Organisatie | Dordrecht |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Mandaatbesluit Omgevingsdienst ZHZ 2013 gemeente Dordrecht |
Citeertitel | Mandaatbesluit Omgevingsdienst ZHZ 2013 gemeente Dordrecht |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | bestuur en recht |
Eigen onderwerp | |
Externe bijlage | i244241.pdf |
Geen.
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
05-12-2013 | 18-04-2019 | Nieuwe regeling | 19-11-2013 Gemeentenieuws, 2013-12-04 | SO/ 1101620 |
Het COLLEGE van BURGEMEESTER en WETHOUDERS van de gemeente DORDRECHT;
gezien het voorstel d.d. 31 oktober 2013 inzake actualisatie mandaatbesluit
- de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid;
- afdeling 10.1.1 van de Algemene wet bestuursrecht;
vast te stellen het navolgende
Aan de directeur wordt, voor zover het bevoegdheden van het college betreft, in mandaat opgedragen de bevoegdheid tot het aanvragen van subsidies, bedoeld in artikel 4:21 van de Algemene wet bestuursrecht, namens de gemeente, ten behoeve van de uitvoering van de programmataken, bedoeld in artikel 4, eerste lid, van de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Zuid-Holland Zuid, mits en voor zover de vertegenwoordiger van de gemeente in het algemeen bestuur heeft aangeven akkoord te gaan met het aanvragen van de betreffende subsidie namens zijn gemeente.
Indien ten gevolge van wijziging van wetten alsmede uitvoeringsbesluiten, circulaires, beleidsregels en regelingen uitvoerende werkzaamheden als bedoeld in de bij dit besluit behorende mandaatlijst gaan strekken ter uitvoering van een andere regeling dan ter uitvoering waarvan zij ten tijde van het in werking treden van dit besluit strekten, dan wel indien in deze werkzaamheden ten gevolge van een dergelijke wijziging veranderingen optreden, blijven zij, voor zover hun strekking en omvang door die wijziging niet wezenlijk veranderen, behoren tot de taken zoals genoemd in de bij dit besluit behorende mandaatlijst, die aan de Omgevingsdienst zijn opgedragen.
Onverminderd het eerste lid, heeft de directeur een aan de uitoefening van de bevoegdheid voorafgaande informatieplicht en een signaleringsplicht jegens de burgemeester en het college indien de uitoefening van de gemandateerde bevoegdheid voor de burgemeester of het college naar verwachting politieke en maatschappelijke gevolgen kan hebben of indien een besluit tot consequentie kan hebben dat de gemeente aansprakelijk zal worden gesteld of anderszins aangesproken zal worden. In de gevallen bedoeld in de vorige volzin verschaft de directeur alle benodigde informatie en voert hij overleg met de burgemeester of het college alvorens de bevoegdheden bedoeld in artikel 2 uit te oefenen.
Voor de toepassing van dit besluit en de daarop berustende bepalingen wordt, voor zover van toepassing, en in verband met de activiteiten waarvoor mandaat wordt verleend, met mandaat gelijkgesteld de machtiging om handelingen te verrichten die noch een besluit