Organisatie | Haaksbergen |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Verordening minimabeleid (4.10c) |
Citeertitel | Verordening minimabeleid |
Vastgesteld door | gemeenteraad |
Onderwerp | maatschappelijke zorg en welzijn |
Eigen onderwerp |
Geen
Geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
19-03-2014 | 10-11-2017 | Nieuwe regeling (tevens intrekking) | 18-12-2013 Gemeenteblad, nr. 14174, 18-03-2014 | Onbekend |
Onderwerp: Verordening minimabeleid
Deze verordening geeft aan voor welke voorzieningen er een bijdrage wordt verstrekt voor burgers met een laag inkomen (tot 110% sociaal minimum) om te stimuleren dat zij kunnen meedoen aan maatschappelijke activiteiten.
De gemeenteraad van Haaksbergen;
voorstel van het college van: 19 november 2013
wettelijke basis: bepalingen van de Wet werk en bijstand, de Gemeentewet
De bijdrage voor de in artikel 2, eerste lid, onder a tot en met f, genoemde basisvoorzieningen tezamen bedraagt 75% van de gemaakte kosten met een maximum van:
Een bijdrage als bedoeld in de artikel 2 van deze verordening kan slechts worden toegekend indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarden:
Het college draagt, ter uitvoering van het minimabeleid, zorg voor een actieve voorlichting, mede teneinde het niet-gebruik of onderconsumptie van de Sociale Zekerheidsvoorzieningen te verminderen.
Het college kan in bijzondere gevallen afwijken van de bepalingen van deze verordening indien het college van mening is dat de aanvrager in bijzondere omstandigheden verkeert waardoor toepassing van deze verordening niet tot het beoogde of gewenste doel leidt, te weten het voorkomen of doorbreken van een sociaal isolement.
De bijdragen als bedoeld in de artikel 3 van deze verordening worden jaarlijks door het college geïndexeerd aan de hand van de gemiddelde inflatie. De gemiddelde inflatie is gebaseerd op de consumentenprijsindex (CPI) en wordt gepubliceerd door het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Toelichting bij de Verordening minimabeleid Haaksbergen
Toelichting voorzieningen: artikel 2
Op grond van bijgaande Verordening minimabeleid kunnen bijdragen worden verstrekt voor de volgende basisvoorzieningen:
Deze voorziening behoeft enige toelichting. Het is ook mogelijk om een bijdrage te geven voor andere (landelijke) verenigingen en instellingen, zoals patiëntenverenigingen (bijvoorbeeld de fibromyalgievereniging) en ouderenbonden (bijvoorbeeld ANBO en KBO). Ook is het bijvoorbeeld mogelijk om een bijdrage te geven voor het zwemmen onder begeleiding van een fysiotherapeut (de zgn. hydrotherapie) in het extra verwarmde zwembad te Neede. Ook het verstrekken van de contributie voor sportverenigingen wordt ruim opgevat, in die zin dat ook de kosten van bijvoorbeeld een sportstudio voor een bijdrage in aanmerking komen. Mensen krijgen daardoor bijvoorbeeld ook de mogelijkheid om te kiezen voor fitness in plaats van voetbal. De totale maximum bijdrage wordt door het vorenstaande echter niet verhoogd.
De overige voorzieningen, zoals genoemde onder a, c, d, e, en f, behoeven geen nadere toelichting.
De doelgroep sluit aan bij de doelgroep van de Wet werk en bijstand (hierna: WWB).
Bijdragen kunnen worden verstrekt aan drie categorieën, te weten:
Eigen verantwoordelijkheid (toelichting artikel 6):
Onder tekortschietend besef van verantwoordelijkheid wordt, onder andere, verstaan:
Bij de toepassing van artikel 6 zoeken we aansluiting bij onze Afstemmingsverordening. Daarin zijn onder andere bepalingen opgenomen over het al dan niet in voldoende mate trachten om algemeen geaccepteerde arbeid te verkrijgen. Concreet houdt dit in, dat aanvrager geen bijdrage of verstrekking in natura krijgt indien hij in het het afgelopen jaar een verlaging (sanctie) heeft gehad wegens gedrag als bedoeld in hoofdstuk 2 van de Afstemmingsverordening.
Ook bij de beoordeling van het bestedingspatroon zoeken we aansluiting bij de Afstemmingsverordening. In artikel 10a van de Afstemmingsverordening is bepaald, dat iemand een verlaging (sanctie) krijgt indien er sprake is van het onverantwoord interen van vermogen (terwijl te voorzien is dat men op korte termijn bijstandsafhankelijk wordt). Ook in dit soort situaties verstrekken wij geen bijdrage of verstrekking in natura op grond van het minimabeleid.
Aparte regeling voor minimabeleid
Vanaf 1988 kent de gemeente Haaksbergen een aparte regeling voor minimabeleid en is gekozen om dit niet te integreren in de bijzondere bijstand.
Op grond van de voorgaande verordeningen minimabeleid, kon iemand voor een bijdrage in aanmerking komen indien hij/zij een inkomen heeft tot maximaal 100% van de van toepassing zijnde bijstandsnorm.
De maximale bijdragen van het minimabeleid zijn vastgesteld op
€ 140,00 voor een echtpaar/samenwonende of een alleenstaande ouder en
€ 85,00 voor een alleenstaande.
De hierboven genoemde bedragen zijn reeds geïndexeerd aan de hand van de jaarlijkse inflatiecijfers van het CBS.
Op grond van het tot nu toe gevoerde minimabeleid is een eigen bijdrage gevraagd van 25% van de kosten. Deze eigen bijdrage geldt voor de voorzieningen als bedoeld in artikel 2, eerste lid, onder a tot en met f. De gedachte hierachter is, dat het redelijk is om ook van mensen met een inkomen op het minimumniveau een eigen bijdrage te vragen als het gaat om sociaal-culturele activiteiten.