Ziet u een fout in deze regeling? Meld het ons op regelgeving@overheid.nl!
Gemeente Ferwerderadiel

Verordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2014

Wetstechnische informatie

Gegevens van de regeling
OverheidsorganisatieGemeente Ferwerderadiel
Officiële naam regelingVerordening op de heffing en invordering van lijkbezorgingsrechten 2014
CiteertitelVerordening lijkbezorgingsrechten 2014
Vastgesteld doorgemeenteraad
Onderwerpfinanciën en economie
Eigen onderwerp

Opmerkingen met betrekking tot de regeling

De “Verordening lijkbezorgingsrechten 2013” van 20 december 2012, nr. 11/57i.12, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Wettelijke grondslag(en) of bevoegdheid waarop de regeling is gebaseerd

Gemeentewet, art. 229, lid 1

Regelgeving die op deze regeling is gebaseerd (gedelegeerde regelgeving)

Geen.

Overzicht van in de tekst verwerkte wijzigingen

Datum inwerking-

treding

Terugwerkende

kracht tot en met

Datum uitwerking-

treding

Betreft

Datum ondertekening

Bron bekendmaking

Kenmerk voorstel

01-01-201401-01-2015Herziening

19-12-2013

Dockumer courant, 31-12-2013

11/64i.13
01-01-201301-01-2014nieuwe regeling

20-12-2013

Gemeenteblad, t.w. Sawn Stjerren Nijs

11/57.12
01-01-201201-01-2013nieuwe regeling

15-12-2011

Gemeenteblad, t.w. Sawn Stjerren Nijs dd 21-12-2011

9/57.11
23-12-201001-01-2012nieuwe regeling

16-12-2010

Nieuwe Dockumer Courant dd. 22-12-2010

8/66.10
23-12-201001-01-2012nieuwe regeling

16-12-2010

Nieuwe Dockumer Courant dd. 22-12-2010

8/66.10
23-12-200901-01-2011nieuwe regeling

22-12-2009

Nieuwe Dockumer Courant dd. 22-12-2009

12/61.09

Tekst van de regeling

De raad van de gemeente Ferwerderadiel;

gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders d.d. 23 november 2013, nummer 11/64i.13;

gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;

vast te stellen de:

Artikel 1

Begripsomschrijvingen

a.begraafplaats:de gemeentelijke begraafplaats te Burdaard
b.eigen graf:een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor aan een natuurlijk of rechtspersoon het uitsluitend recht is verleend tot:
     het doen begraven en begraven houden van lijken;
     het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
c.algemeen graf:een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen begraven van lijken.
d.eigen urnengraf:een graf, grafkelder daaronder begrepen, waarvoor bepaalde of onbepaalde tijd het uitsluitend recht is verleend tot:
     het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen;
e.algemeen urnengraf:een graf bij de gemeente in beheer waarin aan een ieder gelegenheid wordt geboden tot het doen bijzetten van asbussen met of zonder urnen.
f.asbus:een bus ter berging van as van een overledene.
g.urn:een voorwerp ter berging van één of meer asbussen.

Artikel 2

Belastbaar feit

Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.

Artikel 3

Belastingplicht

De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruik maakt.

Artikel 4

Maatstaf van heffing en belastingtarief

  • 1.

    De rechten worden geheven naar de maatstaven en de tarieven, opgenomen in de bij deze verorde-ning behorende tarieventabel.

  • 2.

    Voor de berekening van de rechten wordt een gedeelte van een in de tarieventabel genoemde een-heid als een volle eenheid aangemerkt.

Artikel 5

Belastingjaar

  • 1.

    Met betrekking tot de rechten die per jaar worden geheven is het belastingjaar gelijk aan het kalen-derjaar.

  • 2.

    Met betrekking tot de rechten genoemd in hoofdstuk 4.3 van de tarieventabel is het belastingtijdvak gelijk aan de periode waarvoor wordt afgekocht.

Artikel 6

Wijze van heffing

  • 1.

    De onderhoudsrechten, bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel, worden geheven bij wege van aanslag.

  • 2.

    Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekend gemaakt.

Artikel 7

Ontstaan van de belastingschuld.

  • 1.

    De onderhoudsrechten, als bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van het belastingjaar of, zo dit later is, bij de aanvang van de belastingplicht

Artikel 8

Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten

Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 4.2 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.

Artikel 9

Termijnen van betaling

  • 1.

    In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de rechten worden betaald binnen veertien dagen na de dagtekening van het aanslagbiljet of de schriftelijke kennisgeving.

  • 2.

    In afwijking van het 1e lid moet het recht, als bedoeld in onderdeel 4.2 van de tarieventabel, worden betaald in vier gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt 1 maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens twee maanden later.

  • 3.

    In afwijking van het 2e lid geldt, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso van de betaalrekening van de belastingplichtige kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen. De eerste termijn vervalt 1 maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.

  • 4.

    De Algemene Termijnenwet is niet van toepassing op de in de vorige leden gestelde termijnen.

Artikel 10

Kwijtschelding

Bij de invordering van de lijkbezorgingsrechten wordt geen kwijtschelding verleend.

Artikel 11

Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders

Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van de rechten.

Artikel 12

Overgangsrecht

De “Verordening lijkbezorgingsrechten 2013” van 20 december 2012, nr. 11/57i.12, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 13, derde lid genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.

Artikel 13

Inwerkingtreding

  • 1.

    Deze verordening treedt in werking met ingang van de eerste dag na die van de bekendmaking.

  • 2.

    In afwijking in zoverre van het in artikel 12 en in voorgaand lid bepaalde, blijft, indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in het vierde lid genoemde datum van ingang van de heffing, de ingetrokken verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten, voor zover ter zake daarvan de heffing van de rechten in die periode plaatsvindt.

  • 3.

    De datum van ingang van de heffing is 1 januari 2014.

Artikel 14

Citeertitel

Deze verordening kan worden aangehaald als "Verordening lijkbezorgingsrechten 2014”.

JD

ALDUSbesloten in de openbare vergadering van de raad van de gemeente Ferwerderadiel van 19 december 2013.
   
   
 ,voorzitter.
   
   
 ,griffier.

Tarieventabel

behorende bij de ‘Verordening lijkbezorgingsrechten 2014’.

Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten

1.1Voor het verlenen van het uitsluitend recht op een graf wordt geheven:
1.1.1voor een periode van 20 jaar € 525,00
1.1.2voor een periode van 30 jaar € 815,00
1.2voor het verlenen van het uitsluitend recht op een urnengraf wordt geheven:
1.2.1voor een periode van 20 jaar € 525,00
1.2.2voor een periode van 30 jaar € 815,00

Hoofdstuk 2 Begraven

2.1Voor het begraven of herbegraven van een lijk van een persoon van 12 jaar of ouder wordt geheven € 600,00.
2.2Voor het begraven of herbegraven van een lijk van een kind beneden een jaar wordt geheven € 150,00.
2.3Voor het begraven of herbegraven van een lijk van een kind beneden 12 jaar wordt geheven € 300,00.

Hoofdstuk 3 Bijzetten van asbussen en urnen

Voor het bijzetten van een asbus of urn wordt geheven

3.1 in een eigen graf € 260,00
3.2in een algemeen graf € 260,00.

Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud

4.1 Een recht wordt geheven:
4.1.1voor het stichten van een grafkelder € 210,00
4.1.2voor het stichten van een urnenbewaarplaats, geen grafkelder zijnde € 105,00
4.1.3voor het plaatsen van een zerk € 417,00
4.1.4voor het plaatsen van een hekwerk of afscheiding € 417,50
4.2voor het door de gemeente onderhouden van de algemene begraafplaats wordt geheven per graf per jaar € 41,25
4.3. het recht als bedoeld in onderdeel 4.2 kan voor bepaalde tijd worden afgekocht door voldoening van een som ineens:
4.3.1 als het verleende uitsluitend recht op een graf een resterende looptijd heeft korter dan 20 respec-tievelijk 30 jaar, bedraagt de afkoopsom het aantal op het tijdstip van afkoop nog te verschijnen belastingbedragen maal het voor het jaar van afkoop geldende onderhoudsrecht in overige gevallen:
4.3.2voor 20 jaar€ 825,00
4.3.3voor 30 jaar € 1.237,50

Hoofdstuk 5 Inschrijven en overboeken van eigen graven en urnennissen

5.1Voor het inschrijven en overboeken van eigen graven in een daartoe bestemd register wordt per graf geheven € 51,75
5.2Voor het inschrijven en overboeken van eigen urnengraven in een daartoe bestemd register wordt per graf geheven € 51,75.

Hoofdstuk 6 Opgraven

6.1Voor het opgraven van een lijk wordt geheven € 785,00.

 Behoort bij raadsbesluit van 19 december 2013, nr. 64i.
 Mij bekend,
 De griffier van de gemeente Ferwerderadiel,