Organisatie | Veldhoven |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en invordering van afvalstoffenheffing 2014 |
Citeertitel | Verordening afvalstoffenheffingen 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | Tarieventabel |
Geen
Regeling m.b.t. de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2014 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 12-11-2013 De Ahrenberger, 20-11-2013 | 13.100 |
HOOFDSTUK I. ALGEMENE BEPALINGEN.
Artikel 2. Begripsomschrijvingen.
Voor de toepassing van deze verordening wordt verstaan onder:
● “gebruik maken”: gebruik maken in de zin van artikel 15.33 Wet milieubeheer;
● G.F.T.-container: een container bestemd voor de afvoer van groente-, fruit- en tuinafval;
● gewone container: een container bestemd voor het overige afval, met een maximale inhoud van 0,24 m3.
● ondergrondse container: een container bestemd voor het overige afval, welke ondergronds is aangelegd en toegankelijk via een inzamelklep.
HOOFDSTUK II. AFVALSTOFFENHEFFING.
Artikel 3. Aard van de belasting en belastbaar feit.
De afvalstoffenheffing als bedoeld in deze verordening en de daarbij behorende tarieventabel wordt naar afzonderlijke grondslagen geheven ter zake van het gebruik maken van een perceel ten aanzien waarvan krachtens de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
De belasting wordt geheven van degene die in de gemeente naar de omstandigheden beoordeeld al dan niet krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht gebruik maakt van een perceel ten aanzien waarvan ingevolge de artikelen 10.21 en 10.22 van de Wet milieubeheer een verplichting tot het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen geldt.
Artikel 5. Maatstaf van heffing en belastingtarief.
De belasting wordt geheven naar de maatstaven en de tarieven opge-
nomen in de bij deze belastingverordening behorende tarieventabel.
Artikel 5a. Lastenvermindering.
De belasting, berekend op grond van de bij deze verordening behorende tarieventabel, wordt verminderd met een bedrag van € 33,80 indien de belastingplicht is aangevangen op 1 januari 2014.
Artikel 9. Termijnen van betaling.
In afwijking van het eerste lid geldt, dat indien het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen, of als het aanslagbiljet maar één aanslag bevat en het bedrag daarvan minder is dan € 1.600,00 en zolang de verschuldigde bedragen door middel van auto- matische incasso van de betaalrekening van de belastingplichtige kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden be- taald in zoveel gelijke termijnen als er na de maand van dagtekening van het aanslagbiljet nog maanden in het kalenderjaar overblijven, met dien verstande, dat het aantal termijnen tenminste vijf en ten hoogste elf bedraagt. De eerste termijn vervalt een maand na de dagtekening van het aanslagbiljet en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
HOOFDSTUK III. AANVULLENDE BEPALINGEN.
Artikel 10. Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders.
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven
met betrekking tot de heffing en invordering van de afvalstoffenheffingen.