Organisatie | Groningen (Gr) |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand |
Citeertitel | Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp | Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand |
Externe bijlagen | Toelichting Artikelsgewijze toelichting exb-2017-54762 exb-2017-54763 |
Voor het eerst vastgesteld bij raadsbesluit van 27 oktober 2004, gemeenteblad, 2004, 57
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
21-12-2012 | 01-01-2012 | 01-01-2015 | hoofdstuk 4a vervallen | 28-11-2012 Gemeenteblad, 2012, 125 | GR 12.3352068 |
01-01-2012 | 01-01-2012 | nieuw hoofdstuk 4a, art. 6a, en 6c | 25-01-2012 Gemeenteblad, 2012, 12 | GR 11.2888407 | |
01-01-2005 | 01-01-2012 | nieuwe regeling | 27-10-2004 Gemeenteblad, 2004, 57 | Rb 106 |
DE RAAD VAN DE GEMEENTE GRONINGEN,
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 13 april 2010;
gelet op artikel 147, eerste lid van de Gemeentewet en artikel 8, eerste lid onderdeel c Wet werk en bijstand;
overwegende dat het noodzakelijk is het verstrekken van toeslagen en het verlagen van uitkeringen van personen van 21 jaar of ouder doch jonger dan 65 jaar bij verordening te regelen;
de Wijzigingsverordening Verordening toeslagen en verlagingen Wet werk en bijstand vast te stellen.
Hoofdstuk 1 Algemene bepalingen
In deze verordening wordt verstaan onder:
alleenstaande ouder : de ongehuwde die de volledige zorg heeft voor een of meer tot zijn last komende kinderen en geen gezamenlijke huishouding voert met een ander tenzij het betreft een bloedverwant in de eerste graad of een bloedverwant in de tweede graad indien één van de bloedverwanten in de tweede graad verzorgingsbehoeftige is;
schoolverlater : de persoon die bijstand aanvraagt, indien hij in de zes maanden voorafgaande aan de toekenning van de algemene bijstand de deelname heeft beëindigd aan onderwijs of een beroepsopleiding waarvoor aanspraak bestond op studiefinanciering op grond van de Wet studiefinanciering 2000 of een tegemoetkoming in de onderwijsbijdrage en schoolkosten op grond van hoofdstuk 4 van de Wet tegemoetkoming onderwijsbijdrage en schoolkosten. Het aanmerken als schoolverlater eindigt zes maanden na het beëindigen van voornoemd onderwijs of beroepsopleiding;
Hoofdstuk 3 Criteria voor het verhogen van de bijstandsnorm
De bijstandsnorm, als bedoeld in artikel 21 in paragraaf 3.2 van Hoofdstuk 3 WWB, wordt verhoogd met een toeslag indien de alleenstaande of de alleenstaande ouder hogere algemeen noodzakelijke kosten van het bestaan heeft dan waarin de bijstandsnorm voorziet, als gevolg van het niet of niet geheel kunnen delen van deze kosten met een ander.
Burgemeester en wethouders zijn belast met de uitvoering van het bepaalde in deze verordening.
Deze verordening kan worden aangehaald als: de Verordening toeslagen en verlagingen Wet Werk en Bijstand.
De Verordening toeslagen en verlagingen Algemene bijstandswet wordt ingetrokken per 1 januari 2005, met dien verstande dat deze verordening van toepassing blijft op belanghebbenden die op het moment van inwerkingtreding van de Verordening toeslagen en verlagingen Wet Werk en Bijstand in aanmerking komen voor bijstand naar de in § 3.2 van Hoofdstuk 3 van de wet aangegeven norm met in aanvulling daarop een toeslag die geldt voor een alleenstaande of alleenstaande ouder en die wordt aangemerkt als schoolverlater als bedoeld in artikel 28 van de wet.
Gedaan te Groningen in de openbare raadsvergadering van 27 oktober 2004.
De voorzitter, De griffier,
J. Wallage. D.H. Vrieling.