van de Invoeringswet openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba en de Positieve lijst regelgeving Eilandsraad Saba (AB 2010, no. 6) tevens vastgesteld voor het openbaar lichaam Saba en derhalve met ingang van 10-10-2010 in het openbaar lichaam Saba van toepassing.
De oorspronkelijke grondslag(en) kan men vinden door de regeling te zoeken op 09-10-2010.
Eilandsbesluit houdende algemene maatregelen inzake het vaststellen van het actuele regelingenbestand van het eilandgebied en toekomstig openbaar lichaam Saba voor zover het haar bevoegdheid betreft
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
10-10-2010 | Bestendiging eilandsregeling in het openbaar lichaam | 26-08-2010 A.B. 2010, no. 6 | Onbekend | ||
01-10-1992 | 10-10-2010 | Nieuwe regeling | 30-09-1992 onbekend | 18-09-1992 |
Artikel 1 Begripsomschrijvingen
Voor de toepassing van deze eilandsverordening wordt verstaan onder:
verhuurmotorrijtuigen: alle rij- en voertuigen bestemd om uitsluitend of mede door een mechanische kracht op of aan het rij- of voertuig zelf aanwezig, te worden voortbewegen, die zonder bestuurder worden verhuurd en zijn ingericht voor het vervoer van personen dan wel kennelijk voornamelijk voor dergelijk vervoer worden gebruikt.
Onder de naam ‘verhuurmotorrijtuigenbelasting’ wordt in het eilandgebied Saba een directe belasting geheven op het voor verhuur ter beschikking hebben van een of meer verhuurmotorrijtuigen.
De grondslag van de belasting is het aantal motorrijtuigen dat verhuurder voor verhuur beschikbaar heeft.
De belastingplichtige aan wie geen aangiftebiljet is toegezonden, is verplicht voor 1 februari van het eerstvolgende kalenderjaar bij het hoofd van de afdeling financiën een aangiftebiljet aan te vragen en dit voor 1 maart daaropvolgend, volledig naar waarheid ingevuld en ondertekend, bij het hoofd van deze afdeling in te dienen.
Artikel 12 Ambtshalve vernietiging/vermindering
Het hoofd van de afdeling financiënkan een ten onrechte of tot een te hoogbedrag opgelegde voorlopige of definitieve aanslag ambtshalve vernietigen of verminderen, zolang niet sedert het einde van het jaar waarop de aanslag betrekking heeft vijf jaren zijn verstreken.
Indien enig feit grond oplevert voor het vermoeden dat ten onrechte is afgezien van het opleggen van een aanslag dan wel dat aanslag ten onrechte is vernietigd of verminderd of dat een te lage aanslag is opgelegd, kan het hoofd van de afdeling financiën de te weinig geheven belasting van de belastingplichtige navorderen, zolang niet sedert het einde van het desbetreffende belastingjaar vijf jaren zijn verstreken.
Artikel 14 Registratie/-informatieplicht
De belastingplichtige dient aan het hoofd van de afdeling financiën of aan andere personen die daartoe schriftelijk door het bestuurscollege zijn aangewezen, desverlangd alle inlichtingen te verstrekken en inzage te verlenen in alIe boeken en bescheiden indien hij/zij dit nodig oordelen voor het vaststellen van de in deze verordening vermelde aanslagen.
Niet of niet volledig naleven van de voorschriften van deze verordening of de ter uitvoering daarvan gegeven regels, daarbij inbegrepen de voorschriften die betrekking hebben op het invullen van formulieren en het vervullen van andere formaliteiten, die tot de juiste heffing van de belasting worden gevorderd, wordt gestraft met een hechtenis van ten hoogste twee maanden of een geldboete van ten hoogste vijfduizend gulden.
Indien tijdens het plegen van de overtreding nog geen jaar is verlopen sedert een vroegere veroordeling van de schuldige wegens overtreding van deze verordening onherroepelijk is geworden, of vrijwillig voldaan is aan de voorwaarden, door de bevoegde ambtenaar van het Openbaar Ministerie krachtens artikel 76 van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen gesteld, kan hechtenis of geldboete tot het dubbele van het in het voorgaande lid gestelde maximum worden opgelegd.
Indien door de werkingen enige bepaling van deze verordening een verplichting wordt opgelegd of een bevoegdheid wordt gegeven aan een rechtspersoon, rust de verplichting tevens op respectievelijk komt de bevoegdheid tevens toe aan de bestuurders van de rechtspersoon.