Artikel 1 Begripsbepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder :
- a.
- b.
Commissie : rekenkamercommissie
- c.
Voorzitter : voorzitter van de rekenkamercommissie
- d.
College : college van burgemeester en wethouders
- e.
Rekenkamercommissie : de rekenkamercommissie van de gemeente
Landgraaf
- f.
Samenwerkende gemeenten : de gemeenten waarvan de
rekenkamercommissies samenwerken in het voorzittersoverleg
- g.
Voorzittersoverleg : overleg tussen de voorzitters van de
rekenkamercommissie van de samenwerkende gemeenten.
Artikel 2 Rekenkamercommissie
- 1.
Er is een commissie die door de raad wordt ingesteld en wordt aangeduid
als rekenkamercommissie.
- 2.
De commissie maakt deel uit van het samenwerkingsverband tussen
gemeenten.
- 3.
De commissie heeft als taak het uitoefenen van de rekenkamerfunctie als
bedoeld in art. 81o Gemeentewet.
- 4.
De commissie bestaat uit 4 leden.
Artikel 3 Benoeming leden
- 1.
De raad benoemt de externe voorzitter voor een termijn die de raad in
het besluit van de benoeming opneemt.
- 2.
De raad benoemt 3 leden van de commissie uit zijn midden.
- 3.
De leden van de commissie die tevens raadsleden zijn, worden voor een
periode gelijk aan de zittingsduur van de raad benoemd.
Artikel 4 Externe voorzitter
- 1.
Ten aanzien van de eed/belofte van de externe voorzitter is artikel 81 g
van de wet van overeenkomstige toepassing.
- 2.
De voorzitter draagt zorg voor het tijdig en periodiek bijeenroepen van
de commissie, het leiden van de vergaderingen, het bewaken van de
uitgangspunten en werkwijze en het bevorderen van een zorgvuldige
besluitvorming.
Artikel 5 Ontslag en non-activiteit
- 1.
De raad ontslaat de leden of stelt hen op non-activiteit.
- 2.
Het commissielidmaatschap van een raadslid eindigt:
- a.
- b.
Indien het lid aftreedt als lid van de raad
- c.
Indien de raad van oordeel is dat het lid niet langer geschikt
is de functie van lid van de commissie te vervullen.
- 3.
Het commissielidmaatschap van de voorzitter eindigt:
- a.
- b.
Bij de aanvaarding van een functie die onverenigbaar is met het
lidmaatschap van de commissie.
- c.
Wanneer de voorzitter bij onherroepelijk geworden rechterlijke
uitspraak wegens misdrijf is veroordeeld, dan wel bij zulk een
uitspraak een maatregel is opgelegd die vrijheidsbeneming tot
gevolg heeft.
- d.
Indien de voorzitter bij onherroepelijk geworden uitspraak onder
curatele is gesteld, in staat van faillissement is verklaard,
surséance van betaling heeft verkregen of wegens schulden is
gegijzeld.
- e.
Aan het einde van de benoemingstermijn.
- 4.
De voorzitter kan door de raad ontslagen worden wanneer hij/zij door
ziekte of gebreken blijvend ongeschikt is de functie te vervullen.
Artikel 6 Vergoeding voor werkzaamheden van de voorzitter van de
commissie
- 1.
De voorzitter ontvangt een vergoeding van Euro 50,- per vergaderuur voor
het bijwonen van de vergaderingen van de commissie. Dit bedrag is
inclusief onkostenvergoeding.
- 2.
De voorzitter ontvangt een vergoeding van Euro 80,- per uur voor de
uitvoering van onderzoekswerkzaamheden.
- 3.
De vergoeding genoemd in de eerste 2 leden van dit artikel komen ten
laste van het budget van de commissie.
Artikel 7 Ambtelijke ondersteuning
- 1.
De griffier staat de commissie bij de uitvoering van haar taken terzijde
en treedt gevraagd en ongevraagd op als adviseur van de commissie.
- 2.
Bij de griffie is voor ondersteuning voor onderzoek beschikbaar.
- 3.
De griffie draagt ten behoeve van het onderzoek zorg voor het vergaren
van documenten en planning van de interviews.
Artikel 8 Reglement van orde
De commissie stelt een reglement van orde voor haar vergaderingen en andere
werkzaamheden vast. Zij zendt het reglement onverwijld ter kennisneming naar
de raad.
Artikel 9 Onderwerpselectie en opdrachtverlening
- 1.
De commissie overlegt over onderzoeksonderwerpen met een door de raad
ingestelde commissie, bepaalt de onderwerpen die zij onderzoekt,
formuleert de probleemstelling en stelt de onderzoeksopzet vast waarbij
de relevantie van het onderzoek wordt aangegeven en stemt indien
noodzakelijk hierover af met het voorzittersoverleg.
- 2.
De in het vorige lid bedoelde onderzoeksopzet wordt door de commissie
ter kennisneming aan de raad gestuurd. Daarbij wordt tevens een
indicatie gegeven met betrekking tot de te maken kosten van het
onderzoek.
- 3.
De raad kan de commissie een gemotiveerd verzoek doen tot het instellen
van een onderzoek. De commissie bericht de raad in hoeverre aan dat
onderzoek kan worden voldaan. Indien de commissie niet aan het verzoek
van de raad voldoet, zal zij daarvoor goede gronden aanvoeren.
Artikel 10 Werkwijze / inhoudelijk
- 1.
De commissie is belast met en verantwoordelijk voor de uitvoering,
begeleiding en sturing van het onderzoek volgens de door haar
vastgestelde onderzoeksopzet.
- 2.
De commissie beoordeelt of het wenselijk is de raad tussentijds te
informeren.
- 3.
De commissie is bevoegd bij alle leden van het gemeentebestuur en bij
alle ambtenaren de mondelinge en schriftelijke inlichtingen in te winnen
die zij nodig acht voor de uitvoering van onderzoeken. De leden van het
gemeentebestuur en de ambtenaren van de gemeente zijn verplicht de
gevraagde inlichtingen binnen de door de commissie gestelde termijn te
verstrekken.
- 4.
De commissie kan bij de instellingen zoals bedoeld in artikel 184 lid 1
van de Gemeentewet nadere inlichtingen in te winnen over de
jaarrekeningen, daarop betrekking hebbende rapporten van hen die deze
jaarrekeningen hebben gecontroleerd en overige documenten met betrekking
tot die instelling die bij het gemeentebestuur berusten. Indien een of
meer documenten ontbreken, kan de commissie van de betrokken instelling
de overlegging daarvan vorderen.
- 5.
De commissie kan, indien de documenten, bedoeld in het vorige lid,
daartoe aanleiding geven, bij de betrokken instelling dan wel bij de
derde die de administratie in opdracht van de instelling voert, een
onderzoek instellen. De commissie stelt de raad en het college van haar
voornemen een dergelijk onderzoek in te stellen in kennis.
- 6.
De commissie vergadert zoveel zij nodig acht, ter bespreking van
procedurele en inhoudelijke aspecten van het onderzoek.
- 7.
De commissie vergadert in beslotenheid, haar rapporten zijn openbaar. Op
grond van de belangen genoemd in artikel 10 van de Wet Openbaarheid van
Bestuur kan de commissie rapporten die aan de raad worden voorgelegd of
gedeelten daarvan als geheim aanmerken.
- 8.
De commissie kan openbare informatieve vergaderingen beleggen. De
uitvoering van het onderzoek vindt plaats in afstemming met het
voorzittersoverleg van de samenwerkende gemeenten, met inachtneming van
het beschikbare budget en de daarop gebaseerde planning.
- 9.
De commissie stelt de betrokkenen in de gelegenheid om binnen een door
haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt een feiten
check op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie te plegen.
Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van
onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt wie verder als
betrokkenen worden aangemerkt.
- 10.
De commissie kan de betrokkenen in de gelegenheid stellen om binnen een
door haar te stellen termijn, die tenminste twee weken bedraagt hun
zienswijze op het conceptonderzoeksrapport aan de commissie kenbaar te
maken. Betrokkenen zijn degenen wier taakuitvoering (mede) voorwerp van
onderzoek is of is geweest. De commissie bepaalt wie verder als
betrokkenen worden aangemerkt.
- 11.
Na vaststelling door de commissie worden het onderzoeksrapport en de
nota met conclusie en aanbevelingen, eventueel inclusief de zienswijze
van betrokkenen, zo spoedig mogelijk, onder toezending van een afschrift
aan het college en betrokkenen, aan de raad aangeboden.
Artikel 11 Werkwijze procedureel
- 1.
De leden van de commissie maken openbaar welke andere functies dan het
lidmaatschap van de commissie zij vervullen. Openbaarmaking geschiedt
door ter inzage legging van de in het eerste lid bedoelde functie op het
gemeentehuis.
- 2.
Een lid van commissie is niet tevens burgemeester van dan wel werkzaam
als secretaris, griffier of ambtenaar bij de gemeente voor welke de
rekenkamercommissie functioneert.
- 3.
Voor het bepalen van wat voor de leden van de commissie als verboden
handelingen moet worden aangemerkt, is artikel 15 lid 1 Gemeentewet van
overeenkomstige toepassing.
- 4.
Voor het houden van een stemming is het bepaalde in de Gemeentewet van
overeenkomstige toepassing. Wanneer de stemmen staken, is de stem van de
voorzitter doorslaggevend.
Artikel 12 Budget
- 1.
De commissie is bevoegd binnen een aan haar bij de begroting beschikbaar
gesteld budget uitgaven te doen ten behoeve van de uitvoering van haar
taken.
- 2.
De commissie is voor de besteding van het budget uitsluitend
verantwoording verschuldigd aan de raad.
- 3.
Het budgetbeheer van de commissie ligt in formele zin bij de voorzitter
van de commissie en in materiële zin bij de griffier.
- 4.
De commissie verantwoordt de baten en lasten van het vorig
begrotingsjaar in het jaarverslag aan de raad.
- 5.
Ten laste van het in lid 1 bedoelde budget worden de kosten gebracht van
:
- a.
De vergoeding van de voorzitter;
- b.
Externe deskundigen die door de commissie zijn
ingeschakeld;
- c.
De kosten van de ambtelijk secretaris zoals bedoeld in artikel
7;
- d.
Ambtelijke ondersteuning zoals bedoeld in artikel 8 van deze
verordening;
- e.
Eventuele uitgaven die de commissie nodig acht voor de
uitoefening van haar taak.
- 6.
Na afloop van een boekjaar wordt door secretariaathoudende gemeente - op
basis van verdeelsleutels naar rato van inwoneraantal van de
samenwerkende gemeenten - de gezamenlijk gemaakte kosten in rekening
gebracht bij de deelnemende gemeenten.
- 7.
De administratie van baten en lasten, alsook de financiële
verantwoording daarover, vindt plaats via de gemeentelijke boekhouding
waaronder inbegrepen begroting en jaarstukken.
Artikel 13 Samenwerking
- 1.
De Rekenkamercommissies van de gemeenten Brunssum, Heerlen, Landgraaf,
Schinnen en Voerendaal werken samen in het voorzittersoverleg.
- 2.
Het doel van deze samenwerking is te zorgen voor een efficiënte en
kwalitatief hoogwaardige onderzoekspraktijk.
- 3.
Om dit doel te bereiken maken de voorzitters afspraken over:
- a.
- b.
de inhuur, inzet en uitwisseling van onderzoekers;
- c.
de planning en de voortgang van de onderzoeken;
- d.
de totstandkoming van de onderzoeksrapporten;
- e.
kostenefficiency en kostenbewaking;
- f.
deskundigheidsbevordering.
Artikel 14 Ondersteuning voorzittersoverleg
- 1.
Het voorzittersoverleg wordt met maximaal 0,2 fte ondersteund door de
secretaris, zijnde een griffiemedewerker van een gemeente waarvan de
Rekenkamercommissie deelneemt aan de samenwerking.
- 2.
De deelnemende Rekenkamercommissies dragen ieder evenredig bij aan de
kosten van deze ondersteuning en worden door de secretariaat voerende
griffie in rekening gebracht.
- 3.
Andere kosten ten gevolge van de samenwerking worden naar rato van het
inwonersaantal over de samenwerkende gemeenten verdeeld.
- 4.
Bij de toe- of uittreding regelt het voorzittersoverleg de hiermee
gepaard gaande kostenverdeling.
Artikel 15 Secretaris voorzittersoverleg
- 1.
De secretaris staat het voorzittersoverleg bij de uitvoering van haar
taken terzijde.
- 2.
De secretaris wordt gehuisvest bij een van de bureaus van de griffie van
de samenwerkende gemeenten.
- 3.
De secretaris legt rechtstreeks verantwoording af aan het
voorzittersoverleg over de wijze waarop de ondersteunende taken worden
verricht.
- 4.
De secretaris draagt zorg voor de planning, opstellen van jaarplannen en
jaarverslagen, vorming van dossiers en ondersteuning aan het
voorzittersoverleg.
- 5.
De commissie kan in voorkomende gevallen een beroep doen op het
voorzittersoverleg.
Artikel 16 Toe- en uittreding
- 1.
De raad van een gemeente, die wenst toe of uit te treden, richt het
verzoek terzake aan de voorzitters van het samenwerkingsverband.
- 2.
Het verzoek wordt binnen 3 maanden door de voorzitters van het
samenwerkingsverband doorgestuurd aan de deelnemende
rekenkamercommissies.
- 3.
Bij toe- of uittreding stellen de voorzitters van het
samenwerkingsverband de verplichtingen voor de betreffende gemeente
vast. Zij voeren hiertoe overleg met de reeds deelnemende
rekenkamercommissies.
- 4.
De toetreding of de uittreding gaat in op 1 januari van het jaar
volgende op het jaar waarin is voldaan aan de vereisten zoals gesteld
door de voorzitters van het samenwerkingsverband.
Artikel 17 Inwerkingtreding nieuwe en intrekking oude verordening
- 1.
Deze verordening treedt met terugwerkende kracht in werking vanaf 1 juli
2013.
- 2.
Op dat moment de “Verordening gemeentelijke rekenkamercommissie
Landgraaf”” ingetrokken.
Artikel 18 Citeertitel
Deze verordening kan worden aangehaald als “Verordening rekenkamercommissie
gemeente Landgraaf 2013”.