Organisatie | Peel en Maas |
---|---|
Organisatietype | Gemeente |
Officiële naam regeling | Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie |
Citeertitel | Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie |
Vastgesteld door | college van burgemeester en wethouders |
Onderwerp | financiën en economie |
Eigen onderwerp | belastingen |
geen
Datum inwerkingtreding | Terugwerkende kracht tot en met | Datum uitwerkingtreding | Betreft | Datum ondertekening Bron bekendmaking | Kenmerk voorstel |
---|---|---|---|---|---|
28-02-2013 | nieuwe regeling | 26-02-2013 | 1894/2013/10922 |
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS VAN PEEL EN MAAS;
de uitvoering van de heffing en invordering van de gemeentelijke belastingen alsmede de uitvoering van de Wet WOZ op een zo efficiënt mogelijke en uniforme wijze dient te verlopen
Vast te stellen beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige in een keuzesituatie.
In sommige gevallen brengen de wettelijke regels met zich mee dat meer personen belastingplichtig kunnen zijn met betrekking tot een belastingobject (onroerende of roerende zaak, perceel, eigendom). In de gevallen waarin dit voorkomt, mag de gemeente de belastingaanslag ten name van één van de belastingplichtigen stellen. In deze gevallen hanteert de gemeente Peel en Maas een voorkeursvolgorde bij de aanwijzing van de belastingplichtige die de aanslag op zijn of haar naam krijgt. Deze voorkeursvolgorde is gebaseerd op een doelmatige c.q. doeltreffende heffing en invordering en wordt toegepast voor zover de gegevens voorhanden of te achterhalen zijn.
De in de voorkeursvolgorde neergelegde criteria bevatten op geen enkele wijze een limitatieve opsomming van de belastingplichtigen, maar zijn richtlijnen voor de meest voorkomende gevallen, zodat in de uitvoeringspraktijk volgens vaste, niet willekeurige, criteria een belastingplichtige kan worden aangewezen.
Dit besluit is genomen op grond van het bepaalde in artikel 4:81 Algemene wet bestuursrecht (Awb) en de volgende belastingverordeningen:
- artikel 1 van de geldende verordening onroerende-zaakbelastingen;
- artikel 4 van de geldende verordening reinigingsheffingen;
A. Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige bij een aanslag OZB zakelijk recht (eigenarenbelasting) en aanslag rioolheffing (eigenarenbelasting)
Met betrekking tot de aanslag OZB zakelijk recht (eigenarenbelasting) en de aanslag Rioolheffing (eigenarenbelasting) die wordt geheven van degene die krachtens eigendom, bezit of beperkt recht in de zin van artikel 1, lid 1, sub b, van de geldende verordening onroerende-zaakbelastingen en artikel 3, lid 2 van de geldende verordening rioolheffing het genot heeft van een onroerende zaak, wordt, indien er met betrekking tot deze onroerende zaak verschillende categorieën genothebbenden zijn, de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:
B. Beleidsregels voor het aanwijzen van een belastingplichtige bij een aanslag afvalstoffenheffing, OZB gebruik, forensenbelasting en rioolheffing (gebruikersbelasting)
Met betrekking tot de aanslag afvalstoffenheffing en rioolheffing (gebruikersbelasting), die wordt geheven van de gebruiker van een eigendom, respectievelijk een perceel, wordt, indien er met betrekking tot respectievelijk één perceel, respectievelijk één eigendom, verschillende personen gebruiker zijn van een eigendom respectievelijk een perceel, de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van:
Met betrekking tot de aanslag OZB gebruik (gebruikersbelasting) die wordt geheven van degene die krachtens eigendom, bezit, beperkt recht of persoonlijk recht in de zin van artikel 1, lid 1, sub a, van de geldende verordening onroerende-zaakbelastingen het gebruik heeft van een onroerende zaak die niet in hoofdzaak tot woning dient, wordt de aanslag in onderstaande volgorde gesteld ten name van: