Organisatie | Rheden |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2014 (Verordening lijkbezorgingsrechten Rheden 2014) |
Citeertitel | Verordening lijkbezorgingsrechten Rheden 2014 |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp |
Geen
Gemeentewet, art. 229, lid 1
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
01-01-2016 | 01-01-2018 | tarieventabel | 03-11-2015 Elektronisch Gemeenteblad, 16-11-2015 | Geen | |
01-06-2015 | 01-01-2016 | tarieventabel, 1.11, 1.12, 2.8, 8.3.1 en 8.3.2 | 26-05-2015 Elektronisch Gemeenteblad, 01-06-2015 | Geen | |
01-01-2015 | 01-06-2015 | tarieventabel | 16-12-2014 Elektronisch Gemeenteblad, 23-12-2014 | Geen | |
01-01-2014 | 01-01-2015 | Nieuwe regeling | 17-12-2013 Regiobode, 24-12-2013 | Geen |
De raad van de gemeente Rheden;
gelezen het voorstel van burgemeester en wethouders van 12 november 2013;
gelet op artikel 229, eerste lid, aanhef en onderdelen a en b, van de Gemeentewet;
vast te stellen de volgende verordening: Verordening op de heffing en de invordering van lijkbezorgingsrechten 2014 (Verordening lijkbezorgingsrechten Rheden 2014)
Deze verordening verstaat onder:
particuliere urnennis: een nis in beheer bij de houder van de begraafplaats, waarvoor het gebruiksrecht is verleend aan een natuurlijk persoon of rechtspersoon tot het doen bijzetten en bijgezet houden van asbussen met of zonder urnen; een urnenmis maakt onderdeel uit van een urnenmuur of een urnenwand c.q. zuil;
Op basis van deze verordening worden rechten geheven voor het gebruik van de begraafplaats en voor het door de gemeente verlenen van diensten in verband met de begraafplaats.
De rechten worden geheven van degene op wiens aanvraag dan wel ten behoeve van wie de dienst wordt verricht of van degene die van de bezittingen, werken of inrichtingen gebruikmaakt.
Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel worden geheven door middel van een gedagtekende schriftelijke kennisgeving waarop het gevorderde bedrag is vermeld. Het gevorderde bedrag wordt door toezending of uitreiking van de schriftelijke kennisgeving aan de belastingschuldige bekendgemaakt.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak aanvangt zijn de rechten bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel verschuldigd voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na de aanvang van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden overblijven.
Indien de belastingplicht in de loop van het belastingtijdvak eindigt, bestaat aanspraak op ontheffing voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel voor zoveel twaalfde gedeelten van de voor dat jaar verschuldigde rechten als er in dat jaar, na het einde van de belastingplicht, nog volle kalendermaanden over blijven, tenzij het bedrag van de ontheffing minder bedraagt dan € 2,50.
Voor belastingaanslagen tot € 9,00 voor de rechten bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 van de tarieventabel vindt geen invordering plaats. Voor de toepassing van de vorige volzin wordt het totaal van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen lijkbezorgingsrechten of andere heffingen aangemerkt als één belastingaanslag.
Artikel 9 Ontstaan van de belastingschuld voor de overige rechten
Andere rechten dan die bedoeld in hoofdstuk 4.2, 4.3 en 4.4 en hoofdstuk 5 van de tarieventabel zijn verschuldigd bij de aanvang van de dienstverlening of bij de aanvang van het gebruik van de bezittingen, werken of inrichtingen.
In afwijking van artikel 9, eerste lid, van de Invorderingswet 1990 moeten de aanslagen bedoeld in hoofdstuk 4.2 en 4.3 en 4.4 van de tarieventabel worden betaald in geval dat:
het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen lijkbezorgingsrechten of andere heffingen € 60,00 of minder is, in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de volgende termijn een maand later;
het totaalbedrag van de op één aanslagbiljet verenigde aanslagen lijkbezorgingrechten of andere heffingen meer dan € 60,00 is, maar minder dan € 4.538,00 in twee gelijke termijnen waarvan de eerste vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en de volgende termijn een maand later;
In gevallen bedoeld in het eerste lid onder b geldt in afwijking van het aldaar bepaalde, zolang de verschuldigde bedragen door middel van automatische incasso van de betaalrekening van de belastingplichtige kunnen worden afgeschreven, dat de aanslagen moeten worden betaald in acht gelijke termijnen waarvan de eerste termijn vervalt op de laatste dag van de maand volgende op de maand die in de dagtekening van het aanslagbiljet is vermeld en elk van de volgende termijnen telkens een maand later.
Artikel 11 Nadere regels door het college van burgemeester en wethouders
Het college van burgemeester en wethouders kan nadere regels geven met betrekking tot de heffing en de invordering van
De ‘Verordening lijkbezorgingsrechten Rheden 2008’ van 18 december 2007, laatstelijk gewijzigd bij raadsbesluit van 18 december 2012, wordt ingetrokken met ingang van de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, met dien verstande dat zij van toepassing blijft op de belastbare feiten die zich voor die datum hebben voorgedaan.
Indien de datum van inwerkingtreding van deze verordening ligt na de in artikel 14, tweede lid, genoemde datum van ingang van de heffing, blijft de in het eerste lid genoemde verordening gelden voor de in de tussenliggende periode plaatsvindende belastbare feiten voor zover de heffing van de rechten hiervoor in die periode plaatsvindt.
Hoofdstuk 1 Verlenen van rechten
Hoofdstuk 4 Grafbedekking en onderhoud
Hoofdstuk 6 Inschrijven en overboeken van particuliere graven en particuliere urnennissen
Voor het inschrijven en overboeken van particuliere graven en particuliere urnennissen in een daartoe bestemd register wordt geheven |